Dochter

Zij baarde zorgen, nu een kleindochter

die teer en roze sluimert, misschien moet

alles opnieuw beginnen: niet opendoen

voor de boze wolf, twijfelen of het ooit

goed komt, omzien, aarzelen, later toch

gedogen dat toeval pijlsnel opschiet

als netels in pas gezaaide bedden,

zo draait dat zienderogen uit op iets

voorspelbaars: zaad sluimert, zwelt zich

te barsten door aarde en onkruid tot

kind, dochter, tilt alle stenen opnieuw

in de open, roze buik van de wolf.

© mark naessens