We kunnen ons leven zien als een reis. Daarbij kunnen we het niet zonder proviand stellen. Vandaag staan we stil bij het voedsel dat de Heer ons op onze levensweg aanreikt.
dat mijn honger gestild wordt;
dat ik Jezus beter leer kennen als iemand die voedsel geeft waar ik van kan leven;
dat zijn liefde mij sterk maakt.
Jesus Christ, bread of life, those who come to you will not hunger.
Jesus Christ, Risen Lord, those who trust in you will not thirst.
https://www.youtube.com/watch?v=m6N_QxNTGOc
Toen de apostelen zich weer bij Jezus voegden, brachten zij Hem verslag uit over alles wat zij gedaan en onderwezen hadden. Daarop sprak Hij tot hen: "Komt nu eens zelf mee naar een eenzame plaats om alleen te zijn en rust daar wat uit." Want wegens de talrijke gaande en komende mensen hadden zij zelfs geen tijd om te eten. Zij vertrokken dus in de boot naar een eenzame plaats om alleen te zijn.
Geen tijd om te eten, om lichamelijk en geestelijk bij te tanken. Daarom nodigt Jezus de leerlingen uit met hem mee te gaan, de eenzaamheid in. Is die uitnodiging ook voor mij bedoeld?
Maar velen zagen hen gaan en begrepen waar Hij heen ging; uit al de steden kwamen mensen te voet daarheen en waren er nog eerder dan zij. Toen Jezus aan land ging, zag Hij dan ook een grote menigte. Hij voelde medelijden met hen, want zij waren als schapen zonder herder; en Hij begon hen uitvoerig te onderrichten.
De mensen worden ondanks de behoefte aan rust niet weggestuurd, want Jezus voelt medelijden met hen, Hij ziet ze als schapen zonder herder. Hij stuurt ook mij niet weg.
Ik stel me deze situatie voor met al die mensen bij elkaar. Kan ik in deze drukte nog mijn blik op Jezus gericht houden?
Toen het al laat was geworden, kwamen zijn leerlingen naar Hem toe en zeiden: "Deze plek is eenzaam en het is laat. Stuur hen weg om naar de hoeven en dorpen in de omtrek te gaan en daar eten te kopen." Maar Hij gaf hun ten antwoord: "Geven jullie hun maar te eten." Zij zeiden Hem daarop: "Moeten wij dan voor tweehonderd denariën brood gaan kopen om hun te eten te geven?" Hij zei tot hen: "Hoeveel broden heb je? Ga eens kijken." Na zich op de hoogte gesteld te hebben, zeiden ze: "Vijf, en twee vissen."
Er zijn maar 5 broden en twee vissen. Wat is dat nou tegenover zo'n grote nood? Wat heb ik te bieden tegenover alle nood om mij heen. En toch, Jezus vraagt niet wat ik niet heb, maar wat ik wél heb. Ga eens kijken wat er wél is.
Nu gaf Hij hun de opdracht te zeggen dat allen zich groepsgewijze zouden neerzetten op het groene gras. Zij gingen zitten in groepen van honderd en van vijftig. Hij nam de vijf broden en de twee vissen, sloeg de ogen ten hemel, sprak de zegen uit, brak de broden en gaf ze aan zijn leerlingen om ze aan de mensen voor te zetten; ook de twee vissen verdeelde Hij onder allen. Allen aten tot zij verzadigd waren. Men haalde aan brokken en wat er aan vis over was twaalf volle korven op.Het waren er wel vijfduizend, die van de broden gegeten hadden.
Door het eten te delen, is er uiteindelijk genoeg voor iedereen. Daar zit wederkerigheid in: ik deel wat ik heb en jij deelt wat jij hebt en samen hebben we genoeg. Herken ik dat, dat ik door te geven wat ik heb, kan ontvangen wat de ander heeft?