Tip 13
cyclus

Stel je eens voor: je bent een kleine waterdruppel. Je ligt heerlijk te dobberen in een groot meer, omringd door riet, eenden en vissen. De zon schijnt fel boven je hoofd. Je voelt de warmte op het wateroppervlak. En dan… gebeurt het!
Je begint langzaam te verdampen. Dit betekent dat je verandert van vloeibaar water in waterdamp. Onzichtbaar stijg je op naar de lucht. We spreken hier over verdamping.

Je voelt je licht als een veertje terwijl je omhoog zweeft. Samen met miljoenen andere waterdruppels vorm je een wolk. Hier boven in de lucht is het een stuk kouder. Door die kou veranderen de waterdruppels in de wolk soms weer in kleine druppeltjes. Dit heet condensatie. De druppeltjes blijven aan elkaar kleven. Als er genoeg druppels samenkomen, worden ze te zwaar. Dan valt de regen naar beneden. Dit heet neerslag.

Soms valt er regen, maar in de winter kan het ook sneeuw of hagel zijn. Jij, kleine waterdruppel, valt samen met vele anderen terug naar de aarde.
Waar je precies landt, weet je nooit van tevoren. Misschien val je op de bladeren van een boom. Misschien op de grond, waar je langzaam in de bodem zakt. Misschien kom je terecht in een rivier of in de oceaan.

Onder de grond begint voor sommige druppels een spannend avontuur. Ze zakken diep de aarde in en vormen daar het grondwater. Andere druppels stromen via beekjes en rivieren langzaam terug naar de zee. We hebben het hier over afvloeiing. En weet je wat het bijzondere is? De zon schijnt nog steeds. Zodra je weer in de zee of het meer terechtkomt, begint het hele avontuur opnieuw.

Zo gaat de waterkringloop altijd door. Er is geen begin en geen einde. Water blijft altijd in beweging. Zonder deze cyclus zouden planten geen water krijgen, zouden rivieren opdrogen en zouden wij geen schoon water hebben om te drinken.

Soms helpt de wind de waterdruppels een handje. Hij blaast de wolken naar andere plekken. Zo kan het regenen in het ene land, terwijl de zon schijnt in het andere. Ook bergen spelen een rol. Als wolken tegen hoge bergen botsen, worden ze omhoog geduwd. Daardoor koelen ze sneller af en regent het vaak in de bergen.

De zon is eigenlijk de grote motor van de waterkringloop. Zonder zon geen verdamping. Zonder verdamping geen wolken. Zonder wolken geen regen. En zonder regen geen leven.

De planten hebben regenwater nodig om te groeien. Mensen en dieren drinken water om te overleven. Zelfs de lucht die we inademen bevat een beetje waterdamp. Overal op aarde is water aanwezig, ook al zie je het soms niet meteen.

En wist je dat dezelfde waterdruppel waarin je vandaag zwemt misschien miljoenen jaren geleden door een dinosaurus werd gedronken? Hetzelfde water blijft circuleren, miljoenen keren gebruikt door planten, dieren, mensen en machines.

De waterkringloop is dus niet alleen magisch, maar ook ontzettend belangrijk. Zonder deze cyclus zou er geen leven op aarde kunnen bestaan.