Vragenlijsten: schaal-functie-doel
OLB & HGD > Onderzoeksfase > Vragenlijsten: schaal-functie-doel
Naam vragenlijst
Schaal
Functie
Begeleidingsdoel
Prestatiegericht perfectionisme
Zelfkritisch perfectionisme
Meten van je houding tegenover jezelf. Dit gaat over de mate waarin leerlingen hoge doelen stellen voor zichzelf en kritisch zijn voor zichzelf.
Intrapersoonlijk profiel opmaken van perfectionisme.
Begeleidingsgesprekken rond extreme vormen van perfectionisme.
Extrinsieke waarden
Intrinsieke waarden
Meten van de eigen doelen; brengt ook de waarden van leerlingen in kaart.
Linken leggen tussen eigen waarden en mate van betrokkenheid tot leren en studiekeuze.
Prosociaal gedrag
Antisociaal gedrag
Relationele agressie
Meten van interpersoonlijk gedrag van leerlingen tegenover zichzelf en anderen op school.
Profielen ontwikkelen van interpersoonlijk gedrag en bewustmaking van de invloed ervan op het schools gebeuren.
Mate van betrokkenheid
Autonomie ondersteunende betrokkenheid
Controlerende betrokkenheid
Meten van de stijl van ouderlijke betrokkenheid op schoolse zaken.
Drempel voor gesprekken tussen ouders en leerlingen helpen verlagen.
Bewustmaking van ouders bij hun rol m.b.t. studiekeuzes en welbevinden.
Autonomieondersteuning door leerkrachten
Kwaliteit van affectieve band met leerkrachten
Meten van de kwaliteit van hechting aan de leerkracht en leerkrachtstijl.
Drempel voor gesprekken met leerkrachten helpen verlagen.
Evaluatie m.b.t. de leerkrachtrol bij studiekeuzes.
Autonome motivatie
Gecontroleerde motivatie
Amotivatie
Meten van de kwaliteit van studiemotivatie a.d.h.v. verschillende motivatietypes.
Het intern kompas is hierbij leidinggevend. Het helpt om identiteits-keuzes en levensdoelen te blijven reguleren op basis van autonome motieven.
Ontdekken en versterken intern kompas.
Motivatieprofiel opmaken.
Motivationele dynamieken ontleden doorheen de schoolloopbaan.
Het studiekeuzeproces ondersteunen vanuit het bekomen motivatietype, wat kan leiden tot een heroriëntatie.
Zelfconcept wiskunde
Zelfconcept talen
Academisch zelfconcept
Contingent schools zelfbeeld
Beoordeling over zichzelf en eigen functioneren op schoolse vakken.
Schools welbevinden in kaart brengen en de relatie leggen tussen zelfbeeld en studiekeuze.
Versterken zelfbeeld en zelfwaardegevoel.
Gedragsmatige betrokkenheid
Gedragsmatige onbetrokkenheid
Emotionele betrokkenheid
Negatieve emotionele betrokkenheid
Meten van de mate waarin leerlingen betrokken zijn op het schools gebeuren.
Uitingen van (on)betrokkenheid in kaart brengen en een verklaring vinden voor een gebrek hieraan.
Bespreekbaar maken van negatieve gevoelens t.o.v. de school.
Taakanalyse
Planning
Leerstrategieën
Doorzettingsvermogen
Monitoring
Motivatie-strategieën
Zelfevaluatie-product
Zelfevaluatie-proces
Meten van het zelfregulerend gedrag van leerlingen: metacognitie, taak-management, planning en organisatie.
Versterken van de onderliggende studievaardigheden, persoonsvaardigheden en de metacognitie.
Testangst
Uitstelgedrag
Meten van de mate waarin leerlingen uitstelgedrag vertonen of angst ontwikkelen t.a.v. evaluaties.
Zicht krijgen op onderliggende mechanismen bij uitstelgedrag.
Begeleiding rond faalangst.
Oriëntatie
Exploratie van zichzelf
Exploratie omgeving
Kennis van zichzelf en de omgeving
Beslissingsstatus
Binding
Meten van de mate waarin de leerling bewust is van de studiekeuzetaken enerzijds en de mate van tevredenheid en identificatie met de gemaakte studiekeuze anderzijds.
Inzicht krijgen welke studiekeuzetaken goed verlopen en waar ondersteuning nodig is om een goede studiekeuze te kunnen maken.
Twijfels bespreekbaar maken.