Eind oktover, begin november 1944 verplaatste Henk zich met bijna al zijn mannen van Den Haag/Rotterdam naar Deventer. De ins&outs hiervan worden uitvoerig beschreven in het boek. Zo ook zijn voortdurende ruzie ter plekke met Rambonnet. Hier staat een selectie uit de relevante documenten.
Over de Spoorwacht waarvan Henk in Overijssel een van de commandanten was, is niet veel bekend. Er valt vermoedelijk ook niet zoveel over te vertellen. Het was vooral ontzettend saai - en opnieuw: briefjes tikken, orders uitvaardigen, mensen bij elkaar houden, personeelsbeleid, brandjes blussen.
Spannend aan de Spoorbaanperiode waren slechts twee zaken. Verreweg de belangrijkste: dat het evident was dat het einde van de oorlog naderde. Henk besefte dat heel goed maar kon voor zijn gevoel niet anders dan doorgaan. Anderen dachten daar anders over - en werden dientengevolge door Henk bestraft.
De andere spanning betrof de voortdurende ruzie met Rambonnet. De ins&outs van die ruzie heb ik niet kunnen achterhalen maar hij schemert door in alles. Rambonnet was uit geheel ander hout gesneden dan Henk, bovendien voorstander van een andere (lees: de SS) lijn.
Kort voor de komst van Henk naar Overijssel en aanstelling als Kommandeur Spoorweg Abschnitt B begon Rambonnet een blaadje: De Landwachter in Overijsel (met 1 S!). Zijn woordje vooraf in dat blaadje ondertekende hij als Kommandeur van het district Overijssel (wat Henk dus was in Zuid-Holland en Zeeland) én van Abschnitt B. Voeg hieraan toe dat Rambonnet het SS-standpunt huldigde en Henk het NSB-standpunt plus dat de twee totaal verschillende types waren, en de gevolgen tekenen zich uit. Niet overigens dat die gevolgen duidelijk aan het licht kwamen. Gekonkel, gedoe, dat werd 't. De betreffende documenten moet je dan ook vooral tussen de regels lezen.
Over Rambonnet zie met name: F.L. Rambonnet, een collaborateur in Deventer en zijn vervolging in 1945, Gerrit Bothof, in: Deventer Jaarboek 2013, p.51-67.
Zie verder: Wikipedia
Uit Henks autobiografie:
In Deventer werd politiek de eerste viool gespeeld door een heer Rambonnet die met alle macht en middelen waarover hij als SS-man beschikte geprobeerd heeft mij aan zich te onderwerpen. Na veel moeilijkheden en vernederingen is hem dit door zijn goede relatie met Rauter, waarbij het oude vuurtje van de politiek-onbetrouwbare Van der Heijden weer fris werd aangewakkerd, inderdaad gelukt. Gebrek aan lijn en kracht in de hoogste staf van de Landwacht was er de oorzaak van dat ik het tegenover Rambonnet - die notabene extra bevorderd werd om boven mij te kunnen staan - moest afleggen. Van dat moment af is er tussen mij en Rambonnet een zeer onopvallende, doch zeer harde en voor mij erg gevaarlijke strijd gevoerd. Hij drong er systematisch op aan de spoorwegbewaking verder te militariseren en ze uiteindelijk onder zijn commando in het verband van de Waffen-SS te laten opnemen. Ik kon de strekking van dit streven in talloze kleinigheden merken en heb al mijn zelfbeheersing en voorzichtigheid nodig gehad om dit streven in de praktijk te dwarsbomen. Rambonnet wist het zover te krijgen dat de Hauptsturmführer Müller van de SD- Deventer een onderzoek tegen mij instelde en bij mijn ondergeschikten probeerde belastend materiaal tegen mij te verzamelen.
Twee fragmenten uit het boek van In 't Veld over de SS (dl 1, p. 392).