UW EIGEN WIJZE SPORTVERSLAGGEVER 13 maart 2011 Vierde jaargang nr 20
TUSSEN HOOP EN VREES
“C’est pas bon”, was het verrassende commentaar van de door mij pas aangestelde personal coach in 1994 op de tekst die ik had geschreven om de medewerkers van mijn nieuw verworven franse onderneming toe te spreken. Iedere nationaliteit heeft zijn eigen gewoontes, de fransen vormen daarop geen uitzondering en hulp kon ik beslist gebruiken.
Ik had ze – de 300 personeelsleden – willen voorhouden vooral niet om te kijken naar het verleden met twee faillissementen en onbekwame bestuurders, maar vooruit te blikken en de schouders te zetten onder een succesvolle toekomst.
“Correct monsieur, mais c’est pas bon”, zei Thierry nog een keer. “Een fransman kent het verleden, hoe rumoerig dat ook is geweest en trekt daar lering uit. Hij kent ook het heden en kan dus omgaan met de dingen die om hem heen gebeuren. De toekomst is onzeker. Hij weet niet wat hem te wachten staat en dat bezorgt hem de nodige schrik. Om vertrouwen te hebben in een onzekere toekomst, is wel het laatste waar hij aan wil”.
Ik moest een derde van mijn tijd spreken over het verleden, een derde over het heden en een derde over de toekomst. Dat is wat men wilde horen.
Nu, 17 jaar later, komen de woorden van Thierry zo terug in mijn herinnering.
Schrijven over het verleden van Willem II wil ik wel, maar vorig seizoen ging er heel veel verloren en daarvoor was het al niet anders, om van dit seizoen maar niet te spreken. Om echt iets positiefs te melden moet ik terug naar twee trouwe bezoekers van de Koningsclub. Clubtop-scoorder Piet de Jong en Jan van Roessel. Naar het Co Adriaanse tijdperk, dat ons herinnert aan successen, aan een tijd dat we overal fier vertelden, dat we stoere kerels waren en heel Tilburg trots was. Die ouwe Co-koe laat ik maar links in de sloot liggen.
Bij het heden zie ik 10 nationaliteiten in de ploeg en vraag ik me af hoeveel personal coaches Heerkes tot zijn beschikking heeft. Veel wedstrijden gingen onnodig verloren en ook de clubcultuur hangt aan een zijden draadje. Treffender dan het contrast van de laatste 15 minuten uit de wedstrijden tegen Heerenveen en De Graafschap kan ik het niet voorschotelen. We leven tussen hoop en vrees. Zelfs tegen Ajax was er een helft hoop. Willem II én de scheids-rechter hielpen die, zoals zo vaak dit seizoen, samen om zeep. Ook in het heden zie diezelfde sloot, waar nu een kalf in ligt met een touw om zijn nek. Wordt het volgende week gered of gewurgd?
De hoop van een heel seizoen balt zich samen in de komende wedstrijd tegen VVV. Nog geen uitwedstrijd werd gewonnen, nog geen geluk hebben we aan ons kont gehad en nog geen wedstrijd speelden we twee goede helften.
Zou dat nu allemaal goed komen? Met een hele hoop hoop kijk ik uit naar volgende week. Al mijn hoop verandert in wanhoop als die wedstrijd verloren gaat. Staat Willem II na 19 maart nog overeind dat is de vraag of is de liggende franse driekleur illustratief voor een verslagen Tricolores? U vindt het niet erg dat ik mijn deel over de toekomst later schrijf. Als een fransman zit ik inmiddels met schrik voor de toekomst en balancerend tussen hoop en vrees.
Uw eigen wijze sportverslaggever.