Dichterbij, zo dichtbij dat jouw huid
zich warm de mijne waant.
Zacht ineengevlochten strengel,
warm omhelzend, zo zacht,
dat mijn bloed in jouw aders klopt.
Mijn adem jouw longen, jouw mond,
mijn tong is…
alles op alles.
Het stroomt, verglijdt als zijden lakens;
Duinzand, wolkenveren, vissenschool
Vloeiend lijnenspel op de tast zijn wij
Lieve lome aanlegboei en
natte dunnen grens, puur huid
van jou & mij.
Aan weerszijden
een wild kloppend hart.
Peter Vanhopplinus
eerste prijs 2001