Paterkerk - Codex Historicus

Codex Historicus

Deze "Codex Historicus van 1906 tot 1914" van het klooster werd in 1914 onder het zand verstopt en is pas veel later terug op gegraven. Het boek was dan in zeer slechte staat. Veel bladeren waren "moissy" en verpulverden. Toch heeft men geprobeerd de belangrijkste stukken over te schrijven. Vertaling van het handschrift in het Frans samengevat hieronder:

1906:

In 1905 heeft R.P. Cypriren Deloucke ex-econoom van het scolastica van Luik, promotor van de kerk Sint Lambert, later overste van het klooster van Antwerpen de opdracht gekregen van de Generale Administratie van de destinées van de Belgische Provincie in de hoedanigheid van 1er Principal.

Zoals hij toegegeven heeft in 1938 op de 25ste verjaardag van het klooster van De Panne, hij zag het direct “ver en groot”: hij wou een Oblatenklooster aan de kust.

Villa d'Arippe

Gedurende een pelgrimstocht naar Rome, in gezelschap van R.P. Bommeral, maakte hij kennis met madame d’Arippe die zojuist haar dochter Germaine verloren had. Zij had reeds een klein kapelletje opgericht ter herinnering van haar.

Ook zij zag “ver en groot” en koesterde de gedachte om geestelijken naar De Panne te lokken om er een toevluchtsoord op te richten voor het grootste goed van de dorpsbewoners. Een liberaal familielid van de Calmeyn familie zei later in volle familieraad volgende boutade: “indien gij geestelijken hebt gevraagd dan is dit uitsluitend om uw gronden op te waarderen”

Heeft geen belang maar mevrouw d’Arippe, de echtgenote van de toekomstige burgemeester van De Panne, deinsde niet terug voor enige moeilijkheden. Zij stootte op de weigering van meerdere congregaties: Jezuïeten, Redemptoristen, Franciscanen,..Zij kende de starheid van de bisschop van Brugge wat betreft de toegang van nieuwe geestelijken in zijn bisdom. Zij vocht en gebruikte haar vriendschappelijke relaties van de familie van haar man:René Jooris van het kasteel van Varsenare.

De C. Deloncke kende zeer goed bisschop Waffelaux en was de uitverkoren aarden pijpen leverancier van zijne excellentie. Ook hij gebruikte zijn talenten van fijne diplomatieker. De bisschop gaf uiteindelijk zijn toelating maar onder strenge voorwaarden zoals we zullen zien:

- geen mis na de hoofdmis van de Sint Pietersparochie, om te vermijden dat het een modeshow wordt zoals bij de Jezuïeten in Brugge (woorden van de vicaris generaal)

- Pastoor Dequidt van de Sint Pieterskerk zal de zaken van kortbij opvolgen

De afspanning Alliance op de Pannekalsijde

Het toegekend terrein door de familie bedroeg:

65 m op de Bortierlaan en 58 m op de 'avenue de l’Auberge' (wellicht de afspanning Alliance waar nu Esplanade)

Vanaf de lente 1906 starten de werken

De heer en mevrouw d’Arippe van de villa Bel-Air (op de Zeedijk tussen de Esplanade en het Bortierplein) zijn ook eigenaar van de afspanning l’Alliance waar de prins Leopold I, komende van England via Calais, zijn eerste stap op Belgische grond zette in 1831. Vandaar ging hij naar Veurne, Diksmuide, Brugge ect..

Het is in dit historisch gebouwtje (dus nog niet waar nu de kapel staat) dat de familie d’Arripe aan de de Oblaten leende om er een klooster en tijdelijke kapel van te maken. Het is architect Langerock die het plan tekende voor de ombouw.

Het is R.P. Lionnet, de econoom van Waregem, die de leiding nam van de inrichting en de installatie… De voorlopige kapel had meerdere plaatsen welke omgebouwd tot een grote zaal plaats kon bieden aan 200 stoelen. De gelovigen konden er in de zomer naar de mis luisteren langs weerszijden van het gebouw met de ramen open. Men plaatste er 2 biechtstoelen waarvan 1 zal dienen voor de Koninklijke Kapel tot 1936, wanneer er 2 biechtstoelen toekomen van de Nationale Basiliek.

Plechtige opening van het huis (nog niet de kapel):

Op 16 juni 1906 opent R.P. Deloncke , Provinciaal van de OMI, officieel het huis. Ze draagt de naam “Notre Dame de la Mer”. Een sierlijk beeld van de ateliers Parentani te Brussel zal binnenkort er ons eeuwig aan herinneren. Dit beeld zal geplaatst worden met zijn rug tegen de muur van de gevel en later verplaatst worden in de nis van de Koninklijke Kapel waar ze zich nog bevindt (wanneer dit document geschreven werd).

De samenstelling van het huis was:

R.P. Léon Marchal: overste en econoom

R.P. Max Clavier: “assesseur

R.P. Pierre Schoonhof

R.P. Henry van Hommerich

De eerste mis werd opgedragen in de publieke kapel in aanwezigheid van de parochiale geestelijkheid, (pastoor Dequidt, vicaris Vanneste..), de familie d'Arripe en veel gelovigen. Op het diner werden veel toasts uitgesproken door

Het begin was moeilijk: geen geld!

Nochtans zet pater overste zich uiterst in zonder zich te ontmoedigen. Geleidelijk komen er meubels en een bibliotheek met boeken afkomstig van geestelijken uit de Meurthe en Moselle (in Lotharingen), zijn geboortestreek

Pater Peigné en een andere weldoener komen regelmatig enkele dagen op vakantie naar De Panne. Het is deze pater die zijn harmonica geeft. Hij zal dienst doen tot 1929 maar is daarna naar Jambes gegaan. Pateroverste geraakt ook aan een occasiebiljart.

De kapel kreeg direct veel bezoek. Pater overste Marchal, een hevige missionaris, slaagde er vlug in de gelovigen aan te trekken en hun sympathie te winnen. Hij liet ook meerdere andere missionarissen komen die zeer goed konden preken zoals....

R.P. Bernard verovert de massa op de mis van 9:30 en de begroeting s’avonds

Pater overste en R.P. Clavier preken elk om beurten in het Frans de mis van 7:00

R.P. Schoonhof en R.P. Hommerich doen elk om beurten de Nederlandse preek om 5:30.

Pater overste Marchal en R.P. van Hommerich doen de geldomhaling met hun pet (bij gebrek aan een schaal). De oude multimilljonair Louis Calmeyn steunden gewoonlijk de omhaling.

R.P. Clavier wordt de orgelist en R.P. van Hommerich is verantwoordelijk voor de sacristie en de gezangen. ...

Veel collega paters komen op vakantie en doen ook missen het eerste seizoen.....

De grote inkomen om het huis te doen leven waren de vele missen van de bisschoppen van Nancy en Metz.

Publieke baden waren verboden voor de paters. Het was ’s morgens zeer vroeg om 3 uur dat pater overste en pater Schoonhof de soms verre zee gingen zoeken.

Vanaf oktober 1906 ging pater overste Marchal vaak preken Lotharingen. Hij bracht altijd lokale likeurtjes mee! Dan was hij reeds lijdende. Toch gaat hij verder prediken en bij zijn terugkomst doet hij de keuken.

Op het einde van het seizoen is pater Schoonhof naar Brugelette les Ath (bij Mons) getrokken met 2 broeders. R.P. Hubert van Hommerich komt rusten in De Panne in de eerste maanden van 1907.

Op 22 april 1907 komen er 75 kisten met boeken toe van de bibliotheek van het “Maison Générale”. Tezelfdetijd komt de waarheidsleerstoel van de Sint Petersburgstraat die één van de juwelen is van de Koninklijke Kapel

In mei 1907 zend pateroverste een omzendbrief naar de villa’s voor steun voor de bouw van de toekomstige kapel. Veel geld komt binnen + een terrein van 4.000m2.

In de lente 1907 wordt Pierre Schoonhof vervangen door pater Pescheur uit het klooster van Nieuwenhove.

In de zomer maakt architect Langerock de plannen op voor de nieuwe kapel en doet een eerste aanbesteding. Remy Follet wordt aangesteld als aannemer en begint de ontstruweling in augustus.

Na de zomer 1907 worden pater Berens en Clavier weggemuteerd; er resten nog slechts 3 paters

R.P. Marchal: overste

R.P. Lucien Pescheur

R.P. Henry van Hommerich

Op 18 maart 1908 sterft pater Marchal en een nieuwe pater R.P. Henry de Chentin vervangt hem als overste.

Pateroverste de stichter van het klooster zal zijn kapel niet afgewerkt zien (men was bezig met het dakwerk)

Op 18 juni 1908 is de kapel klaar en wordt die plechtig ingewijd door de bisschop.

Rechts het klooster

In oktober 1908 begint men met de werken voor de bouw van het klooster.

Op 3 december aankomst van nieuwe pater R.P. Deman

In mei 1909 wordt R.P. Pescheur benoemd tot overste van de Basiliek

Rond de zomer is er een betwisting met mevrouw Libert de zuster van mevrouw d’Arippe. Deze dame dreigde een rechtbankprocedure omdat de reglementen van het consortium overtreden waren. Vandaar dat de hoogte van het gebouw moest verlaagd worden (vandaar lagere plafond in de kamers + massardekamers)

Op 15 augustus zeewijding ter hoogte van het Bortierplein

Op 27 april 1910 komt een nieuwe pater R.P. De Vriendt van de Basiliek

Dan gaat de"Codex Historique" verder met de vele aankomsten en vertrekken van de divers paters. 3 á 5 blijven in De Panne maar in de zomer komen veel andere paters prediken. Op het einde van elk boekjaar geeft men ook jaarlijkse winst en verliesrekening en het aantal communies van het jaar.

1911

1912

in juni en juli 1912 meldt men de vakantie van de aartshertogin Marie Valérie van Oostenrijk met 8 kinderen. Zij waren van voorbeeldige godvruchtigheid. Dagelijks naar de communie. Pater Hubert van Hommerich was de familiebiechtvader.

Lees uitgebreid over aartshertogin Marie Valérie de dochter van Sissi>>>

1913

in juni en juli 1913 komt de aartshertog Frans Salvator op vakantie met de ganse familie

In de zomer van 1913 komt de bisschop Koppes van Luxemburg hier ook 4 dagen logeren

1914

De kapel wordt volledig afgewerkt. Er komt het hoofdaltaar geschonken door... (4 paters)

In mei worden de riolen gelegd in De Panne.

op 31 mei wordt een Heilig Hart beeld geplaatst in de tuin.

In juli abnormaal weinig volk in de kapel. Men voelde overal "le vent de guerre, l'orage était près d'éclater"

Ook in juni en juli 1914 komt de aartshertog Frans Salvator en Marie Valérie (dochter van Sissi) , op vakantie met de ganse familie (dan 8 kinderen genoteerd). Zij is zeer gul voor de paters. Ze hebben amper de tijd om terug te keren naar Oostenrijk (eind juli).

Donderdag 4 augustus: Duitsland verklaart de oorlog aan België

Woensdag 8 september: bedevaart van de gelovigen van de parochie naar "Notre Dame de la mer" (Duinkerke?)

Maandag 13 september grote "cérémonie de réparation" (?). 30 kinderen in het koor vóór het heilig sacrament.

Op 1 oktober 1914 vervangt Pater Hommerich de vicaris van Marquette-lez-Lille (bij Tourcoing). Dit tot juli 1919.

Ook pater Perbal wordt vicaris in Canteleu (bij Lille) zodanig dat er maar 3 pater resteren:

- pater Bommeral

- pater Pierre Schoonhof

- pater Praet

en broeder Banworth (die onverwacht overlijdt in de sacristie in 1918 ?

(het vervolg van het verslag gedurende de 4 oorlogsjaren heeft pater Mommerich (dan in Rijsel) overgenomen uit het rapport van pater Bommeral)

Vanaf midden juli en vooral vanaf de strijd op Belgische bodem is het zeer kalm op het strand van De Panne en rond de kapel tot de eerste vluchtelingen aankwamen uit de veroverde gebieden.

De Panne herleeft en komt in beweging op het moment dat de ambulances de gekwetsten aanbrengen. Op de dag dat de verdedigers van de IJzer komen uitrusten binnen onze muren en op het moment dat het hof -ingevolge de installatie midden ons- van De Panne de hoofdstad van het Belgisch Koninkrijk maakt. Het was omstreeks midden oktober 1914 dat 2 á 3 auto's hier toekwamen met de koninklijke hoogheden, een eredame en enkele vleugeladjudanten.. Dat was alles.

Het hof installeerde zich in een propere maar sobere villa vlak aan het strand. Het is uiteindelijk voor 49 maanden geweest.

"Het is daar dat de koninklijke familie assisteerde aan de emotionaliteiten van het drama dat zich afspeelde aan het front. Het is daar dat, vanuit de hele wereld, belangrijke personen hun bewondering kwamen aanbieden en hun deelneming. Het is daar dat het Belgisch hof opmerkelijke dagen beleefd heeft op de rand van de beproeving. Men zag er o.a. de de koning van Engeland George V, de Président van Frankrijk Poincaré, generaal Foch, maréchal Joffre en nog vele anderen...

.....tijdens de oorlog is ons door monseignieur De Wachter uit Mechelen verboden van oorlogsfeiten te beschrijven..

Van 1919 tot 1931 werd de "codex historicus" van het klooster van De Panne volledig verwaarloosd. Zelfs vergeten..

Vandaar dat ingevolge de voortschrijdende tijd het moeilijk zoniet onmogelijk is om nauwkeurig de feiten uit deze periode te schrijven. Vandaar dat hier verder een kort overzicht volgt van de zaken die de auteur zelf beleefd heeft.

In juni 1919 is pater van Hommerich teruggekomen van Lille (was daar sinds oktober 1914)

......

......

April 1931

Vanaf Palmzondag wordt de kapel overrompeld door vakantiegangers in de Goede Week. (met Pasen 4 missen!)

.....

De 3 koningen. Geschonken door de horeca De Panne in 1931

19 juli 1931: Grote feesten voor de viering "100 jaar intrede koning Léopold I".

Koning Albert, koningin Elisabeth en prins Leopold worden zeer enthousiast ontvangen . Overal vlaggen, spanborden met welkomst-slogans, triumfbogen met veel slingers en langs de Koninklijke Baan masten die verbonden zijn met versierde visnetten. (zie verder beschrijving van de ambiance in oorspronkelijke tekst).

...

aan het oorspronkelijk historisch huis waar de paters begonnen zijn en die nu een gendarmerie is werd een bronzen plaat opgehangen ter ere van de 3 koningen: Leopold I. Leopold II en Albert I.

De onthuling van de plaat gebeurt door burgemeester d' Arripe, goed bekend door de koninklijke familie. Het weerzien met de lokale bevolking is intens. Vele hebben ze nog goed gekend in De Panne.

De koning antwoord dat de blijheid van het terugzien wederzijds is en houdt eraan te onderlijnen dat De Panne veel veranderd is in zijn voordeel ten opzichte van de sombere oorlogsjaren.

De fanfare komt aan, bloemen worden geschonken aan de koningin en de stoet zet zich in beweging: koning en burgemeester op kop. Het enthousiasme van de toeschouwers is geweldig. Ook veel foto's worden genomen van vooraan de stoet. Ze gaan natuurlijk naar de Koninklijke Kapel waar een versierd kerkportaal opgesteld was met pateroverste Praet omringd door een grote delegatie paters van de diverse kloosters in België.

Pater Praet leest zijn welkomstspeech voor:

De integrale teksten van de toespraak en het antwoord van de koning staan integraal genoteerd in de "Codex Historicus"

Na de welkomstceremonie werd het koninklijk gezelschap naar de gereserveerde bidstoelen in het koor geleid door pater overste. Iedereen was emotioneel getroffen door de lange gebeden door de koning, de koningin en de troonsopvolger.

Nadien werd een mooie foto van ND de la Mer geschonken aan de familie (mooi met kantwerk versierd door de "Filles de l'Eglise" in samenwerking met de begijntjes van Brugge. De koningin Elisabeth bedankte en zei tegen de koning "Nous mettons cela dans notre chambre á coucher".

Pater overste gaf ook 3 gouden medailles van "ND. de la Mer" aan de prinsen Leopold en Karel en aan princes Marie-José.

Uiteindelijk vroeg pater overste aan de majesteiten om hun handtekeningen te plaatsen in een kader van de kapel om hun bezoek te vereeuwelijken. (kroonprins Leopold hertog van Brabant vroeg of hij ook moest tekenen)

Deze kader werd tentoongesteld in de Koninklijke Kapel en kreeg veel bewondering van de bezoekers.

De pen die voor de handtekeningen gediend had werd bewaard in de spreekkamer van het klooster.

Na een begroeting door de oud-strijders die een erehaag vormden door bezetting van alle eerste stoelen over de ganse lengte van de middengang van de kapel.

Zaterdag19 juli 1931

Officiele viering van 25 jaar N.D, de la Mer.

Dus na het eerste openen van het "huis" op 16 juni 1906. (3 dagen later om in het volle seizoen te vallen)

Voor de detail van de missen en het familiediner zie de oorspronkelijk codex

EINDE van de ontvangen tekst

Opmerking van de verslaggever

De R.P. Henry van Hommerich

De 1906 – 1937

Geholpen door de herinneringen van het personeel. De belangrijke zaken van den oorlog en de eerste jaar na den oorlog (van oktober 1914 tot juli 1919) hebben we gevraagd aan R.P. Bommenel, overste van De Panne in die tijd. Hij heeft ons verwezen naar “Bulletin spécial de l’Echo de N.D. de la Mer. Koninklijke Kapel (1924)

Villa's ten oosten van villa d'Arippe