Avondmaal

Het mocht niet en dat was ons wel aan te zien

zoals haar ogen tekeergingen, gevlochten

vingers over tafelbreed bestek. Geluk

door vreemde wrede meesters verboden.

Denkend het doet er niet toe wat ze denken,

krijg het pleuris, nippen van wijn, uit elkaars

bord eten, wetten weldadig ontkomen,

nooit nog uitvluchten, niemand treft schuld.

Dan, alsof alle goden samenhokten

in die ene zin, zo voorovergebogen

gefluisterd dat hun vreugde niet op kon,

ik had kunnen kussen, maar het mocht niet.

© mark naessens