Andijvie 'Fine de Namur'
De andijvie 'Frisée de Namur' of 'Fine de Namur' wordt vermeld in de catalogussen van Hollandia (1937), Rodberg-Dermine (1939) en Gonthier (1955). "Uitstekende zomerandijvie die traag opschiet" (Gonthier, 1955)
"Zonder twijfel de beste variëteit voor de tuinder. De krop is van het type 'andijvie de Louviers', doch met dieper ingesneden blad. Het hart is zeer dik en kan op vruchtbare grond zeer groot worden. Het interessantste aan dit ras is dat ze zeer traag opschiet en dus ideaal is voor de vroege teelt." (Graineterie Hollandaise, 1937)
"35 à 40cm diameter. Aan te raden ras. Schiet veel later op dan andere rassen" (Cours pratique de culture maraîchère - Stappaerts - 1946)
Andijvie 'Frisée Large de Huy'
Brede gekrulde van Hoei of Frisée Large de Huy wordt in verschillende catalogussen vermeld. De eerste keer in die van Bertin-Foussol (Huy) uit 1890, later in J. Belot uit 1902. Verder ook nog in de zaadcatalogus van Colette-Ronchaine uit 1908 en andere onderstaande catalogi.
De andijvie Frisée Large de Huy zou identiek zijn aan de variëteit 'Gekrulde van Luik' die wordt vermeld in de catalogussen van J. Belot (1902), Perwez (1905) en Victor Straps (1925). "De 'Brede gekrulde van Hoei' is een uitstekende variëteit met brede en fijn ingesneden bladeren met vol hart." Remacle vermeldt in Notions d'horticulture et de floriculture, Bruxelles (1935) enkel "Frisée de Huy: vigoureuse".
"Diamètre : 40cm. Race vigoureuse et rustique." (Stappaerts - Cours pratique de culture maraîchère - 1946)
"Chicorée Fine d'automne de Liège: Cette variété constitue une race particulière. Feuilleslarges; coeur peu garni et creux." (Les Semences - Monnier - 1873)
Andijvie 'Frisée Très Fine de Bruxelles'
Frisée Très Fine de Bruxelles is een zeer oude andijvievariëteit die reeds werd vermeld door F. Gerardi in 1854.
Deze variëteit werd destijds bestempeld als "één der allermooiste." (Gerardi, 1854)