Leerhouding

Ik weet wat ik goed kan 

en 

ben daar positief over. 

Voorbeeld(en): 

Ik ben goed in tekenen en ik weet dat ik mooie tekeningen kan maken. 

Ik ben blij en trots op mijn talent (mijn tekenvaardigheden) als tekenaar / tekenares.

Ik sluit niemand uit.

Voorbeeld(en):

Als we in de klas groepswerk doen, zorg ik ervoor dat niemand buitengesloten wordt.

Ik nodig iedereen uit om mee te doen en ik luister naar ieders ideeën.

Ik volg de regels en afspraken op school goed op.

Voorbeeld(en): 

Ik weet dat het belangrijk is om stil te zijn in de bibliotheek / in de klas, dus houd ik me aan die regel en praat ik zachtjes als ik daar ben. 

Net zoals ik de regels in het verkeer respecteer, voer ik ook de afspraken uit op school / in de klas.

Ik kan omgaan met moeilijke situaties, 

ben weerbaar en 

veerkrachtig.

Voorbeeld(en):

Als ik een toets niet goed maak, geef ik niet meteen op.

Ik blijf proberen en vragen stellen aan de leraar om te begrijpen waar ik fouten maak.

 Ik geef niet op, zelfs als het moeilijk is.