Het Sanatorium van Zuydcoote

Reeds in de XIV de eeuw, was er in het bloeiende Zuydcoote een ziekenhuis voor kinderen, ouderen en zieken.Ingenieur Georges Vancauwenberghe (1853-1929), eerste burgemeester van Sint-Pol-sur-Mer, was daar directeur van een grote industriële weverij met 2000 personeelsleden. In 1893, wordt hij lid van het "Conseil d’Arrondissement de Dunkerque". Hij wordt er de voorzitter gedurende 20 jaar. In 1904, wordt hij verkozen tot "Conseiller Général" waar hij, van 1910 tot 1922, de functie waarneemt van "Président du Conseil Général" .In 1888 stichtte hij, met eigen middelen, het modelsanatorium St Pol sur Mer, dit voor de kinderen van de grote industriële centra van het Noorden die lijden aan chronische aandoeningen en rachitis. De noodzaak om de haven van Duinkerken uit te breiden vereist de bouw van een nieuw en groter complex en dit werd Zuydcoote. (4.000 bedden t.o.v. 350 à 400 Sint Pol). Voor de financiering van dit nieuwe gebouw werd een nationale loterij georganiseerd. De architect was de bekende Alexander Maistre In het voorjaar van 1902 begonnen de werken voor het nieuwe Sanatorium. Veel Belgische werknemers worden ingehuurd. Bakstenen worden aangevoerd met binnenschepen tot aan de brug van Zuydcoote (vanuit Calais en Madeleine). Ze gebruiken hiervoor de steen van Euville (Maas). De daken zijn bekleed met geglazuurde tegels van verschillende kleuren en vormen mozaïeken.

"La Ferme Nord" werd gebouwd in 1910. Het is een industriële boerderij die moet voldoen aan alle behoeften voor levensmiddelen van het Sanatorium. Voor vlees heeft men een eigen slachthuis. Op 1 augustus 1910 werd het nieuwe gebouw in gebruik genomen.

Vanaf het begin komen in de zomermaanden tevens de vakantiekolonies met de schoolkinderen naar het sanatorium.

In 1914 is Zuydcoote gelegen achter het Yserfront. Vanaf de eerste dag van de mobilisatie werd het ziekenhuis ter beschikking gesteld van de gezondheidsdienst van de geallieerde legers .Treinen vol gewonden werden aangevoerd. Tijdelijke graven worden gedolven in de dichtsbijzijnde duinen.

Tussen 1914 en 1918 worden meer dan 100.000 zieke en gewonde soldaten opgevangen.

Het ziekenhuis werd meerdere malen gebombardeerd , onder meer in 1917 toen 7 Franse verpleegkundigen, een Engels arts en een patiënt werden gedood.

Vanaf 23 november 1918, verbleven de kinderen terug in het Sanatorium. Het vertrek van de laatste gewonde militairen had plaats op 9 juli 1920.

Op 10 juli 1919 kwam de president van de Republiek, de heer Raymond Poincaré naar het Sanatorium, om het Kruis van het "Légion d'honneur" aan de heer Vancauvenberghe te geven, dit voor zijn bewezen diensten; de 100.000 soldaten verzorgd te hebben en om de meest gevreesde ziekten te hebben behandeld. Na de oorlog waren er meerdere ziekten behandeld, deze volgens de meest moderne en klassieke methodes. De opleiding en het onderwijs startten in de jaren '30. Bij het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog, liep het ziekenhuis leeg doordat de families hun kinderen kwamen ophalen;er verbleven nog slechts 420 patiënten. Een overeenkomst wordt ondertekend en er werd nu een deel Militair Hospitaal, een ander deel blijft Sanatorium.

Vanaf 10 mei 1940, met de invasie van België, kwamen de eerste gewonden toe. Ook de luchtaanvallen namen toe. De 5 operationele eenheden werkten zonder onderbreking. Vanaf 20 mei werden er dagelijks meer dan 600 gewonden binnengebracht Naarmate de dagen verstreken, nam de intensiteit van het bombardement toe, de Duitsers naderden, 70 obussen vallen op het Sanatorium.

De soldaten worden begraven in een kleine vlakte, in de duinen, tussen de spoorweg en de cité van sociale woningen.

Na 4 juni 1940, hadden de Duitsers de helft van de inrichting ingenomen om het in te richten als ziekenhuis.

Op 13 september 1940 was het Sanatorium volledig ontruimd en verhuisd naar Wervik (15km ten noorden van Lille) welke ook ingenomen was door de Duitsers.

Bij de bevrijding bevond het Sanatorium zich in een erbarmelijke staat. Alle dakconstructies waren gedemonteerd om er anti-tankpalen mee te maken en "Rommel-asperges". Alle metalen werden gerecupereerd: roosters, balken, bedden enz. ... Voor een verlies van meer dan een miljard Franse Frank van die tijd.

Het sanatorium werd 25 jaar later volledig herbouwd; dit zonder kredieten van het ministerie van Wederopbouw;maar

hoorde bij het ministerie van Volksgezondheid, voor wie de sanatoria geen prioriteit was.

In het midden van de jaren 60, was er een verschuiving naar functioneel herstel en revalidatie. Het ziekenhuis werd een ziekenhuis net zoals de anderen, gespecialiseerd in behandeling van botziekten en bewegingsapparaten.

In 1964 werd de film, "Weekend à Zuydcoote" opgenomen, scenario gebaseerd op de roman van Robert Merle, die de prijs Goncourt toegekend kreeg in 1949. De film is van Henry Verneuil met Jean Paul Belmondo, Pierre Mondy, Jean Pierre Marielle, François Perrier en Catherine Spaak.

Het dagelijks leven, binnen in de inrichting, werd hier verstoord door de zwarte rook die zich overal verspreidde en belette dat het personeel het linnen buiten kon drogen.

Vandaag bestaat de site uit twee delen:

- Het Maritime Hospitaal van Zuydcoote is een departamentale overheidsinstelling. De financiering ervan is in de eerste plaats verzekerd door de ziekteverzekering. Hij is geplaatst onder de voogdij van de staat. Het is gespecialiseerd in de polyvalente revalidatie van volwassenen , de geriatrische revalidatie van het bewegingsstelsel, het behandelen van grote brandwonden en verwondingen van de hand, neuro-vasculaire revalidatie en revalidatie van geamputeerden. Tien bedden zijn gewijd aan de heropvoeding en opvang van kinderen en volwassenen.

- Het Instituut Vancauwenberghe die het "Institut d'Education Motrice" (I.E.M.) omvat evenals het "Maison d'Acceuil Spécialsée" (M.A.S.) en de Dienst "Service d'Education et de Soins Spécialisés à Domicile" (S.E.S.S.D.).

Bron: "Histoire complète du Sanatorium de Zuydcoote "van de heer René Boulanger 1988

Zie ook website Geschiedenis van het Sanatorium>>>