Goede morgen, welkom bij deze meditatie.
Het is goed hier weer te zijn op weg naar Kerstmis. Laten we ons hart open zetten. Zo kan er licht naar binnen komen in deze donkere dagen. Want God komt daar waar deuren opengaan en er licht naar binnen komt.
God komt binnen in onze geschiedenis door zelf mens te worden.
Hij deelt ons leven. Hij wordt een van ons, een met ons.
Hij wil ons laten zien dat binnen onze menselijke beperkingen een leven in liefde haalbaar is.
Dat ik mag doorgronden, wat het voor de wereld betekent dat God mens wordt;
dat ik mag beseffen dat God ook voor mij mens wordt.
Niemand heeft u ooit gezien. Liefde is Uw naam.
Brood des levens heet die knecht die uw kind genoemd wordt,
Jezus, kind uit Nazareth.
Liefde, zegt Gij, is te doen.
Werk in ons, dat wij u doen. Licht ons op, dat wij u zien.
Dat wij leven wat geleefd moet. Dat wij doen wat moet gedaan:
Recht voor ieder mensenkind. Brood voor ieder kind van mensen.
Vrede, en een nieuwe wereld.
En de dood zal niet meer zijn.
In die tijd stelden de mensen Johannes de vraag: “Wat moeten we doen?” Johannes gaf hun ten antwoord: ‘Wie dubbele kleding heeft, laat hij delen met wie niets heeft, en wie voedsel heeft, laat hij hetzelfde doen.’ Er kwamen ook tollenaars om gedoopt te worden en zij vroegen hem: ‘Meester, wat moeten we doen?’ Hij zei hun: ‘Niet méér vragen dan voor u is vastgesteld.’ Ook soldaten vroegen hem: ‘En wij, wat moeten wij doen? Hij antwoordde: ‘Niemand uitplunderen, niemand iets afpersen, maar tevreden zijn met uw soldij.’
Johannes is de voorloper, die ons de Messias aankondigt. Hij preekt voor de menigte. Ik sta ook in die menigte. Wat zie ik allemaal gebeuren? Wat is mijn plek?
Johannes doet een oproep tot bekering aan de mensen . Ook de tollenaars en de soldaten vragen aan Johannes: ‘Wat moeten wij doen? Als ik aan Johannes zou vragen: ‘Wat moet ik doen?’ Wat zou hij dan tegen mij zeggen? Vanuit liefde?
Omdat het volk vol verwachting was en iedereen zich aangaande Johannes de vraag stelde, of hij niet de Messias zou zijn, gaf Johannes aan allen het antwoord: ‘Ik doop u met water, maar er komt iemand die sterker is dan ik; ik ben niet waardig de riem van zijn sandalen los te maken. Hij zal u dopen met de Heilige Geest en met vuur. Zo en met nog vele andere vermaningen verkondigde Johannes aan het volk de Blijde Boodschap.
God wordt mens, ook voor mij. Hij zal u dopen met de Heilige Geest en met vuur. Hij gaat zichtbaar maken dat binnen de menselijke beperkingen een leven in liefde mogelijk is. Wat betekent dit voor de wereld, wat betekent dit voor mij? Hoe kan ik dat op weg naar Kerstmis handen en voeten geven?