Ik weet niet veel van Italië. Natuurlijk de hoofdstad Rome. Daar ben ik geweest, net als in Vaticaanstad, Florence, Ravenna, Milaan, Venetië, Pisa en Triest. We hebben meerdere keren geskied in Madonna di Campiglio (de allerlekkerste zelfgemaakte Limoncello). En wie kent de rode Ferrari niet? Toch hierbij even iets meer over het land.
De Republiek Italië grenst in het noorden aan Frankrijk, Zwitserland, Oostenrijk en Slovenië. De rest van het land wordt omringd door de Tyrreense, de Middellandse, de Ionische en Adriatische Zee. De eilanden Sicilië, Sardinië en Elba en een aantal kleinere eilanden behoren ook tot Italië.
Een groot deel van het vasteland van Italië is gelegen op het Apennijns Schiereiland (Apennijnen: de bergketen die over zijn hele lengte door Italië loopt). Vanwege de langgerekte vorm met een hak heeft het land de bijnaam "de laars".
De onafhankelijke staten Vaticaanstad en San Marino zijn twee enclaves binnen de Italiaanse grenzen. Campione d'Italia is dan weer een Italiaanse exclave in Zwitserland.
Het land is opgedeeld in 20 regio's. Die hebben elk een eigen overheid. Vijf regio's hebben een speciale autonome status, te weten: Sicilië, Sardinië, Valle d'Aosta, Trentino-Zuid-Tirol en Friuli-Venezia-Giulia. Er bestaan naast het Italiaans 12 officiële talen, gesproken door minderheden: Albanees, Catalaans, Duits, Grieks, Sloveens, Kroatisch, Frans, Franco-Provençaals, Friulisch, Ladinisch, Occitaans en Sardisch.
Hierbij de landkaart:
Zoals al eerder geschreven zijn wij geïnspireerd door de Giro d’Italia. Deze wielerronde doorkruist vele kleinere stadjes en geven leuke bijzonderheden aan.
We zijn in één ruk door Oostenrijk gereden via de snelwegen. Het aanvankelijke idee was geen snelwegen, maar daarvoor is er al te veel neerslag (sneeuw) gevallen. Dus kochten we een vignet (€19), een ticket voor de Brennerpas (€12) en daarna de tolweg naar Bolzano (€8,10). Dit is de ergste en meest opgebroken snelweg die wij hebben gereden. Steeds een eenbaansweg, steeds ingeklemd tussen afzettingen en steeds weer terug naar 60 of 40 km/u. Dit was niet fijn rijden en helaas was ik voor de verandering de chauffeur. John deed de navigatie. Onderweg konden we bij een benzinestation grijs water lozen en drinkwater aanvullen. Onze tank van 100 liter was namelijk nagenoeg leeg.
We stopten bij een plekje gevonden in de app Park4Night in Neumarkt of Egna (Italiaans) in het noorden van Zuid-Tirol (provincie Trentino) net onder Bolzano. Dit stadje ligt onder de Dolomieten en is omringd door wijngaarden en de rivier de Adige en behoort tot I Borghi più belli d’Italia, de officiële lijst van de mooiste dorpen van Italië. Met zijn lange arcade straten, elegante Renaissancegevels en binnenhoven is Egna een mooie bestemming waar wij bij toeval zijn beland. Zie verder deze link.
We hebben in de namiddag met verbazing de schoonheid van deze plaats aangezien.
Voor ons vertrek hebben we toch nog even door dit o zo mooie stadje Neumarkt gewandeld. Wat opvalt is dat dit stadje tweetalig is. Je hoort meer Duits dan Italiaans en alle borden op straat zijn allemaal in het Duits met daaronder het Italiaans. Het was marktdag, dus ook direct inkopen gedaan. Bij de visboer dure, edoch twee mooie tongen gekocht. Dat wordt smullen. Na de koffie reden wij verder door Zuid Tirol / Trentino naar Veneto (oorsprong van de Tiramisu). We reden door eindeloze appel- en wijngaarden (o.a. Pinot Noir en Gewürztraminer). Dit dal heeft een mild klimaat en zeer vruchtbare grond. Ieder stukje grond wordt dan ook benut.
De vallei wordt omringd door steile rotsen. Soms kaal, soms met bomen begroeid. Zowel alle druivenranken - en dat zijn er onnoemelijk veel - als de honderden fruitbomen waren in herfstkleuren. Zo mooi!!!!
We reden door Valsugana langs de meren Lago di Caldonazzo en Lago di Levico. Een droomrit! We stopten in Bassano del Grappa wat ligt aan de voet van de Vicentijnse Vooralpen. Dwars door de stad stroomt de rivier de Brenta waarover de monumentale Ponte Vecchio is gebouwd.
Wij liepen door dit goed bewaard gebleven historisch centrum met fraaie pleinen en arcadegalerijen en over het belangrijkste monument: de Ponte Vecchio. Deze bijzondere houten brug werd voor het eerst in 1569 gebouwd, daarna is hij in 1748, 1813 en 1948 herbouwd na verwoest te zijn geweest door natuur- of oorlogsgeweld. Er is gekozen voor hout als bouwmateriaal om de brug meer elasticiteit te geven in geval van hoog water. De stad ademt oude glorie, een rijk verleden, uit. Mooie, grote panden met nog grotere binnentuinen. De ooit prachtige schilderingen op de huizen zijn vervaagd. Best jammer. Bij Palazzo Sturm zagen we “King Kong Rhino”, een beeld van roestvrij spiegelstaal van Li-Jen Shih. Dit beeld weerspiegelt zowel de lucht als de dagelijkse veranderingen, maar ook de omgeving.
We slenterden langs onder andere Palazzo, Opera, kleine straatjes met vele grappa etalages en pleinen. Op een plein was een markt voor handgemaakte chocolade producten. Wel 100 meter aan kraampjes met de lekkerste chocolade. Een ware Tantalus-kwelling voor John. We bezochten het Grappa museum van de familie Poli: 4e generatie Grappa distilleerderij. Grappa is een traditionele Italiaanse drank, die traditioneel door wijnbouwers werd gemaakt uit druivenpulp.
Bij een voormalig chique bar / hotel dronken we een Negroni. Heerlijk. Veel ouderen en jongeren lopen trouwens verkleed ivm Halloween. Ook zijn veel etalages en zelfs hele straten in Halloween sfeer. Daar gaan we vanavond nog naar toe.
Halloween hebben we overgeslagen. We hadden gewoon even geen zin. We staan op een gratis dag en nacht parkeerplaats vlakbij het centrum. De auto’s komen en gaan. Na het ontbijt wandelden we weer naar Ponte Vecchio en naar de Piazza’s.
Het was een gezellige drukte. Er was dan ook een gigantisch grote markt die meerdere pleinen en straten besloeg. En alle terrassen waren vol. We vonden een vrij tafeltje en genoten van onze koffie, de menigte en de marktlui.
De mensen gaan hier goed gekleed en mooi gekapt. Echt met stijl. Qua mode is alles toegestaan. Van midi, mini, hotpants naar lange broeken met smalle en heel brede pijpen. Veel blazers en veel bont. Meestal leren schoenen of kniehoge (boven en onder de knie) laarzen. Hakken hoog, blok of laag. Kortom, alles is in. Maar in elk geval geen campingsmoking en nauwelijks veredelde gymschoenen op extra dikke zolen met glitter.
De kerkdienst was afgelopen. Het is Allerheiligen en de kerk zat vol. Heerlijk om zo de mensen gade te slaan. Wij gingen verder over deze giga markt. Vooral kleding, maar ook schoenen en twee straatjes met etenswaren. Bij de vis- en kipstand stond een enorme wachtrij. Wij wilden een hele gegrilde kip meenemen, maar moesten wel even geduld hebben. 43 wachtenden voor ons! Ik stond nog even te kwijlen bij de verse funghi. Maar eerst opmaken wat we hebben. Dan maar een Aperol met uitzicht op een ander deel van de markt.
In de camper hebben we een late warme lunch gegeten en siësta. Daarna opnieuw de stad in, dit keer via een erg dikke, goed behouden stadsmuur. Wat een drukte. Geen markt meer, maar alle terrassen volledig bezet. Nu ook veel tieners en twintigers. Ook zij zijn allemaal smaakvol gekleed. De sfeer is super. Tussen de jongeren vonden we een tafeltje: een bier en een Aperol. Er werd chips neergezet en even later ook 2 x een kwart Croque-Monsieur. Na dit drankje gingen we terug naar de camper. De parkeerterreinen zijn afgeladen vol. Italianen houden er duidelijk van om uit te gaan!
Tijd om te gaan. Over kleinere wegen en door kleinere dorpen reden we richting Vicenza. De omgeving zal zeker mooi zijn, maar daar kregen wij weinig van mee door de non-stop regenval. Zo jammer! We stopten bij Gelateria Emé in Sarcedo. Prachtige winkel met overheerlijke koffie! In Sarcedo konden we ook ons zwarte water lozen, wat de hoogste tijd werd. Daarna reden we verder naar Vicenza, dé stad die vol UNESCO werelderfgoed staat en heel sfeervol is. Het is één van de grootste producenten van staal en textiel en “hoofdstad” van het land op het gebied van de productie van goud en sieraden. Het wordt ook wel de stad van het goud genoemd. Vicenza is tevens de gevestigde werkplaats van toonaangevende luxemerken als Gucci, Hermès en Tiffany & Co.
Nou daar zijn we dan. Stromende regen. Toch eropuit. Gewandeld naar het Piazza dei Signori met o.a. het Basilica Palladiana. Er staan heel veel mooie beelden, zowel op straat als op de daken en in de gevels. Wat een rijkdom! Toch maakte het weer dat we niet het echte bruisende van deze stad mee kregen.
We besloten al snel door te gaan naar een plek bij een Agriturismo. Misschien komen we morgen terug. We arriveerden vroeger dan aangegeven bij “Fratelli Brunello 1840” in Montegalda. Dit is een Grappa distilleerderij. Er zou om 15.00 uur een evenement beginnen, maar we waren welkom. En we troffen het. Als we wilden zou er na de rondleiding met de Italianen een rondleiding in het Engels voor ons gegeven kunnen worden. Natuurlijk wilden wij dat!
Echt interessant: zij zijn naar eigen zeggen één van de oudste en misschien wel de oudste familie grappa distilleerderij. Onze rondleiding kregen wij van Mateo, de vijfde generatie. Zij zijn niet zo groot als de familie Poli, maar wel exclusief! Hun kwaliteit wordt goed bewaakt. Van eind september tot eind oktober komt de druivenpulp binnen. Zij nemen af van vaste adressen waarvan zij zeker weten dat de pulp vers en goed afgesloten is. Bijzonder belangrijk voor de kwaliteit van de grappa. Uit 100 kilo pulp komt 5% alcohol. Het hele proces van pulp tot alcohol is verzegeld en wordt gecontroleerd door de overheid. Tijdens het proces zakt het alcoholpercentage. Op een meter kunnen zij dat zien. Als het onder de 60% komt, dan stopt deze sessie. Er kan niet tussentijds getest worden. De gebroeders werken puur op ervaring. Zij moeten belasting betalen over het aantal liters dat is vervaardigd en in stalen vaten wordt opgeslagen. Het moet minimaal één jaar blijven liggen. Bij houten vaten past de overheid een kleine verrekening toe, omdat daar sprake is van verlies door vervlieging (het deel voor de engelen). Hoe lang de alcohol blijft liggen, 1 jaar of 20 jaar, op het moment van openen heet het “jong”. Een interessante rondleiding met aan het einde een proeverij. Wij hebben een fles Grappa en een fles Limoncello gekocht. Het bleef regenen. De hemel huilde de hele dag om Allerzielen.
Strak blauw! John was al vroeg gaan wandelen. Vandaag begon de bouw van een nieuw complex, maar we mochten blijven. Wij gingen fietsen met Tinus over dijken rond Montegalda, waaronder routes langs de rivier de Bacchiglione. Dit alles valt zijdelings onder de Po-delta. Het landschap is redelijk vlak en omringd door bergen.
Het was warm: officieel 14°, maar het voelde als 24°. We dronken koffie in Veggiano. We hadden een heel leuk gesprek met een Italiaanse, Carmen (38 jaar). Zij was mannequin, organiseerde modeshows en later ontwerpster van bruidsjurken. Woonde jarenlang op Tenerife en wil nu naar Fuerteventura. Haar werk doet zij vanuit huis. Volgens haar kun je in Italië het beste wonen in Puglia. Weinig criminaliteit en vriendelijke mensen. Onze fietstocht ging verder voor het overgrote deel over dijken en soms over olifantenpaadjes. Ook dát heet in Italië een fietspad. Tinus rende bijna de hele rit los mee.
We brachten Tinus terug en gingen op de fiets naar een supermarkt. Op de terugweg gestopt bij een prachtig grote villa met in de tuin een klokkenmuseum met torenklokken uit o.a. het jaar 1000. Terug bij de camper waren de lui nog steeds aan het werk. Dat stopte pas om 19.00 uur. Wij speelden het “Wormenspel” en ra ra : tot tweemaal toe gelijk geëindigd. Goed voor de sfeer...😜
Om 7.00 uur begonnen de werklui. Vroeg wakker dus. We hadden geen zin om nogmaals Vicenza te bezoeken en hebben ook Padua overgeslagen. Op naar Ravenna. We reden door de Po-vlakte. Zegt AI dat dit de meest vervuilde regio van Europa is. Er wordt hier voornamelijk rijst verbouwd (Risotto), maar ook is er veel veeteelt (Gorgonzola). De industrialisatie heeft er de meest vervuilde streek van gemaakt. Wel is men begonnen met herbebossing. Dat konden we goed zien langs onze route. Overigens is de Po met 652 km lengte de langste rivier van Italië.
In Ravenna vonden een prima parking en gingen hup de stad in. We liepen langs de verschillende klassiekers (= gebouwen die je bezocht moet hebben). Onder andere mausoleum van Galla Placidia en de Basilica di San Fransisco waar ook het graf is van Dante Alighieri, een Italiaanse dichter, schrijver, moraalfilosoof en kortstondig politicus. De beroemde Dante was verbannen uit zijn geboortestad Florence.
Dante stierf in 1321 en sinds 1325 zendt het Florentijnse gemeentebestuur jaarlijks een kruik met olijfolie en een palmtak naar Ravenna met het verzoek om de stoffelijke resten van ‘Onze Grootste Zoon’ terug te geven 'opdat de beenderen een rechtmatige plaats krijgen'. De magistraten van Ravenna blijven op hun standpunt: “Eens verbannen, blijft verbannen”.
Dante’s belangrijkste werken:
La Divina Commedia - een epische reis door de hel, het vagevuur en het paradijs; een meesterwerk dat wordt beschouwd als een hoogtepunt van de wereldliteratuur.
Il Convivió - Een filosofische verhandeling over kennis en moraliteit
De Monarchia - Een politiek-filosofische verhandeling waarin Dante een scheiding tussen wereldlijke en kerkelijke macht bepleit. (Mind You - in 1313!)
Ravenna viel qua sfeer en qua terrasjes behoorlijk tegen. Enfin, beetje anticlimax na al die andere o zo leuke stops.
We gingen zonder Tinus naar de musea. Ravenna is de stad van de mozaïek. Onze start was bij Basilica di Vitale, een kerk uit 547 van Romeinse architectuur met Byzantijnse elementen. Direct bij binnenkomst is het ohhhh en ahhhh !!! Wat bijzonder en wat mooi! Letterlijk niet te begrijpen of te beschrijven! Je loopt over een mozaïeken vloer waar Keizer Justinianus en zijn vrouw Theodora van het Oost-Romeinse Rijk nog over hebben gelopen.
Naast de Basiliek staat het Mausoleo di Galla Placida. Dis een kapel in de vorm van een Latijns kruis, gebouwd in 425 en ooit behorend bij de kerk Santa Croce. De realistische volumes van de figuren komen nog uit de West Romeinse tijd. Boven de ingang zie je de Goede Herder. De koepel wordt gedomineerd door het kruis in een gewelf van sterren van afnemende grootte naar boven op een blauwe achtergrond. De lunetten van de koepel tonen paren apostelen, hun armen in aanbidding geheven naar het ideale middelpunt van het gebouw: het Kruis.
Daarna gingen we naar het Battistero (= doopkapel) Neoniano, gebouwd begin 5e eeuw in samenhang met de verheffing van Ravenna tot hoofdstad van het West-Romeinse Rijk. Het interieur laat een rijke driedelige decoratie zien: marmer in het onderste gedeelte, stucwerk in het middengedeelte en mozaïeken in het bovenste gedeelte. Het achthoekige ontwerp heeft een symbolische betekenis: het stelt de zeven dagen van de week voor plus de dag des oordeels. Het ook hier weer fantastische mooie mozaïek in het plafond stelt Johannes de Doper voor die Jezus doopt. Daaromheen bevinden zich de twaalf apostelen met hun namen.
We krijgen er geen genoeg van. Door naar Battistero degli Ariani. Dit was het baptisterium van de oude Ariaanse kathedraal, die tegenwoordig de Kerk van de Heilige Geest wordt genoemd of "van de Arianen" ter onderscheiding “van de Orthodoxen”. Er is geen interieur, maar de koepel is volledig versierd met mozaïeken. Het mozaïek oppervlak is eenvoudiger met slechts twee ronde registers. In het midden bevindt zich een voorstelling van de doop van Christus met Johannes de Doper, de personificatie van de Jordaan, en de duif van de Heilige Geest.
Op naar Basilica di Sant'Apollinare Nuovo. Deze kerk is begin 500 gesticht als een Ariaans gebedshuis. Na de verovering van de stad door het Byzantijnse Rijk ( 540 ) droeg keizer Justinianus al het onroerend goed dat voorheen in het bezit was van de Arianen (ketters) over aan de katholieke kerk. Alle gebouwen die verband hielden met de Goten en het Arianisme werden opgenomen in de katholieke eredienst. Deze kerk heeft te lijden gehad van een aardbeving (8e eeuw) en is in de eerste Wereldoorlog gedeeltelijk gebombardeerd. Het beeld van de door de bommen misvormde oude Byzantijnse kerk ging de wereld rond en riep de breedste verontwaardiging op.
Er is nog veel meer te zien, maar dat trokken wij niet. Vol en overvoerd waren we van alle culturele informatie en de vele prachtige beeltenissen.
Dankzij de constante restauraties die in de afgelopen eeuwen zijn uitgevoerd, zijn de mozaïeken tot vandaag de dag extreem goed bewaard gebleven.
Terug naar Tinus. We reden direct door naar Rimini een badplaats aan de oostkust van Italië aan de Adriatische zee en vlakbij San Marino. In Italië zijn campings en goed voorziene camoerplaarsen extreem duur. Denk daarbij aan €45,- per nacht met vermoedelijk nog bijkonende kosten voor hond, electra, water e.d.. In het plaatsje Viserbella, grenzend aan Rimini, vonden ee een camperplaats op een veld met extra voorzieningen voor ong. €13,- per 24 uur.
We hebben de stoelen buiten gezet en genoten van de warme zon, een witte wijn en een tapasplank (antipasti). Tegen vier uur werd het veel kouder. We gingen op de fiets de omgeving verkennen. Binnen 5 minuten waren we op de boulevard die van Viserbella, door Viserba, Rivabella naar Rimini loopt. De hele weg is vol met hotels, winkels, restaurants, bars. Kortom, een echte zomerse vakantieplaats. Nu is het merendeel gesloten. Voor ons prima, lekker rustig. We zagen een groepje mannen een spel spelen dat op Jeu de Boules lijkt en heet Bocce. Deze ballen zijn synthetisch en groter, de ondergrond loopt op naar het midden en daarna weer af. We kregen korte uitleg in zeer gebrekkig Engels. De mannen hadden er een groot plezier in. Onze fietstocht ging door. We vonden geen gezellige bar of restaurant, dus fietsten we terug langs het strand. In de camper ging de verwarming aan. Het verschil in temperatuur tussen dag en nacht is enorm.