Wablieft?
Wat? Een beetje uitleg...
Er zijn verschillende soorten vragen.
De bekendste zijn de 5 W-vragen en de hoe-vraag:
Wie? vraagt naar een persoon.
Wat? vraagt naar een gebeurtenis of ding.
Waar? vraagt naar een plaats.
Wanneer? vraagt naar een tijdstip.
Waarom? vraagt naar een reden.
Hoe? vraagt naar de manier waarop iets gebeurt.
Maar daarnaast zijn er ook nog andere vragen mogelijk:
Waarmee? vraagt naar een middel.
Hoeveel? vraagt naar een hoeveelheid.
Bedoeling? vraagt naar het doel dat men op het oog heeft.
Welke? vraagt naar een bepaalde soort, type of categorie.
Reactie? vraagt naar wat gebeurt als antwoord op iets anders.
...
En soms stelt men nog andere soorten vragen:
Ja-neenvraag? Op deze vraag kun je antwoorden met "ja" of "neen".
Meerkeuzevragen? Op zo'n vraag kan je kiezen uit meerdere antwoorden.
...
Waarom? Wat is het belang van 'vragen stellen'?
Stel je voor: je zit in de klas en de leerkracht vertelt iets over de maan.
Je luistert goed, maar je begrijpt niet alles. Wat doe je dan? Juist! Je steekt je hand op en stelt een vraag.
Vragen stellen
Vragen stellen is iets wat we elke dag doen.
Het helpt ons om dingen beter te begrijpen.
Als je iets niet weet of niet snapt, kun je een vraag stellen. Zo leer je bij en groeit jouw kennis!
Vragen stellen is één van de beste manieren om (bij) te leren.
Door deze vragen te stellen, kun je veel te weten komen.
Ze helpen je om een verhaal, een situatie of tekst helemaal te begrijpen.
Vragen stellen is niet alleen iets voor in de klas.
Ook volwassenen stellen vragen.
Denk maar aan een dokter die wil weten waar je pijn hebt.
Of een journalist die een sporter interviewt.
Zelfs detectives stellen vragen om een mysterie op te lossen!
Vragen stellen is zo wijs en geeft jou kansen tot groeien!
Maak zeker eens gebruik van 'vragen stellen'!
Een voorbeeld van 5 x W-vragen + H-vraag en andere vragen
Een voorbeeld van 7 x W-vragen + 2 x H-vragen
Een voorbeeld van 'zevende' vragen.
Contractwerk
Je krijgt hier twee teksten om aan te pakken met het 'vragen stellen'!
Elke dag draai je de kraan open om je handen te wassen, je tanden te poetsen of een glas water te drinken. Maar heb je je ooit afgevraagd waar dat water vandaan komt? En hoe het zo schoon wordt dat jij het veilig kunt drinken?
Wat is drinkbaar water?
Drinkbaar water is water dat zo schoon is dat je het zonder gevaar kunt drinken. Het bevat geen bacteriën, virussen of schadelijke stoffen. In België komt dit water meestal uit rivieren, meren of grondwater.
Waar begint het proces?
Het begint bij een waterbron. In Vlaanderen komt veel drinkwater uit de Maas of uit grondwaterlagen diep onder de grond. Dat water is nog niet schoon genoeg om te drinken. Daarom gaat het eerst naar een waterzuiveringsstation.
Hoe wordt water gezuiverd?
In het waterzuiveringsstation doorloopt het water verschillende stappen:
Vuil verwijderen: takjes, bladeren en zand worden eruit gefilterd.
Bacteriën doden: met chloor of UV-licht worden bacteriën en virussen vernietigd.
Controle: het water wordt getest in een laboratorium om zeker te zijn dat het veilig is.
Pas als het water helemaal schoon is, mag het verder reizen.
Wanneer komt het water bij jou thuis aan?
Na de zuivering wordt het water via een netwerk van ondergrondse leidingen naar huizen, scholen en bedrijven gestuurd. Dit gebeurt dag en nacht. Grote pompen zorgen voor voldoende druk, zodat het water uit je kraan stroomt zodra je die opendraait.
Wie zorgt voor dit hele proces?
In Vlaanderen zijn er verschillende drinkwatermaatschappijen. Hier bij ons zorgt De Watergroep daarvoor. Deze maatschappij zorgt ervoor dat het water gezuiverd wordt, dat de leidingen goed werken en dat er altijd genoeg water is.
Waarom is dit belangrijk?
Zonder schoon drinkwater zouden mensen ziek worden. In sommige landen is er geen veilig kraanwater, en moeten mensen kilometers lopen om water te halen. Daarom is het belangrijk dat we zuinig omgaan met water en geen water verspillen.
Leuke weetjes over drinkbaar water
Je lichaam bestaat voor ongeveer 60% uit water.
Een mens kan weken zonder eten, maar slechts een paar dagen zonder water.
In België komt het meeste kraanwater uit de Maas.
Water is de enige stof die in drie vormen voorkomt: vast (ijs), vloeibaar (water) en gas (waterdamp).
Kraanwater in België is vaak zuiverder dan flessenwater.
Water heeft geen kleur, geur of smaak.
Elke dag gebruikt een Belg gemiddeld 100 liter water.
In sommige landen moeten kinderen elke dag kilometers lopen om water te halen.
Water wordt ook gebruikt om elektriciteit op te wekken (bijvoorbeeld in waterkrachtcentrales).
Door een lekkende kraan kan je tot 15 liter water per dag verliezen!
Vulkanen zijn één van de krachtigste natuurverschijnselen op aarde. Ze kunnen een enorme uitbarsting veroorzaken, waarbij lava, as en gas de lucht in worden geslingerd. Maar wat gebeurt er precies bij zo’n uitbarsting? Hoe ontstaat een vulkaan? En waarom bestaan ze eigenlijk?
Laten we eerst kijken naar wat een vulkaan precies is. Een vulkaan is geen gewone berg. Hij ontstaat niet zoals bergen door plooiing van aardlagen, maar door openingen in de aardkorst. Onder deze opening zit magma, gesmolten gesteente dat zich diep onder de aarde bevindt. Dit magma verzamelt zich in een grote ruimte, die we een magmahaard noemen. Als er te veel druk komt in die kamer, zoekt het magma een weg naar buiten. Het breekt door spleten in de aardkorst en komt dan via een soort schoorsteen – de kraterpijp – naar buiten. Zodra het magma aan de oppervlakte komt, noemen we het geen magma meer, maar lava.
Maar hoe ontstaat zo’n vulkaan eigenlijk? De aarde is opgebouwd uit platen: grote stukken aardkorst die langzaam bewegen. Soms schuiven die platen tegen elkaar, of juist uit elkaar. Op die plekken ontstaan barsten en openingen. Het is daar dat magma de kans krijgt om naar boven te komen. Als dat vaak gebeurt, en het magma telkens uit dezelfde plek naar buiten stroomt, ontstaat er een kegel van gestolde lava: de vulkaan. Zo groeit hij telkens een beetje. Na iedere uitbarsting wordt hij hoger en breder.
Waar vind je vulkanen? Niet overal, gelukkig. Ze komen vooral voor langs de randen van aardplaten. Bekende vulkanische gebieden zijn onder andere IJsland, waar de platen uit elkaar schuiven, en landen zoals Italië, Japan en Hawaï, waar platen tegen elkaar botsen. In België zijn er geen actieve vulkanen.
Wanneer barst een vulkaan uit? Tja, dat is moeilijk te zeggen. Soms is een vulkaan eeuwenlang rustig. En dan, opeens, komt er weer een uitbarsting. Wetenschappers proberen die momenten te voorspellen met speciale apparaten. Ze meten trillingen in de grond, temperatuurveranderingen en zelfs de aanwezigheid van bepaalde gassen. Maar zelfs met al die technologie blijft het deels een verrassing. De natuur laat zich niet altijd vangen in cijfers.
Wat gebeurt er precies bij een uitbarsting? Dat verschilt van vulkaan tot vulkaan. Soms komt de lava er rustig uitgelopen, als een trage stroom. Maar soms is het alsof de vulkaan ontploft: er knalt asse en gas de lucht in, gesteente vliegt rond en lava schiet naar buiten. Zo’n explosieve uitbarsting is natuurlijk veel gevaarlijker. Lava kan tot wel 1.200 graden Celsius worden! Alles op zijn pad smelt of brandt weg. Ook de asse kan gevaarlijk zijn: ze bedekt straten, huizen en planten en kan het vliegverkeer in de war sturen.
Waarom zijn vulkanen eigenlijk belangrijk? Dat klinkt misschien vreemd, want ze kunnen veel schade aanrichten. Toch hebben vulkanen ook een positieve kant. De lava die na een uitbarsting afkoelt, vormt vruchtbare grond. In vulkanische gebieden groeit alles vaak heel goed: planten, bloemen en bomen. Ook warmwaterbronnen en geisers zijn het resultaat van vulkanische activiteit. In landen zoals IJsland gebruikt men de warmte van de aarde zelfs om huizen te verwarmen.
Maar wie onderzoekt dit allemaal? Wie bestudeert vulkanen? Dat zijn de vulkanologen. Zij reizen naar actieve vulkanen, soms met gevaar voor eigen leven. Ze nemen monsters van lava en asse, meten de temperatuur, en bekijken hoe snel de grond beweegt. Hun werk is belangrijk, want het helpt bij het tijdig waarschuwen van mensen die in de buurt van een vulkaan wonen. Zo kunnen er levens gered worden.
Wist je dat er ook vulkanen onder water bestaan? Ze barsten uit op de zeebodem en kunnen zelfs nieuwe eilanden vormen. En op de planeet Mars staat de grootste vulkaan van het hele zonnestelsel: Olympus Mons. Die is bijna drie keer zo hoog als de Mount Everest!
Sommige vulkanen slapen heel lang. Ze zijn dan sluimerend of inactief, maar dat betekent niet dat ze nooit meer zullen uitbarsten. Sommige vulkanen hebben honderden jaren geslapen voor ze opnieuw wakker werden. Dat maakt ze tegelijk fascinerend en onvoorspelbaar.
En dan zijn er nog moddervulkanen. Die spuwen geen lava, maar dikke, natte modder. Ze komen minder vaak voor, maar zijn ook een voorbeeld van hoe krachtig de natuur kan zijn.
Tot slot: vulkanen kunnen zelfs het klimaat beïnvloeden. Bij een enorme uitbarsting komt er zoveel stof in de lucht dat de zon minder goed door de atmosfeer kan dringen. Het kan dan tijdelijk kouder worden op aarde. Zo zie je maar: een vulkaan is meer dan alleen een vurige berg. Het is een kracht van de natuur, met machtige gevolgen – goed én slecht.
Tijdens het contractwerk zal je een werkblad krijgen met verschillende opdrachten (***) om te werken rond en met 'vragen stellen'.
Je krijgt hiervoor twee teksten die je kan lezen en / of beluisteren:
Hoe komt drinkbaar water uit de kraan?
en
Alles over vulkanen
Opdracht 1*:
Je hebt de tekst op MELK over ‘Hoe komt drinkbaar water uit de kraan?’ gelezen / beluisterd? Knap! Om het stellen van vragen te oefenen, krijg je deze keer de antwoorden. Aan jou om de juiste vraag te stellen.
Opdracht 2*:
Je weet dat er heel wat vragen bestaan, zoals meerkeuzevragen. Jij krijgt deze keer de keuzes en ook het juiste antwoord (dat we in het vet hebben geplaatst). Noteer jij nu een passende meerkeuzevraag.
Opdracht 3**:
Je hebt de tekst op MELK over ‘Alles over vulkanen’ gelezen / beluisterd? Super!
In deze oefening krijg je 3 antwoorden. Aan jou om hier een juiste vraag te stellen.
Daarna en daarnaast krijg je ook nog 3 vragen. Aan jou om deze juist te beantwoorden.
Opdracht 4**:
Je krijgt nu enkele stellingen (ja-neevragen) over vulkanen. Is het ja (waar) of nee (onwaar)? Zet een kruisje in de juiste kolom.
Je vindt de antwoorden allemaal terug in de tekst op MELK.
Opdracht 5***:
Als je echt wil leren, dan is het stellen van vragen een machtig middel. Door vragen te stellen kom je meer te weet. Dus hoe meer vragen, hoe meer je weet!
In de tekst ‘Alles over vulkanen’ ga je op zoek naar een interessante vraag. Je noteert ze en … je beantwoordt ze natuurlijk ook.
Juf Ann, meester Ruben en meester Frank wensen jou veel succes toe bij het leren leren!