FANC en Kernstop

Het FANC heeft zijn analyse van een mogelijke verlenging van de uitbatingstermijn van de jongste Belgische kernreactoren overgemaakt aan de federale regering. Mocht op 18 maart blijken uit een rapport van netbeheerder Elia dat de energiebevoor- radingszekerheid na 2025 in gevaar komt zonder kernenergie, dan wil de regering overwegen om kernreactoren Doel 4 en Tihange 3 toch langer in gebruik te houden. Volgens het FANC kan dat op het vlak van nucleaire veiligheid, weliswaar mits de nodige updates van de installaties. Om alles tegen 2025 in orde te krijgen, is het in de eerste plaats noodzakelijk dat de regering nog in het eerste trimester van 2022 een duidelijke beslissing neemt, maar ook dat er een globale aanpak met alle betrokken actoren wordt uitgewerkt.

De uitbater van de kerncentrales, ENGIE Electrabel, is de primaire verantwoordelijke voor de veiligheid van zijn installaties. Dat betekent dat het aan ENGIE Electrabel is om een zogenaamd ‘LTO-dossier’ (Long Term Operation) met bijhorend actieplan in te dienen bij het FANC. Een dergelijk plan beschrijft hoe de uitbater het veiligheidsontwerp wil verbeteren, hoe hij omgaat met de veroudering van zijn installaties en met welke menselijke factoren hij in de toekomst rekening zal houden. Aangezien dat voor Doel 4 en Tihange 3 nog niet gebeurd is en de resterende voorbereidingstermijn intussen beperkt is, stelt het FANC voor om de procedure te versnellen en binnen de zes maanden na de regeringsbeslissing met ENGIE Electrabel te overleggen en te bepalen welke werkzaamheden tegen wanneer moeten worden uitgevoerd. Daarbij zou een onderscheid worden gemaakt tussen ‘noodzakelijke vereisten’ en ‘mogelijke aanpassingen’. De noodzakelijke vereisten zijn de verbeteringen die absoluut nodig zijn om te voldoen aan de ontwerpvereisten die zijn vastgelegd in de regelgeving en die voor doorstart moeten worden uitgevoerd. De mogelijke aanpassingen zijn extra verbeteringen die niet absoluut vereist zijn maar die de veiligheid ten goede komen, en waarvan het FANC oordeelt dat een beperkt uitstel van implementatie geen afbreuk doet aan de veiligheid, als een langdurige stilstand van de kernreactoren problematisch zou zijn voor de bevoorradingszekerheid.

Bovenal moeten alle betrokken actoren zich achter het plan voor de verlenging scharen. Er is vóór 18 maart – de beslissingsdatum van de regering – nog heel wat verder voorbereidend werk nodig en niet enkel op het gebied van nucleaire veiligheid. Daarom vraagt het FANC aan de regering om tegen uiterlijk eind januari een dergelijke globale aanpak met alle betrokkenen te valideren en hen de expliciete opdracht te geven om de detailacties en de planning verder uit te werken tegen 18 maart.

Als de federale regering in maart de volledige kernuitstap bevestigt, dan moet die vanaf dan als onomkeerbaar worden beschouwd.

Vervolgens is het aan de uitbater Engie Electrabel van de kerncentrales zijn analyse te maken en te bepalen of hij bereid is de nodige investeringen te doen.

Uit de analyse van het FANC blijkt dat een verlenging van de uitbatingstermijn voor de jongste kernreactoren op het vlak van nucleaire veiligheid, kan, weliswaar mits de nodige reglementaire aanpassingen en veiligheidsverbeteringen van de installaties.

Op 10 januari hadden het FANC en de AD Energie een contact met Electrabel waarin de taken en stappen van een mogelijkeverlenging werden toegelicht. Het kwam echter niet tot een inhoudelijke bespreking of afstemming van dit plan gezien Electrabel tijdens dit contact aangaf dat - naar hun mening en gezien de voor hen grote onduidelijkheid omtrent de mogelijke beslissing van de regering over de inhoud van een plan B - het niet efficiënt is om nu of in de komende weken middelen in te zetten op een plan B. Een dergelijk plan B zou volgens hen ten vroegste in Q2 2022 (na een regeringsbeslissing op 18 maart 2022) kunnen opgestart worden.

Electrabel wenst namelijk eerst een duidelijke beslissing van de regering over de verlenging van de werking van de kerncentrales en een duidelijk (aangepast) reglementair kader alvorens langs hun kant een risicoanalyse te doen, een businessplan op te maken en te beslissen of zij al dan niet zullen investeren in een verlenging van de werking van hun kerncentrales.

Op 12 januari ontving het FANC van Electrabel een verduidelijkende nota, die in september 2020 al overgemaakt was aan de co-formateurs van de regering en de vertegenwoordigers van de regeringspartijen, met daarin hun visie over de mogelijke kalender van een Long Term Operation van Doel 4 en Tihange 3. Deze nota bevat een overzicht van de belangrijkste technische, wettelijke en reglementaire verplichtingen en hun randvoorwaarden van een dergelijke kalender. Volgens Electrabel zijn deze randvoorwaarden nog steeds geldig.

Uit dit contact met en de nota van Electrabel blijkt dat de sequentie van de voorgestelde acties uit plan B niet beantwoordt aan hun visie, gezien de zekerheid die Electrabel wenst te hebben vooraleer ze zelf stappen onderneemt. Indien de regering wenst het plan B te activeren, zal de regering prioritair moeten inzetten op de gesprekken met Electrabel omtrent de voorwaarden en zekerheden die ertoe kunnen leiden vooraleer met plan B verder te kunnen gaan. Het FANC vestigt opnieuw de aandacht van de regering op het feit dat voor praktisch alle acties uit plan B onder bevoegdheid van het FANC (opmaak LTO dossier) de medewerking van Electrabel vereist is.

Volgens Electrabel is eveneens het startpunt van elke discussie over een mogelijke LTO het bestaan van een duidelijk, stabiel en coherent reglementair kader inzake nucleaire veiligheid waaraan een dergelijk project zou onderworpen worden. Het FANC begrijpt deze visie en voorziet daarom ook om in Q1 2022 verder te werken aan het verduidelijken van het reglementair kader inzake nucleaire veiligheid

Wat vraagt FANC voor D4,T3 ? (zie ook nota 17/01/22)

1. Long Term Operation plan (LTO plan) in het kader van de 10-jaarlijkse veiligheidsevaluatie : is een klassieke vereiste om elke 10 jaar af te toetsen aan internationale standaarden.

Zou geen probleem mogen stellen

2. verbeteren van het ontwerp om te voldoen aan het KB met VVKI.
Dat is de omzetting in Belgische wetgeving van de Europese veiligheidsregels die in 2014 uitgevaardigd zijn na Fukushima. Voor Doel 4 Tihange 3 zijn dat maar kleine werken die moeten gebeuren (maar ze moeten wel af zijn tegen 2025 en daar knelt het schoentje, want Engie is er nooit aan begonnen !).

Voor Doel 1,2 en T1 vereist dit zeer grote investeringen, die Engie niet wenst te maken.

3. Zorgen dat alle apparatuur nog in goede staat is en minstens nog 10 jaar zal blijven werken. Ook na aardbevingen en dergelijke. Is een heel groot werk om dat aan te tonen, en eventueel toestellen te vervangen. Zolang dat niet aangetoond en aangepast is, zal de centrale na 2025 niet draaien.

Voor Doel 3 en Tihange 2 slaagt men er zeker niet in door de kuipen-problematiek

4. Personeel : dat lijkt evident, maar is vooral voor Doel een heel groot probleem.


Cruciaal is dat er, nog in het eerste trimester van 2022, door de regering een duidelijke beslissing wordt genomen. Vervolgens is het aan ENGIE zijn analyse te maken en te bepalen of hij bereid is de nodige investeringen te doen

Besluit:

enkel D4T3 zijn realistisch om nu nog te verlengen. D3T2 komt in problemen met de kuipen, anders was de situatie gelijkaardig aan D4T3 geweest. D12 en T1 moet te grote wijzigingen doen om conform de reglementering van 2014 te zijn.