Moeilijk gedrag ervaren

OLB & HGD > Begeleidingsfase > Oriëntatie : Motiverende coach > Moeilijk gedrag ervaren

Gedragsproblemen

Tijdens het begeleidingstraject van een leerling die problemen ervaart met het maken van een geschikte studiekeuze kunnen ook andere problemen aan de oppervlakte komen. Soms moeten we het maken van een studiekeuze ook bespreken in een moeilijke context, zoals bijvoorbeeld een leerling die op zijn school in een tuchtprocedure zit.

In dergelijke situaties kunnen we niet voorbijgaan aan de andere problemen van de leerling, ook omdat ze een invloed hebben op zijn keuzeproces.

Gedragsproblemen kunnen een direct verband hebben met de studiekeuzesituatie van de leerling. De gedragsproblemen en de studiekeuzeproblemen kunnen voortvloeien uit een eenzelfde, onderliggend probleem.

Dat kan een motivatieprobleem zijn, een identiteitsprobleem, een laag zelfwaardegevoel, een probleem dat zich situeert in de omgeving van de leerling …

In de onderzoeksfase proberen we hierop een concreet zicht te krijgen. Gaat het om een tijdelijk probleem? Een specifiek probleem dat louter schoolgebonden is? Een afstemmingsprobleem?

Perspectief bieden

Als OLB-begeleider zijn we geïnteresseerd in de oorsprong van de gedragsproblemen van de leerling, maar vanzelfsprekend ook in de impact ervan op zijn studiekeuzeproces.

  • Ervaart de leerling voldoende mentale ruimte om zijn studiekeuzetaken op te nemen?

Probleemgedrag, dat het gevolg is van onderliggende schoolse problemen, uit zich logischerwijs vaak ook in het studiekeuzeproces van de leerling. Hij zet zich af tegen het schoolsysteem, gedraagt zich moeilijk tegenover leerkrachten of medeleerlingen, gaat verplichtingen uit de weg, overtreedt regels en normen, handelt uit wrok of uit een gebrek aan motivatie… In deze gemoedstoestand is de kans niet zo groot dat de leerling zijn studiekeuze als een boeiende uitdaging ziet.

Nochtans kan het in bepaalde situaties net een interessant perspectief zijn om samen met de leerling na te gaan in hoeverre een studiekeuze zijn gedragsproblemen mee kan helpen oplossen.

  • Wat is hiervoor nodig?

  • Hoe zouden zo’n “mirakelopleiding” of “mirakelschool” er moeten uitzien?

Deze vragen kunnen helpen om van onder het (dominant) karakter van de ervaren problemen heen te komen en om belangrijke en motiverende elementen van het intern kompas van de leerling op het spoor te komen.

Hindernissen

In andere situaties kan het net zinvol zijn om de gedragsmoeilijkheden die de leerling ervaart in het begeleidingsgesprek in te brengen.

Dat is vooral het geval wanneer de gedragsproblemen te zeer in de weg staan om tot een goed keuzeproces te komen.

Hoe kijkt de leerling naar deze problemen, hoe beleeft hij ze, hoe begrijpt hij ze? We proberen de negatieve gevoelens die de leerling heeft ten aanzien van de school, leerkrachten, medeleerlingen… bespreekbaar te maken.

  • Wat speelt er mee?

  • Het gebrek aan succeservaringen op school?

  • Zich niet veilig voelen?

  • Onzekerheid of druk?

  • Verveling?

  • Gebrek aan steun of bevestiging?

  • Niet goed weten hoe om te gaan met…?

Op zoek naar antwoorden

Samen met de leerling zoeken we naar mogelijke antwoorden op een aantal vragen.

  • Hoe kunnen we de feedback van leerkrachten begrijpen en ermee omgaan?

  • Wat kan helpen om ons op school beter te voelen?

  • Hoe kunnen we anticiperen op moeilijke situaties?

  • Hoe kan de leerling op een constructieve manier invloed uitoefenen?

  • Hoe kan hij zich leren aanpassen aan regels, afspraken en beslissingen?

  • Hoe kunnen we druk omzetten in positieve energie en gedrag?

  • Hoe kunnen we relaties in de school en met medeleerlingen opbouwen, onderhouden, herstellen?

Leeftijdsgenoten

De betekenis die relaties met medeleerlingen voor de leerling hebben, kan een sterke rol hebben op de leerling en op zijn studiekeuzeproces.

Leeftijdsgenoten fungeren immers als referentiekader voor de eigen ontwikkeling van standpunten, waarden, interesses, vaardigheden.

Negatieve relaties maken het moeilijk om steun en vertrouwen te vinden in de ontwikkeling hiervan. Omgekeerd kan het ook voorkomen dat een leerling net heel sterk aansluiting vindt bij een groep van gelijkgezinde jongeren, die eveneens probleemgedrag stellen. De ontwikkeling van eigen waarden, opvattingen of interesses, die de basis vormt voor een gezond keuzeproces, kan in zo’n groep in de verdrukking geraken.

Ook in deze situaties willen we de leerling in contact brengen met zijn eigen intern kompas en die helpen versterken.