127. Tussen de Melkwegen

Op de tweede mei van het jaar 2112 neemt het waarnemingsstation BOB-XXI diep in de intergalactische ruimte tussen de Melkweg en de Andromedanevel sterke nucleaire explosies waar en ontvangt kort daarna het hyperradiobericht “Zijn jullie echt leven?”.

Nike Quinto en zijn agenten Ron Landry, Larry Randall, Lofty Patterson en Meech Hannigan vertrekken, na ontvangst van dit bericht, dadelijk met de werkplaatskruiser JOANN naar het 5000 lichtjaar van de rand van de Melkweg gelegen waarnemingstation BOB-XXI. Van zodra de JOANN bij het station is aangekomen laat Quinto het antwoord ‘Ja, wij zijn echt leven’ uitzenden. Ondertussen worden er op geregelde tijdstippen nog steeds atomaire explosies waargenomen.

Kort daarna duikt er in de buurt een zwaar beschadigd ruimteschip op dat in de richting van het station vliegt en zijn vaart begint af te remmen, maar het wordt al snel duidelijk dat het schip problemen heeft om zijn koers aan te houden. Alle pogingen om in contact te komen met het schip lopen op niets uit. Uren later moeten ze aan boord van het waarnemingsstation vaststellen dat de motoren van het vreemde schip het hebben begeven en dat het schip recht op het station afkomt, een botsing is niet meer te vermijden. Als door een wonder wordt het station niet vernietigd, maar de schade is wel enorm. Een poosje later blijkt ook dat na de botsing met het vreemde ruimteschip er vreemde onzichtbare wezens doorgedrongen zijn tot in het station en dat deze het station proberen over te nemen. Als Kapitein Eric Furchtbar merkt dat hij tegen deze vreemde indringers niets kan beginnen, beveelt hij de evacuatie van het waarnemingsstation. Met de overbrenger van de BOB-XXI vluchten de mannen naar de wachtende JOANN. Wanneer majoor Ron Landry, in een robotvermomming, en robotsergeant Meech Hannigan later het waarnemingsstation onderzoeken wordt de vraag naar het ware leven in een andere modulatie herhaald en duikt er een kubusvormig ruimteschip met zijden van 2000 meter op en waarvan de oppervlakten bedekt zijn met talrijke onregelmatige uitstulpingen en indrukkingen. Tussen dit nieuw opgedoken schip en het station ontstaat er een gevecht. Landry en Hannigan verlaten met behulp van de materiezender het station maar enkel Landry komt aan in het ontvangststation van de JOANN. De robot die gebruik maakt van de zender op hetzelfde moment als het waarnemingsstation ontploft, is spoorloos verdwenen.