KWATRIJNEN
Het levenspad is geen gewild traject:
Men gaat van start, bij ongeluk verwekt,
En na een zware tocht vol hindernissen
Is het maar een geluk dat men vertrekt.
_____
Tot onverstand en zinneloze gein
Leidt de verstokte omgang met de wijn.
Toch drink ik vlijtig voort met volle teugen,
Want het is zeer verstandig dwaas te zijn.
_____
Binnen de lieve wereld van vier muren
Waren wij in een bed elkanders buren.
Ons leven was zo klein als een gesprekje,
Maar dat mocht maar een eeuwigheidje duren.
_____
Tussen mijn vingers door glijden je haren
Als ik ze streel met langzame gebaren;
En als ze zachtjes vallen uit mijn hand
Denk ik aan het verglijden van de jaren.
_____
Geluk, gezondheid, vrienden bij de vleet,
De beurs gevuld, de dagen welbesteed;
Doch ondanks alles wellen weer de tranen
Waarvoor geen hond een goede reden weet.
QUATRAINS
The path of life is grim and unrelieved:
One starts the trip, unwittingly conceived,
And after miles of obstacles and trouble
It is a mercy when it’s time to leave.
_____
Inveterate addiction to the vine
Makes one ridiculous and asinine.
Yet every night my goblet runneth over,
Because to be a fool is so sublime.
_____
Within a sweet, four-walled privacy
We were warm-bedded neighbours, you and me.
Our life was just as tiny as our talking,
Which lasted just a small eternity.
_____
Your shining hairs are slipping through my hand
When I caress them, slowly and intent;
And when they’re softly falling from my fingers
I think of years slipping away like sand.
_____
Health, happiness and lots and lots of friends,
Your purse well-lined, your days and nights well-spent;
But all the same the eyes with tears are brimming
Which not a single soul can comprehend.