Derde Jaargang Nummer 10
ALGEMENE FONDS
Via Station West en de Blaak ging ik naar het stadion, benieuwd welke pionnen Alfons op zou laten draven om de zespuntenklus tegen de mede-degradatiekandidaat Heerenveen te klaren. De passie ontbrak tegen NAC, het vuur tegen PSV, en eigenlijk alles tegen NEC. Te algemeen Fons, geen tijd hoor om te monopolyen. Ik geef toe, het spel op de winteravonden van vóór het TV-tijdperk roepen warme herinneringen aan hecht familieplezier op, tot iemand op Kalver-straat kwam met 2 hotels en de stukken door de kamer vlogen.
Ik heb het over de tijd dat Dorpstraat nog 60 gulden kostte. De klok één uur terugzetten is OK Fons, maar toch geen 50 jaar. Het gaat inmiddels ergens om. Met een pion, dobbelstenen en f. 1500, kreeg je de kans om heel Nederland te verove-ren. Start met een plan, schat je tegen-stander in, doorgrondt zijn speelwijze en pas je tactiek aan. Het spel is anders vervelend, slaapverwekkend en gloort er nooit succes.
Alfooons??!! Hoor ik u roepen? U dacht dat ik het al over Willem II had. Nee, nog over het spel van Mijnheer Darrow, de werkeloze verwarmingsmonteur uit de VS, die in de crisistijd van aanpakken wist. Alfoooooons???!! Tijd dat jij je pionnen laat rennen, het is ook hier crisis. Haal de lijm van de reservebank, laat ze niet Vrij Parkeren. Wordt geen algemene Fons, neem een kanskaart, ga niet (langs) AF en klim via station Heerenveen omhoog op de ranglijst. Als we geen punten pakken blijft Tilburg een dorp: Ons Dorp. Voor Willem II klinkt Hofplein beter dan A-Kerkhof, toch? De kaart "De Gemeente lost uw huurproblemen op" brengt uitkomst, maar geen punten. Evenmin als "DSB valt, AZ 3 plaatsen terug". Zorg dat jouw spelers ballen krijgen en ze met Lange Poten elke tegenstander van het bord vegen. Laat Zijler weg draaien van Popov en scoren.
Het bezoek aan Jack's Casino tijdens de sponsoravond is niet voor niets geweest. Gooien Fons, jij bent aan zet. Doe het zonder beker, maar met beleid. Fons schudt alsof hij een cocktail aan het shaken is. Gooien Man! Komaan Gooien! De stenen tuimelen over het speelveld, ik zie een 4 en een 1. Een fantastische uitslag, en dat voor maar één helft.
Uw eigen wijze sportverslaggever
Jan van Grinsven -
25 oktober 2009.
ICH BIN EIN TILBURGER
Mijn zoon was vorige week met een stel kornuiten in Berlijn. Ik drukte hem op het hart vooral de stad goed te bekijken. “Want”, zo lichtte ik toe, “die wedstrijd tussen Hertha BSC en Heerenveen kon wel ’s tegenvallen.” Dat leek me zelfs een fors understatement want Heerenveen verliest momenteel vrijwel alles en Hertha doet daar niet voor onder. Een match tussen de nummer 18 van de Bundesliga en de nummer 16 van de eredivisie beloofde op voorhand weinig goeds. “Geniet van de Brandenburger Tor, bekijk de restanten van De Muur, bezoek de cafeetjes in Mitte en Kreuzberg, vergeet de Siegessäule niet, de Rijksdag, de Kurfürstendamm, Check-point Charlie, de ......” “Pa, we gaan maar drie dagen!” “Ik ben overal geweest”, verklaarde zoon bij thuiskomst enthousiast, “we waren zelfs bij het Rathaus Schöneberg op de Rudolph-Wilde-Platz. Je weet wel, de plek waar Kennedy in 1963 z’n beroemde oneliner ‘Ich bin ein Berliner’ debiteerde. Ook de wedstrijd was het aanzien waard en Heerenveen won verdiend. Prima sfeertje bovendien!” Pa ging de zondag erop naar Tilburg; toch een waagstuk, vond ik. Maar, zo wisten we ons te herinneren, vorig jaar draaide Heerenveen eveneens wisselvallig tot aan de uitwedstrijd in Tilburg. Na de 3-1 zege op Willem II ging het crescendo met de Friezen. We hoopten op een déjà vu. Het weerzien met onze Tilburgse maatjes verliep alleraangenaamst, de dis was prima verzorgd, de wijn uitstekend. Willem II-coach Groenendijk gaf ons zelfs al de opstelling, ook die van Heerenveen. Hulde voor de gastvrije Brabanders! In opperbeste stemming namen we onze plek op de tribune in. De eerste helft was door een Heerenveenbril bezien het aanzien alleszins waard, maar scoren is en blijft dit seizoen een probleem. Na de pauze volgde de complete ineenstorting. Via de autoradio hoorden we na afloop Jan de Jonge verklaren dat men intern heel goed wist waaraan het collectieve falen te wijten was. Wat dat dan was, onthulde hij niet. “Als ze maar niet denken dat de kwaliteit van deze selectie voldoende is om het rechter rijtje te verlaten”, reageerde ik venijnig. “Voorlopig staan we zelfs op een nacompetitieplek”, zei m’n maat. “Ach mochten we degraderen, dan vragen we toch gewoon asiel in het verre Zuiden”, opperde ik. “Ich bin ein Tilburger”, antwoordde m’n maat meteen. “Een tweede Kennedy schuilt er niet in je, vrees ik”, vond ik nogal wreed, “maar ze zoeken nog een burgemeester.”
Rob Kerkhoven www.robkerkhoven.nl