De plank in het tuinhuis

Enkele moeilijke woorden

De woordjes beluisteren.

Enkele afbeeldingen

Wat betekent...?

breed
Iets dat niet smal is, maar wijd.

kamp
Een plek waar mensen samen slapen en leuke dingen doen, meestal buiten.

dagboek
Een schrift waarin je opschrijft wat je hebt meegemaakt of gedacht.

jammer
Als iets niet leuk is of anders gaat dan je wilde.

plank
Een lang, plat stuk hout waar je iets op kunt zetten.

hamer
Een gereedschap waarmee je spijkers in iets slaat.

boomhut
Een klein huisje dat in een boom is gebouwd.

struik
Een lage plant met veel takken bij elkaar.

tuinhuis
Een klein huisje in de tuin om spullen in te zetten of te zitten.

postbus
Een kastje of opening waar brieven in worden gedaan of uitgehaald.

ruzie
Als mensen boos zijn op elkaar en niet met elkaar eens zijn.

wacht
Als je even niets doet tot iemand of iets komt.

Leestekst beluisteren en lezen. 

Vraagjes beantwoorden.

Leestekst

De plank in het tuinhuis

Tom en Lien zijn in hun kamp.
Het kamp is achter het tuinhuis.
Er ligt een plank tegen de muur.

“Zullen we een boomhut maken?” vraagt Tom.
“Ja, leuk!” roept Lien.

Ze pakken een hamer.
Maar dan krijgen ze ruzie.
Tom wil dat de plank breed is.
Lien wil een smalle plank.

“Jammer,” zegt Tom, “nu lukt het niet.”
Hij loopt weg, langs de struik bij de deur.

Lien blijft even wachten.
Dan krijgt ze een idee.
Ze schrijft een brief en stopt die in de postbus.
“Lieve Tom, het spijt me,” schrijft ze.
“In mijn dagboek schrijf ik: vrienden maken het altijd goed.”

De volgende dag klopt Tom op de deur van het kamp.

Hij lacht. “Zullen we samen verder doen?”

Lien knikt. De ruzie is weg.

En samen bouwen ze de mooiste boomhut van de straat!