De kinderen Arcadie Claret
In de rouwstoet bij de begrafenis van koning Leopold II is er een man die als twee druppels water lijkt op de koning. Het is de vertegenwoordiger van het hertogdom Coburg, grootmaarschalk van het hertogelijk hof,
Vier jaar voor het overlijden van Leopold I was Arcadie gescheiden van haar officiële echtgenoot, Ferdinand Meyer.
Eind December 1865 vinden Arcadie en haar zonen, Georg en Arthur een onderkomen in een kasteeltje te Holzheim (Duitsland). Later verkoopt ze het kasteel Stuivenberg. De koper is een stroman van koning Leopold II.
Arcadie overlijdt op 13 Januari 1897, 31 jaar na koning Leopold I. Ze werd 72.
Ze werd begraven op het kerkhof van Monheim.
In het graf van de familie von Eppinghoven, op het kerkhof te Laken, liggen ook begraven Henriette Claret, zus van Arcadie en haar man François Suykens.
Freiherr Georg von Eppinghoven (Luik 1849 - Katzberg 1904)
Oudste zoon van Leopold I en Arcadie Claret. Hij werd officier in het Pruisische leger. Hij huwt in 1901 met Anna Brust, kamermeid van zijn moeder. Ze hadden 3 kinderen :
Henriette ( Burtscheid 1891 - Bedburg 1973). Ze verblijft in een psychiatrische instelling.
Freiherr Heinrich-Georg (Langenfeld 1892 - Toronto 1982)
Freiin Anna-Maria-Arcadie (Langenfeld 1894 - Johannesburg 1971)
Freiherr Arthur von Eppinghoven (Laken 1852 - 1940)
Arthur is niet alleen grootmaarschalk van het Coburgse hertogelijk hof, hij wordt ook vleugeladjudant van de Bulgaarse koning Peter, ook een Sachsen-Cuburg.
Hij huwt te Coburg met de dochter van de Britse Consul te Nice. Ze heet Anna Lydia Harris, haar moeder is barones. In 1894 krijgen ze een dochtertje, Louise-Marie-Alexandrine. (1894 - 1966), "Lison" genoemd.
Ze heeft afstammelingen in Nieuw-Zeeland.
Haar dooppeter is koning Ferdinand van Bulgarije, haar doopmeter, prinses Louise van België, dochter van Leopold II. ze werd begraven op het kerkhof van Laken, samen met haar ouders.
Na de eerste wereldoorlog te hebben geprobeerd te overleven in Duitsland, keert Arthur in 1924 naar België terug. Hij vestigt zich met zijn vrouw en dochter te Etterbeek. Na 10 jaar wordt hij Belg.
Financieel zit de familie aan de grond. Koning Albert I kent hen een lijfrente toe.
Arthur overlijdt in Nov. 1940. Hij werd begraven op het kerkhof van Laken op hooguit 25 m van het praalgraf van zijn vader, Leopold I ( in de krypte).
De afstamming van Leopold I verspreid zich in de families Tebbit, Batley, Bowen, Kane-Berman, Linder, Locker, Shelton. Hun beroepen : landbouwer, garagehouder, ingenieur, professor.
Allen weten dat ze van Leopold I afstammen.
Naar "De kinderen van de Koning", Reinout Goddyn.