Op deze pagina krijg je heel wat informatie over ons zonnestelsel en nog veel meer. Het is de bedoeling dat jij zelf hierin jouw weg vindt. Het is een hele boterham. Dat het jou toch mag smaken, want jij kan zo ongelooflijk veel!
Opdrachten: Na en / of tijdens het lezen / leren krijg je diverse taken aangeboden.
Taak 1: Je krijgt een werkblad. Los het 'halve' kruiswoordraadsel op!
Taak 2: Maak een eigen memory. Je kan er dan voor kiezen om het kernwoord te koppelen aan een foto of aan een woordje uitleg. Aan jou de keuze om dit verstandig aan te pakken.
Taak 3: Mail (minstens) drie vragen door naar meester Frank, zoals je al doet tijdens het contractwerk. Denk eraan dat je 3 soorten (* / ** / ***) vragen dient te maken en je bezorgt ons telkens ook het bijbehorende antwoord!
Taak 4: Met jouw vragen en deze van de andere kangoeroes (uit taak 3) maken we dan samen een gezelschapsspel.
Je krijgt hieronder telkens een kernwoord, een foto en enige informatie te zien / te lezen.
Oerknal
De meeste sterrenkundigen geloven dat het heelal met een oerknal is begonnen, zo'n 14 miljard jaar geleden.
Ineens ontplofte het.
Zo werd het heelal zoals wij dat kennen geboren.
Tijd, ruimte en materie zijn allemaal begonnen met die ene oerknal of (in het Engels) Big Bang.
En het heelal bleef maar groeien en groeien. Ook nu nog wordt het heelal nog steeds maar groter.
Sterren
Er zijn veel verschillende soorten sterren. Ze worden geboren in sterrennevels van gas. Er zijn lichte sterren, zoals onze zon. Ze leven ongeveer 10 miljard jaar.
Aan het eind van hun leven worden het Rode reuzen - Planetaire nevels en tenslotte een Witte dwerg. Zware sterren branden sneller op. Ze worden Rode superreuzen - Supernova's - en daarna Neutronensterren of Zwarte gaten.
Planetoïden
Tussen Mars en Jupiter ligt een band met planetoïden, de planetoïdengordel.
Planetoïden worden ook wel asteroïden genoemd.
Het zijn brokken gesteente met metalen en mineralen, die zich net als planeten en dwergplaneten in een baan om de zon bewegen.
Kleine stukjes en gruis van de Planetoïden komen regelmatig in de dampkring van de aarde terecht en verbranden daar.
Binnenplaneten
Op de foto zie je de zon en de vier aardse planeten. Dat zijn vanaf de zon gerekend: Mercurius, Venus, Aarde en Mars.
Mercurius en Venus worden ook wel binnenplaneten genoemd.
Binnenplaneten draaien om de zon binnen de baan van de aarde om de zon. Dat zijn er dus maar twee.
Soms worden alle vier de aardse planeten binnenplaneten genoemd, maar dat is eigenlijk dus niet de juiste benaming.
Venus
Venus wordt ook wel de zusterplaneet van de aarde genoemd, omdat ze zoveel op elkaar lijken.
Venus is genoemd naar de Romeinse godin van liefde en schoonheid. Maar zo lieflijk is ze niet! Het is één van de meest mensonvriendelijke planeten die je maar kunt bedenken.
Venus heeft een baan om de zon van 225 dagen. Maar een ‘dag’ op Venus duurt maar liefst 243 dagen!!
De aarde doet het in 24 uur.
Mars
Mars is vanaf de zon de vierde planeet die je tegenkomt.
Ze wordt ook wel de ‘Rode planeet’ genoemd, omdat er veel ijzerstof in de grond zit.
Mars maakt een rondje om de zon in 687 dagen en een dag op Mars duurt ± 40 minuten langer dan onze dag van 24 uur.
Mars heeft twee manen: Phobos en Deimos.
Mars is genoemd naar de Romeinse oorlogsgod Mars.
Ruimtetoerisme
Ruimtetoerisme bestaat uit twee woorden:
toerisme (= het reizen voor ontspanning en plezier) en
ruimte (= buiten onze aardatmosfeer).
Men gaat dus voor ontspanning op ‘reis’ in de ruimte.
Waar wil jij graag op reis naartoe?
Neptunus
Neptunus is de 8e planeet van ons zonnestelsel. Met een auto die 100 km/uur rijdt doe je er 5000 jaar over.
Neptunus is genoemd naar de Romeinse god van de zee.
Een rondje om de zon kost Neptunus 165 jaar!
De grootste maan van Neptunus is Triton. Het is de enige maan in ons zonnestelsel die tegen de richting indraait van de planeet waarom hij draait. Normaal draait een maan namelijk in dezelfde richting als de planeet.
Melkweg
Ons zonnestelsel ligt in één van de armen van een groot, sterrenstelsel dat we de Melkweg noemen.
De Melkweg heeft de vorm van een reusachtige, platte draaikolk, die eens in de 200 miljoen jaar ronddraait, en bestaat uit wel 100 miljard sterren, stof en gas.
De Melkweg is zo groot, dat licht er 100.000 jaar over doet om van de ene kant naar de andere kant van de Melkweg te gaan.
Onze zon
Onze zon is een middelgrote gele dwergster aan de rand van ons Melkwegstelsel.
Het Melkwegstelsel bevat wel 200 miljard sterren. De zon is het middelpunt van ons zonnestelsel.
De zon zal ongeveer 11 miljard jaar bestaan. Daarvan heeft ‘ie er net de helft op zitten. Over een paar miljard jaar zal de zon een grote Rode reus worden en daarna een Witte dwerg.
Meteoriet
Vallende sterren zijn geen echte sterren.
Het zijn meteoren, gruis niet groter dan zandkorrels of kleine steentjes.
Die verbranden helemaal als ze in de dampkring van de aarde terecht komen. Dan zie je een lichtflits.
Als er hele grote meteoren verbranden, kunnen er wel eens stukjes steen op de aarde terecht komen.
Dat heet dan een meteoriet.
Buitenplaneten
De vier buitenplaneten: Jupiter, Saturnus, Uranus en Neptunus. Ze worden ook wel gasreuzen genoemd.
Dit in tegenstelling tot de vier Aardse planeten, die een vast oppervlakte hebben. De gasreuzen staan helemaal tot aan de Kuipergordel, een gordel van vele miljarden komeetachtige, uit steen en ijs bestaande objecten.
Buiten de Kuipergordel liggen nog de dwergplaneten Pluto en Eris.
Aarde
Onze eigen Aarde is de 3e planeet in het zonnestelsel en de enige planeet waar leven voorkomt zoals wij dit kennen.
De aarde heeft één maan, draait in 365 dagen om de zon en in 24 uur om haar eigen as.
Door de opwarming van de aarde veranderen de klimaten, stijgt de zeespiegel, zijn er meer overstromingen door hevige regenval en op andere plekken grote droogte.
We moeten aan de alarmbel trekken.
Perseverance
De Rode planeet of Mars wordt onderzocht door NASA (= National Aeronautics and Space Administration).
Ze hebben een Marswagen, Perseverance, naar Mars gestuurd voor nieuw onderzoek op het planeetoppervlak.
Tegenwoordig denkt men ook aan een bemande ruimtemissie naar Mars.
De voorbereidingen hiervoor zijn al begonnen.
Saturnus
Saturnus is de zesde planeet van ons zonnestelsel en staat 1400 miljoen kilometer bij ons vandaan.
Hij is genoemd naar de Romeinse god van de landbouw. Saturnus draait in 30 jaar om de zon.
Titan is de grootste van de 83 manen van Saturnus en werd in 1655 ontdekt door de Nederlandse astronoom Christiaan Huygens.
Saturnus is vooral beroemd om zijn ringen, die bestaan uit miljoenen ijsbrokken.
Pluto
Pluto is een dwergplaneet.
Hij werd pas in 1930 ontdekt en werd toen de 9e planeet van ons zonnestelsel genoemd.
Maar in een grote vergadering in 2006 door 2.500 astronomen zijn er andere afspraken over echte planeten gemaakt en werd Pluto dus een dwergplaneet.
Tussen 1978 en 2005 had Pluto één maan: Charon, maar door de ruimtelescoop Hubble zijn er nóg vier ontdekt.
Zuilen der Schepping
De ‘Zuilen der Schepping’ in de Adelaarsnevel, 7000 lichtjaar bij ons vandaan, is volgens veel mensen de mooiste foto die ooit gemaakt is van een object in het heelal.
De eerste foto van de Zuilen is gemaakt door de Hubbletelescoop.
In de ‘Zuilen der Schepping’ worden veel nieuwe sterren geboren.
Zwart gat
Een zwart gat is een soort afvoerputje van het heelal.
Het is een gebied dat alles in hun omgeving opslokt en niets meer laat gaan.
Het zwaartekrachtsveld van een zwart gat is zo sterk dat niets eraan kan ontsnappen.
Zelfs licht niet. Vandaar de naam.
We weten dus ook niet wat er precies in een zwart gat gebeurt, omdat we daarvan geen licht kunnen opvangen.
Meteorietinslag
66 miljoen jaar geleden sloeg een enorme meteoriet op de aarde.
De meteoriet sloeg een gat in de grond, voor de kust in de zee waar nu Mexico ligt.
Een gat dat groter was dan de oppervlakte van gans Vlaanderen.
Doordat er veel stof en puin in de atmosfeer zat werd het heel donker en koud.
Dit betekende het einde van de dinosauriërs, maar ook van nog veel meer leven op aarde, wel 75% van alle plant- en diersoorten.
Mercurius
Mercurius is de kleinste planeet van ons zonnestelsel en staat het dichtst bij de zon.
Mercurius draait in 88 dagen om de zon. (De aarde doet daar 365 dagen over.)
Maar een dag op Mercurius duurt 59 dagen! (De aarde doet er 24 uur over.)
De temperatuur is overdag heel hoog, wel 430 graden en ’s nachts 170 graden onder nul.
Mercurius is genoemd naar de Romeinse boodschapper van de goden.
Maanstanden
Hier zie je alle maanstanden, elke dag op dezelfde tijd gefotografeerd. Wist je dat we de maan eigenlijk nooit volledig kunnen zien?
De Maan vertoont schijngestalten. Vanaf de Aarde kunnen we enkel dat deel van de maan zien (= het zichtbare maanoppervlak) dat door de Zon verlicht wordt. Het andere deel dat niet door de zon verlicht wordt (de 'achterkant' van de maan) is het onzichtbare deel van de maan. Zie je de volle maan, de halve maan, de nieuwe maan?
Als we spreken over 'volle' maan, dan zien we ze eigenlijk maar voor de helft.
Ze wordt soms aangeduid met haar Latijnse naam Luna.
Jupiter
Jupiter is de grootste planeet van ons zonnestelsel en is genoemd naar de Romeinse oppergod Jupiter.
Onze aarde past wel 1400 keer in deze planeet.
Een rondje ‘om de zon’ duurt bijna 12 jaar!
Jupiter is ook kampioen met het aantal manen: nl. 92 (febr. 2023). Eén opvallende eigenaardigheid van Jupiter is de grote ‘rode vlek’. (Op de foto zie je die vlek onderaan rechts.)
Het is een cycloon (= hevige storm) die er al minstens 300 jaar waait.
Uranus
Uranus, de 7e planeet uit ons zonnestelsel, is de enige planeet die genoemd is naar een god uit de Griekse mythologie: Uranus (Ouranos).
Het was de eerste planeet die ontdekt is met een telescoop. Uranus heeft net als Saturnus ringen. Hij draait in 84 jaar om de zon.
Als je zou leven op één van de polen van Uranus, dan is het eerst 42 jaar donker en daarna 42 jaar licht.
Komeet
Kometen zijn meestal kleine hemellichamen die in een vaak in een elliptische baan rond een ster draaien.
De kern bestaat uit ijs, bevroren gassen en stof.
Een bekende komeet heet Halley.
Als een komeet dicht genoeg bij een ster komt dan ‘verdampt’ een deel van de vaste stof van de komeet en vormt een komeetstaart (coma).
De staart van een komeet staat altijd van de zon (of andere ster) afgekeerd.
Ruimtevaarder
Een ruimtevaarder of astronaut (van het Griekse "astron", wat "ster" betekent, en "nautes", wat "zeeman" betekent) is een persoon die is opgeleid om deel te nemen aan bemande ruimtevluchten als bemanningslid aan boord van een ruimtevaartuig.
Synoniemen voor astronaut zijn kosmonaut (Russich) en taikonaut (Chinees).
Ruimtestation
Het ISS of het internationale ruimtestation (Engels: International Space Station) is een ruimtestation dat in een baan om de aarde draait en door verschillende landen wordt gebouwd, bemand en bekostigd.
Op 20 november 1998 werd de eerste module gelanceerd en sinds 2 november 2000 is het station permanent bewoond.
Gedurende de eerste twee decennia van de 21e eeuw is het station continu uitgebreid.
Ruimteschip
Een ruimtevaartuig of ruimteschip is een vervoermiddel ontworpen voor reizen buiten de dampkring van onze Aarde.
Afhankelijk van de bestemming, reisduur, (on)bemand en de lading worden er eisen gesteld aan een ruimtevaartuig.
Bij bemande ruimtevaartuigen zijn zaken als zuurstof en voedsel nodig.
Ruimtevaartuig-
organisatie
De Europese ruimtevaartorganisatie (European Space Agency, ESA) houdt zich bezig met projecten op het gebied van ruimtevaart, onderzoek van de Aarde, ruimteonderzoek, ontwikkeling van op satellietsystemen ...
Naast de ESA heb je ook nog andere ruimtevaartorganisaties.
De meest bekende is de Amerikaanse ruimtevaartorganisatie NASA (National Aeronautics and Space Administration).
Ruimtetelescoop
Een telescoop of sterrenkijker is een instrument waarmee verre voorwerpen (in de ruimte) sterk kunnen vergroot worden.
Terwijl een verrekijker gemaakt is om voorwerpen op relatief korte afstand uit te vergroten, wordt een telescoop vooral gebruikt voor sterrenkundige doeleinden.
De bekendste ruimtetelescopen zijn Hubble en de James Webb Space Telescoop (die nóg scherpere foto’s kan maken).