Ik kom uit een Nederlands gezin waarin ik met de Nederlandse taal ben opgegroeid. Bij ons thuis of bij familie praten we niet in een dialect. Maar ik kan Gronings wel verstaan omdat mensen om mij heen Gronings praten en omdat ik op de basisschool in de bovenbouw elk jaar een 'Groningse week' had. Omdat ik op de basisschool en middelbare school Engelse les kreeg en veel Engelse films en series kijk, ben ik die taal ook goed gaan leren. Ik heb geen moeite met Engels lezen, schrijven, spreken en luisteren.
Engels vind ik een hele belangrijke taal om te kunnen. Als je in het buitenland bent en je begrijpt elkaar niet, dan kan je het altijd nog in het Engels proberen omdat veel mensen dat wel een beetje spreken. Op de middelbare school kreeg ik ook Duits en ik heb daar ook examen in gedaan. Duits vind ik een stuk moeilijker dan Engels. Ondanks ik daar vaak mee in aanraking kom omdat we dicht bij de grens wonen en mijn ouders een paar Duitse vrienden hebben door mijn vaders werk. Ik zou de Duitse taal dus beter willen leren, begrijpen en gebruiken.
Ook zou ik graag Italiaans of Spaans willen leren omdat ik dat mooie talen vind en omdat Spaans een wereldtaal is. Taal betekent voor mij heel veel, zonder een taal kun je niet communiceren met anderen. Dan zou het leven heel saai zijn en zou niemand elkaar begrijpen.