Wablieft?
Als je (samen) leeft...
Hoe gedraag jij je in het dagdagelijkse leven?
Leefhouding 1
Ik kan goed met anderen samen
spelen,
werken en
leven.
Voorbeeld(en):
Ik speel vaak met mijn vrienden / vriendinnen binnen of buiten.
Samen maken we taken of opdrachten of bouwen we leuke constructies.
We werken goed samen en luisteren naar elkaar.
Leefhouding 2
Ik kan omgaan met ruzies
en
conflicten.
Voorbeeld(en):
Stel dat ik ruzie heb met mijn vriendin omdat we niet kunnen beslissen welk spel we willen spelen. Dan kunnen we samen praten en een oplossing / compromis vinden zodat we allebei blij zijn en geen ruzie meer hebben.
Leefhouding 3
Ik herken gevoelens bij mezelf
en
bij anderen.
Voorbeeld(en):
Soms voel ik me verdrietig en ik kan dat herkennen.
Ik kan ook zien wanneer mijn vriendin verdrietig is en dan probeer ik haar te troosten en te begrijpen wat er aan de hand is.
Leefhouding 4
Ik kan me inleven in wat iemand doet/zegt
en
hou er rekening mee.
Voorbeeld(en):
Als mijn broertje verdrietig is, kan ik me voorstellen hoe hij zich voelt en probeer ik extra voorzichtig en lief tegen hem te zijn.
Ik houd er rekening mee dat hij wat meer steun nodig heeft.
En nu stel ik me telkens de vraag:
"Hoe kan ik hierin nog groeien?"