Nadien

We lagen nog na nog na te genieten

het laken de lichamen warm aan alle

wetten ontsnapt het ontbrak ons aan weinig

een verleden misschien of de illusie

van iets wat nooit had plaatsgevonden zoals

nauwelijks op te hoesten aflossingen

kleuters met lopende neuzen hopeloos

afbladderende dialogen de klad

in de leugens die ons overeind hielden.

Zo’n verleden hadden we niet dus lagen

we maar tegen maar tegen elkaar tot de

prijs van de kamer geheel was opgebruikt.