Je ervaart dat je altijd hebt bestaan.
Kijk maar, kun je je iets herinneren van de situatie voor je geboorte?
Maar je hoort dat er een tijd bestond dat je er niet was.
En dat er een tijd zal zijn dat je niet zult bestaan.
Toch zul je nooit de staat van dood zijn ervaren.
Eenvoudigweg omdat er dan niemand zal zijn welke die dood kan ervaren.
Zonder functionerende hersenen geen geheugen,
geen ervaringen, geen individueel Zijn.
Wat jou betreft heb je dus het eeuwige leven.
De tijd die jij leeft is in jouw beleving alles dat is.
Kijk je verder dan je individuele zijn.
Dan zie je dat er ook alleen eeuwig leven is.
Jouw lichaam is opgebouwd uit voeding die door DNA op de juiste manier is getransformeerd.
En dat DNA is afkomstig uit het lichaam van je ouders dat ook weer opgebouwd is uit voeding.
Alles verandert continu van vorm.
Echter tegelijk gaat er niets verloren.
Alles wat is heeft het eeuwige leven.
Slechts de vorm, expressie verandert.
Er is geen reden voor angst.
Er is ook geen reden om krampachtig leven te verlengen.
Want hoe je het ook bekijkt.
Jij hebt al het eeuwige leven.