-23- opname van een elektrocardiogram (ECG)

Verpleegkundige handeling: B2

Voorbereiding

verplegende

• • rein uniform en verzorgd voorkomen

  • correcte en voldoende gegevens verzamelen (reden van afname, ….)

  • handhygiëne volgens de richtlijnen van FOD

materiaal

• • ECG-toestel

  • Gevulde batterij

  • voldoende mm-papier aanwezig.

  • voldoende zuignapelectroden of kleefelektroden

  • geleidingsproduct spray og gel (indien nodig)

  • doos zachte wegwerpdoekjes

  • nierbekken

  • identificatieklever(s) van de zorgvrager

  • eventueel: plaatelektroden, tondeuse of scheermesje, flesje ether.

kamer

• • aandacht voor privacy: kloppen, ramen, deuren, gordijnen sluiten.

  • beletlichtje aan

  • ergonomie: juiste werkhoogte, voldoende ruimte, voldoende licht

  • vraag bezoekers de kamer te verlaten

  • plaats het ECG- toestel naast of aan het voeteneinde van het bed van de zorgvrager

  • zorg voor voldoende werkruimte

  • houd rekening met de lengte van de elektrodekabels

  • sluit het toestel aan op het net of stel de batterij in werking

zorgvrager

• • beleving: zv begroeten en informeren, jezelf voorstellen

  • vraag de zorgvrager:

  • goed stil te liggen en niet te praten tijdens de meting, rustig in en uit te ademen

  • zijn/haar polshorloge en/of lange halskettingen te verwijderen

  • gsm en andere elektronische apparaten uit te schakelen

  • breng de zorgvrager in de juiste houding:

  • rugligging in bed met de armen naast het lichaam

  • de benen gestrekt, zonder elkaar te raken

  • lichaamsdelen niet in contact met metalen delen van het bed

  • een ontspannen houding

  • breng een afdekdeken aan en verwijder de bovenlaag

  • vraag/help de zorgvrager het bovenlichaam en de onderbenen vrij te maken

  • verwijder zo nodig overtollig haar op de plaatsen waar de elektroden worden aangebracht

uitvoering

• • Plaats de elektroden voor de extremiteitsafleidingen

werkwijze 1: gebruik van plaatelektroden

• 1. Bevochtig de elektroden met het geleidingsproduct

  2. Breng de elektroden aan

  3. elektrode met rood kenteken:

  4. thv het onderste deel van de rechtervoorarm.

  5. elektrode met geel kenteken:

  6. thv het onderste deel van de linkervoorarm.

  7. elektrode met groen kenteken:

  8. thv het onderste derde deel van het linkerbeen

  9. elektrode met zwart kenteken:

  10. thv het onderste derde deel van het rechterbeen

werkwijze 2: gebruik van zuignapelektroden of kleefelektroden

• 1. Bevochtig de huid met contactspray.

  2. Breng de elektroden aan:

  3. elektrode met kenteken RA/rood:

  4. thv de rechterschouder of -arm

  5. elektrode met kenteken LA/geel:

  6. thv de linker schouder of -arm

  7. elektrode met kentekenF/groen:

  8. links laag abdominaal of thv de linkerdij (of been )

  9. elektrode met kenteken N/zwart:

  10. rechts laag abdominaal of thv de rechterdij (of been)

• • Plaats de elektrode voor de precordiale afleidingen

• 1. Bevochtig de huid met contactspray indien gebruik van zuignapelektroden.

  2. Breng de elektroden aan:

  3. Elektrode met kenteken V1of C1/rood:

  4. thv de vierde intercostale ruimte rechts van het sternum

  5. Elektrode met kenteken V2of C2geel:

  6. thv de vierde intercostale ruimte links van het sternum

  7. Elektrode met kenteken V3 of C3/groen:

  8. op de 5e rib links tussen V2 en V4

  9. Elektrode met kenteken V4 of C4/bruin:

  10. in de vijfde intercostale ruimte links op de middelsleutelbeenlijn

  11. Elektrode met kenteken V5 of C5/zwart:

  12. in de vijfde intercostale ruimte links op de voorste oksellijn

  13. Elektrode met kenteken V6 of C6/paars:

  14. in de vijfde intercostale ruimte links op de middelste oksellijn

• • Controleer of de elektroden goed contact hebben met de huid.

  • Vraag de zorgvrager nogmaals om niet te bewegen of te spreken tijdens de registratie

  • Zet het toestel in werking.

  • Blijf tijdens de registratie bij de zorgvrager

  • Verwijder de elektroden en droog ze indien nodig met wegwerpdoekjes.

  • Droog de huid van de zorgvrager met wegwerpdoekjes en verwijder het afdekdeken

  • Breng de identificatiegegevens van de zorgvrager aan op de ECG-strook

nazorg

zorgvrager

• • Bed en kledij terug in orde brengen

  • Comfortabele houding

kamer

• • Bed op juiste hoogte

  • bel binnen handbereik

  • gordijnen open, beletlichtje uit

materiaal

• • afval in juiste vuilbak

verpleegkundige

• • handhygiëne

  • rapporteren

  • o.a. bepaalde klachten, angst- of stressgevoelens

  • opgemerkte afwijkingen waarmee je rekening moet houden.

  • ECG aan de arts geven om te beoordelen

laatste aanpassing: N. Cos 12/01/2014