EEN PUNT
De Speelse Hofnar
Vijfde Jaargang Nummer 20 Willem II – Fortuna Sittard 1 -1
-------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
GOEDE VRIJDAG
De zwarte kraaien in de bomen bij het stadion, herinnerden mij eraan dat het Goede Vrijdag was.
Lang geleden had ik mijn kerkbank ingewisseld voor een stadionstoeltje en de 12 apostelen door de elftalspelers van Willem II. De Limburgers brachten niet de passiespelers uit Tegelen, wel nonnevotten. Op het Fortuna wedstrijdformulier geen Petrus, Johannes en Jacobus maar Timothy, Lars en Wouter.
Bij het betreden van het stadion vroeg iemand of ik er vandaag in geloofde. “Als het op Goede vrijdag niet lukt,…”, ik maakte mijn zin niet af. Mijn verlichtend moment moest komen bij het invullen van het totoformulier. Dezelfde uitslag als tegen FC Dordrecht en tegen Oss, schreef ik met tegenzin op: 1-1.
Vroeger werd mij van alles wijsgemaakt en ik geloofde het allemaal. Tegenwoordig geloof ik alleen als ik het zie en dan niet eens. Neem nou de samenvatting tegen FC Oss. Ik zag zoveel kansen om zeep gaan en het was zo’n klus voor de drie Willem II-ers om de bal in het lege eigen doel te schieten, dat het niet te geloven was.
Beierende Paasklokken, die op weg naar Rome hun eieren precies boven onze tuin lieten vallen, zouden toen als noodklok te keer zijn gegaan. Het laatste fluitsignaal in Oss, was een vroege start van de Stille Week.
Op Witte Donderdag bedekte mijn moeder altijd het kruisbeeld met een witte lap om de ramp van Goede Vrijdag voor ons kinderen verborgen te houden. Dan ging thuis het gebloemde plastic kleed van tafel en werd het vervangen door een wit stoffen. Er heerste, ondanks zijn tienen, een rust dat het leek alsof het echt ons laatste avondmaal zou zijn.
Bij het inspelen kwamen de woorden van de Oefening van Hoop spontaan in me op, om het billenknijpen voor te zijn. Voor een vol stadion zouden onze jongens aan klanten-binding doen en zorgen voor een goede vrijdag. Met zo’n ambiance besefte ik dat mijn 1-1 wel erg mager was.
Bij de rust was nog niets verloren. Het was een echte wedstrijd, met kansen aan beide kanten. Veel voor Willem II en één succesvolle voor Van Zaanen. Ik prevelde de 12 artikelen van het Geloof, schaden zou het niet. God zou vandaag opstaan om onze Maradonny de helpende hand toe te steken, zoals hij dat in 1986 bij Maradonna in Mexico had gedaan. Als de al tijden lijdende Donny zou scoren, mocht dat een wonder heten. In de tweede helft werd het een kruisweg, met valpartijen en gemiste kansen.
De naam Goede Vrijdag is erg misleidend. Een onschuldige werd 2000 jaar geleden veroordeeld, en ’s middags op mijn moeder’s kruis vastgenageld. Om 3 uur haalde ze dan de witte lap van het kruisbeeld en zei ze blij dat Hij zou opstaan om iedereen te redden, op eenzelfde toon als ze eerder vertelde over Sinterklaas en zwarte Piet. Daar geloofde ik in.
Geen Goede Vrijdag voor Willem II. Geen kroon voor Streppel of het moet een doornen geweest zijn, want een punt prikt. Geen kruis voor Ruijs, de fortuinlijke Fortuna trainer. Met luide Loeëne Klokken, reed de bus terug naar Limburg, Pasen tegemoet.
Ik weet niet hoe u erover denkt. Mijn geloof in een nacompetitie, is er deze vrijdag niet beter op geworden en die witte lap van mijn moeder komt misschien nog van pas.
Uw eigen wijze sportverslaggever.