9 maart 2021
Korte omschrijving les:
Het schrijven van woorden met een tweetekenklank aan het einde van een klankgroep.
Didactische onderbouwing:
Deze les hoort bij het taaldomein 'schrijven'.
"Het is belangrijk dat kinderen leren spelling en interpunctie correct te gebruiken. Deze vaardigheden zijn voorwaarden voor het functionele schrijven. Hoe beter zij deze vaardigheden beheersen, hoe meer tijd en aandacht ze kunnen besteden aan de inhoud en het formuleren van een tekst.
In groep 4 en 5 ligt het accent bij spelling op het op de juiste manier koppelen van grafemen (lettertekens als a, i, k maar ook ie, eu, ng) aan de fonemen (klanken). Er zijn minder grafemen dan fonemen, wat verklaart dat bijvoorbeeld de spelling van woorden als bank, mooi, neus of leeuw in het begin voor veel kinderen lastig is. Meervoud, verkleinwoorden, samengestelde woorden: de woorden worden steeds complexer. Wat interpunctie betreft leren ze hoofdletters, punten, vraag,-, uitroep- en aanhalingstekens juist toe te passen." (Expertisecentrum Nederlands, 2010)
20 april 2021
Korte omschrijving les:
Technisch lezen activiteit, woorden met de letter /c/.
Didactische onderbouwing:
Deze les hoort bij het taaldomein 'lezen' en subdomein 'fictieteksten'. Technisch lezen is de vaardigheid van het omzetten van letters in klank, 'de techniek van het lezen'.
"In de middenbouw zijn de meeste kinderen nog hard bezig het technisch lezen goed onder de knie te krijgen. De zinnen en woorden in de aangeboden teksten worden stap voor stap complexer en langer. Om de groei in technisch lezen te stimuleren, is het noodzaak dat kinderen dagelijks boeken lezen. Om ze gemotiveerd te houden, moeten ze boeken op hun niveau en naar hun belangstelling kunnen kiezen. Door veel te lezen groeien ze op veel vlakken. De leeswoordenschat neemt toe en ze krijgen meer inzicht in de opbouw en het thema van een verhaal." (Expertisecentrum Nederlands, 2010)
11 mei 2021
Korte omschrijving les:
Stelopdracht aan de hand van een afbeelding met fantasievraag.
Didactische onderbouwing:
De les hoort bij het taaldomein 'schrijven'.
Het doel van onderwijs in stellen is dat leerlingen (foutloos) verschillende soorten teksten kunnen schrijven die passen binnen een bepaalde communicatieve situatie. (“Kennisplatform taaldidactiek - Stellen”, z.d.)
Ik heb bij deze stelles gekozen voor het schrijven van een verhaal aan de hand van een afbeelding met een fantasievraag (zie afbeelding). De ontwikkeling van de fantasie van kinderen is erg belangrijk. "Een oneindige grenzeloosheid van fantasie is geweldig voor de ontwikkeling van kinderen. Fantasie is eigenlijk ‘outside-the-box’ denken. Het stimuleert het probleemoplossend vermogen van kinderen, het bedenken van nieuwe mogelijkheden en de vaardigheid om dingen vanuit een ander perspectief te zien. Zo leren kinderen zelfs kritisch denken." (Kempen, 2021)
"Leerlingen gaan in de middenbouw gevarieerder soorten teksten schrijven. Naast eenvoudige briefjes en verhaaltjes schrijven ze steeds vaker informatieve tekstjes. Ze worden zich bewuster van hun schrijfdoel en het publiek voor wie ze een tekst schrijven. Ze leren inzien dat elke tekstsoort eigen tekstkenmerken heeft en passen deze ook toe. Ook zijn ze met de structuur van een tekst bezig, door kopjes, tekst en plaatjes bewust een plaats te geven.
De ontwikkeling van schrijfdurf en schrijfplezier zijn belangrijke doelen voor het schrijfonderwijs in groep 4-5." (Expertisecentrum Nederlands, 2010)
15 maart 2021
Korte omschrijving les:
Spellingsles over het schrijven van woorden met twee verschillende medeklinkers in het midden.
Didactische onderbouwing:
Deze les hoort bij het taaldomein 'schrijven'.
"Het is belangrijk dat kinderen leren spelling en interpunctie correct te gebruiken. Deze vaardigheden zijn voorwaarden voor het functionele schrijven. Hoe beter zij deze vaardigheden beheersen, hoe meer tijd en aandacht ze kunnen besteden aan de inhoud en het formuleren van een tekst.
In groep 4 en 5 ligt het accent bij spelling op het op de juiste manier koppelen van grafemen (lettertekens als a, i, k maar ook ie, eu, ng) aan de fonemen (klanken). Er zijn minder grafemen dan fonemen, wat verklaart dat bijvoorbeeld de spelling van woorden als bank, mooi, neus of leeuw in het begin voor veel kinderen lastig is. Meervoud, verkleinwoorden, samengestelde woorden: de woorden worden steeds complexer. Wat interpunctie betreft leren ze hoofdletters, punten, vraag,-, uitroep- en aanhalingstekens juist toe te passen." (Expertisecentrum Nederlands, 2010)
23 maart 2021
Korte omschrijving les:
Taalles over woorden die iets te maken hebben met informatie.
Didactische onderbouwing:
Een goede woordenschat ontwikkelen is erg belangrijk voor elk vakgebied en komt bij elk taaldomein aan bod.
Een ruimte woordenschat is belangrijk voor alle taalvaardigheden. Iemands woordenschat is verbonden aan succes op school, begrijpend lezen en het kunnen leren van teksten. Woordenschat heeft alles te maken met het kunnen spreken, luisteren en lezen.
"De leeswoordenschat is de woordenschat die kinderen opbouwen in geschreven taal. Deze is belangrijk bij alle vakken op school. Hoe groter de mondelinge woordenschat en de technische leesvaardigheid, hoe makkelijker de leeswoordenschat groeit. In de middenbouw leren kinderen vooral nieuwe woordbetekenissen. Ook leren ze strategieën voor het onthouden en afleiden van betekenissen uit de context." (Expertisecentrum Nederlands, 2010)
30 maart 2021
Korte omschrijving les:
Woorden leren over omgeving en milieu.
Didactische onderbouwing:
Een goede woordenschat ontwikkelen is erg belangrijk voor elk vakgebied en komt bij elk taaldomein aan bod.
"In de middenbouw is veel aandacht voor de uitbreiding van de woordenschat. Kinderen kunnen luisterend steeds doelgerichter de betekenis van woorden af leiden in taaluitingen in en buiten de klas. Daarbij leren ze strategieën gebruiken waarbij ze de betekenis van woorden afleiden uit de context. Ook krijgen ze oog voor betekenisrelaties. Ze leren bijvoorbeeld dat een stoel een meubel is en dat een leunstoel een soort stoel is. In de middenbouw gaan kinderen ook figuurlijk taalgebruik begrijpen (hij lachte zich suf, ik schrok me een hoedje).
Groepsgesprekken, uitleg, voorlezen, educatieve programma’s op tv en internet, presentaties en onderzoek- en ontdek activiteiten in groepjes zijn goede vormen om luisterend de woordenschat uit te breiden. Daarnaast is instructie in woordbetekenissen en woordleerstrategieën door de leerkracht cruciaal voor uitbreiding van de woordenschat." (Expertisecentrum Nederlands, 2010)