‘Stop … ik wil er af’. ‘Wat is er?,’ vraagt schildpad. ‘Ik heb iets raars gezien’, zegt Julia. Ze springt van zijn schild en verdwijnt tussen de bomen. Schildpad slentert achter haar aan. Even later heeft hij Julia ingehaald. Ze staat aan de grond genageld naar iets te kijken.
‘Is er iets?’, vraagt schildpad bezorgd. ‘Zie je deze stok’, zegt ze bijna fluisterend. De houten stok voor haar neus is versierd met kralen, botjes en veertjes. ‘Mijn naam staat er op’, zegt ze vol ongeloof. Schildpad kijkt haar geheimzinnig aan. ‘Vertel op … ik zie aan je ogen dat je hier meer over weet!’ ‘Oké’, zegt schildpad. ‘het is waarschijnlijk heks’. ‘Heks…?’ ‘Yep. Ze woont in een huisje niet ver hier vandaan. Maak je geen zorgen. Ze is lief. Waarschijnlijk ziet ze ons in haar toverketel door het bos wandelen. De stok is een cadeau voor jou. Pak hem maar… heks heeft hem betoverd. Hij zal je beschermen tegen muggen, roofvogels en gevaarlijke verhalen.’
Julia neemt de stok in haar hand. Hij is lichter dan hij eruit ziet. Ze voelt dat ze door het bos wil rennen en dat ze elk gevaar kan verslaan. Het is alsof zij en de stok elkaar kennen. ‘Kom schildpad we gaan verder… wonen er nog meer verhalen in het bos? Ik wil ze allemaal horen.’ Met haar nieuwe wandelstok huppelt ze fier voor schildpad uit.