(netto) - Een hypothecair krediet met variabele rentevoet heeft vandaag een lagere rente dan een lening met vaste rentevoet. Liefst 60 procent van de kredieten die momenteel door BNP Paribas Fortis verkocht worden, hebben een variabele rentevoet. Bij ING kiest de helft van de klanten nog steeds voor een vaste rentevoet, maar een derde van de kredietnemers laat zich toch verleiden door de variabele formule 1+1+1.
De ideale formule bestaat niet. U moet een lening steeds van geval tot geval bekijken. Elke formule heeft zijn voor- en nadelen.
Zijn de banken strenger geworden?
De banken werden getroffen door de financiële crisis en de kandidaat-kredietnemers door de economische crisis. Werd het daardoor moeilijker om een krediet te verkrijgen? "Ja", betreurde de vastgoedsector vorig jaar. "Fout", antwoordt de banksector in koor. “De voorwaarden zijn exact dezelfde gebleven. Bij het verlenen van een krediet zien wij er steeds op toe dat klanten over genoeg middelen beschikken om het krediet terug te betalen", bevestigt BNP Paribas Fortis. Hetzelfde verhaal bij ING ("Wij hebben noch ons model noch onze beslissingscriteria gewijzigd"), Dexia ("Het uitstaande bedrag aan hypothecaire kredieten blijft stijgen. Er is dus zeker geen ‘credit stop’ geweest") en KBC.
Welke formule is het interessantst?
Bij de huidige rentestand zijn vooral variabele rentevoeten populair. Maar wellicht zullen de centrale banken hun rentevoeten in de loop van het jaar licht verhogen. Is een variabele rente wel nog interessant? Om die vraag te beantwoorden, vroegen we aan de 4 grootbanken om uit te rekenen hoeveel een lening van 150.000 euro met een looptijd van 20 jaar in totaal zal kosten, zowel voor een lening met een vaste rente op 20 jaar als een variabele formule op 20 jaar met een aanpasbare rente.
De berekeningen van KBC
Als u op 20 jaar leent aan een vaste rentevoet bij KBC, moet u in totaal 238.930 euro terugbetalen.
Met een variabele formule 3/3/3 is dat dan in het slechtste geval 240.783,84 euro.
De berekeningen van BNP Paribas Fortis
Op 20 jaar tegen een vaste rentevoet betaalt u in totaal 253.696 euro terug. In het slechtste geval, als de maximale rentevoet na 4 jaar wordt bereikt (hier 3,85 + 3% = 6,85%) en tijdens de resterende duurtijd van het krediet dezelfde blijft, bedraagt de maximale kostprijs 262.896 euro. De variabele rentevoet is naar alle waarschijnlijkheid meestal voordeliger.
De berekeningen van ING
Op 20 jaar aan een vaste rentevoet (5,45%) bedraagt de terugbetaling 1.016,30 euro per maand. Het totale bedrag van de intresten bedraagt 93.912 euro, of in totaal 243.912 euro.
Als de rentevoet van de variabele formule 1+1+1 stijgt tot het contractuele maximum, moet de klant 109.197,24 euro aan intresten betalen, of in totaal 259.197,24 euro.
De berekeningen van Dexia
Op 20 jaar, aan een vaste rentevoet (5,84 procent), bedraagt de totale terugbetaling 251.558,95 euro.
Bij een krediet met variabele rentevoet 3+3+3 Cap 3 procent Hybrid (variabel + vast) bedraagt de maandelijkse beginaflossing 937,79 euro. In het beste geval daalt dat bedrag vanaf het vierde jaar, waardoor u in totaal 225.069,08 euro moet terugbetalen.
In het slechtste geval kan het bedrag van de maandelijkse aflossing vanaf het zevende jaar stijgen tot 1.122,68 euro en moet u in totaal 256.131,29 euro terugbetalen.