Spanje 

Feb 23-29

Vrijdag 23 februari

Vanochtend zijn we zonder Tinus de oude stad van Córdoba ingewandeld. Het is hier één groot openlucht museum. Smalle straatjes met tig sinaasappelbomen, allemaal oude huisjes met vaak achter de eerste voordeur prachtige patio’s, etc. We liepen een kerk binnen waar ons werd uitgelegd dat als we een ticket hadden van de moskee, de kerken gratis waren. Dus als eerste naar de Mezquita Kathedraal! Enorme rijen voor de entree. Wij gingen bij de computer rij, die was veel korter. De toren hebben we overgeslagen. Dit was trouwens van oorsprong een vierkante minaret, waar later een extra omhulsel is gebouwd en klokken in zijn gehangen. We hadden al het nodige gelezen, maar eenmaal binnen weet je gewoon niet wat je ziet. Het is groots, het is waanzinnig. Van buiten zie je logge - op vesting lijkende - muren, maar van binnen….. 

Honderden zuilen ook wel het zuilenbos genoemd, prachtige gouden en zilveren ornamenten, beelden en nog zoveel meer. De minuscule bewerkingen van die beelden, het is grandioos. Wat mij altijd heeft verbaasd, is de rijkdom van de katholieke kerk! Van al het goud en al het zilver dat hier wordt tentoongesteld, daar kun je een heel Afrikaans land een jaar lang te eten van geven…..

Het begon ergens in 900. De moskee werd groter, stukken werden overdekt en met 130 x 180 m de grootste moskee buiten het Midden-Oosten. Toen de islamitische Moren werden verdreven, werd de moskee ingericht voor de christelijke eredienst. Ergens in 1500 kreeg het kerkbestuur van Keizer Carlos V toestemming om midden in de moskee een mooiere, hogere kathedraal te bouwen tegen de zin van het stadsbestuur. Toen Keizer Carlos V drie jaar later de moskee bezocht, zou hij onthutst uitgeroepen hebben: “wat u hier heeft laten bouwen, kan iedereen maken; wat hier eerst stond, vindt men nergens meer!” 

Desondanks: dat wat er nu staat moet je gewoon bezichtigen. Het kent zijn weerga niet! 

Je kunt hier dagen doorbrengen. Wij gingen voor de koffie. We hebben onderweg naar Tinus nog een kerk bekeken. En ook in deze “simpele” Iglesia de San Francisco straalde de rijkdom: de pracht en praal! 

In onze auto geluncht en met Tinus door het park over de Puente Romano door de Puerto Romano de oude stad ingewandeld. Langs de brug zie je 4 vervallen molens waarvan één nog een enorm houten rad heeft. Prima slaapplek voor de poezen. In dit deel van Córdoba kun je de patio route volgen. We liepen door de joodse wijk. Al die hardstikke leuke, nu al drukke straatjes met allerlei toeristische koopwaar. We hebben verder geen musea meer bezocht. En ook de Iglesias de Fernandez hebben we gelaten. Terug naar onze Clever en verder met onze reis. We reden naar een volgend historisch stadje: Carmona. (Van die reis heeft Ella niet zo veel meegekregen). Op een speciale camperplaats van de gemeente gingen we overnachten.

Zaterdag 24 februari

Koude wind, maar ook zonnig weer in Carmona. We wandelden in ongeveer 20 minuten naar het hoger gelegen Puerto de Sevilla. Daar begint de oude stad. Binnen de muur koffie gedronken en daarna om de beurt het Alcázar de Abajo bezocht (Tinus mocht niet mee). Carmona is op een plateau gebouwd met veel natuurlijke bescherming. Vanaf de toren van het Alcázar heb je een magnifiek uitzicht over de stad met al z’n witte huisjes, patio’s, dakterrassen en ook over de enorme akkers (graan, zonnebloem, e.d.) die tot zover het oog reikt het landschap bepalen. Vlak naast deze burcht staat de klokkentoren. Naar het schijnt een kopie van die van Sevilla. Aan het andere einde van de oude stad bij de Puerto de Marchena is de Alcázar del Rey don Pedro (nu voor een deel een Parador). 

Na onze bezichtiging zijn we gaan banjeren door vele smalle, goed verzorgde straatjes. Dit stadje is zo ontzettend leuk, lief, mooi. Het is best klein of beter niet al te groot. We zijn langs het stadhuis, de muur, restant molen naar de Parador gewandeld. Het lijkt meer op een oud fort. Het is een super mooi gerestaureerd gebouw met ook hier weer fantastische vergezichten. Verder ging onze wandeling langs de vele kerken, allemaal even rijkelijk ingericht en langs vele patio's. De één met nog mooier mozaïek dan de ander. Die binnenplaatsjes fascineren ons. Terug op de Plaza de Fernandez wilden we gaan lunchen. Maar na een verkwikkend glas water / cola zijn we toch door gewandeld. We liepen weer de poort uit richting onze Clever. 

We waren er al bijna toen we in een lokaal parkje tafeltjes zagen staan. Hier kon Tinus mee, dus wij gingen zitten. Een groezelige kaart met onwijs groot aanbod, maar een enorm vriendelijke man maakte dat we bleven in deze Bar Estrella. We hadden ook meer dan trek! Op de eerste pagina waren de specialiteiten vermeld. Verder het gebruikelijke. Bij veel gerechten hadden we de keuze: tapa, media of plata. We besloten 1 tapa Boquerones te nemen en ieder een Plata. De keuze werd Pollo Teriyaki con manzana y queso de cabra + Champiñon relleno con gambas y jamón. En ja, bij gebrek aan mineraalwater droge witte wijn. Het meisje wat ons alles bracht was ook zo heel erg aardig. De grootste verrassing was het eten zelf: de wijze van presentatie en de smaak. Minimaal 7 sterren! Wat hebben wij genoten! Zo iets speciaals! Voor de lekkere trek bestelden we nog een Plata de Brandada de Bacalao con gambas y caviar + een postre: Tarte Chocolate. Smullen!!! Binnen liet de eigenaar zien dat dit restaurant al twee jaar op rij de prijs van een tapas concours had gewonnen. Hoe lekker de gerechten waren en hoe mooi deze waren opgediend, laat zich nauwelijks beschrijven. En dan de prijs? Met ieder nog een 2e gjas wijn? €40,-

Na deze geweldige late lunch hebben we niet veel meer gedaan. 😋 😴

Zondag 25 februari

We gaan met gemengde gevoelens naar Sevilla. Er wordt ontzettend veel ingebroken en gejat. We reden naar een bewaakte camperplaats en van daaruit 30 minuten wandelen om naar het oude stadsgedeelte te komen. We liepen als eerste naar Plaza de España. Pas in 1929 gebouwd, maar hoe mooi! Alle provincies zijn in Andalusisch blauwe keramiek aangebracht en de vier bruggen zijn de vier koninkrijken waaruit Spanje is ontstaan, te weten: Castilië, Léon, Navarra en Aragón. We liepen door het reusachtige “Parque De Maria Luisa” verder naar de oude stad. Langs de Rechten Universiteit en de langs de Fabricage de Tabacos (helaas gesloten), langs Alcázar de Sevilla naar de Kathedraal van Sevilla. Deze kathedraal was in de periode van de bouw de grootste ter wereld. En ja, het is enorm, het is gigantisch en het is prachtig! Zo te zien ook weer over een moskee gebouwd. 

We liepen langs nog tal van historische panden. Net zoals in andere steden zijn de palacio's veranderd in hotels en mooie herenhuizen in hostels. Al wandelend door de historische stad voel en zie je hoe het “oude” bewaard is of gerestaureerd. En dat maakt zo’n stad zo ontzettend mooi. Deze stad heeft geen ooievaars en ook geen duiven. Toen wij geklepper hoorden, waren dat castagnetten. Heel veel koetsjes reden af en aan, praktisch allemaal met Spaanse toeristen. De terrassen zaten bomvol, voor een publieke wc stond een enorme rij, voor de kip aan het grill stond eveneens een giga rij. 

Wandelend langs andere historische panden, langs de grootsheid van deze stad en de vele kerkjes en beroemde huizen (Casa de Pilatos), langs bijzondere mozaïeken, enfin noem het maar op. Wij gingen terug naar de Clever. Hoe mooi ook, wij voelen ons prettiger in de kleinere plaatsen. Aldus reden wij via Arcos naar Jerez de la Frontera. De omgeving is vooral akkerbouw - gigantische oppervlakten. Eigenlijk gewoon saai! Ook in Jerez kozen wij voor een beveiligde parking. Een gastvrije man gaf ons ongeveer z’n laatste plek en super fijne uitleg wat waar wanneer te doen. We liepen naar het naast gelegen cafe en bestelden twee tapas + wat te drinken 

Maandag 26 februari

Al om half vijf werd ik wakker! Een enorm harde wind beukte tegen onze Clever. Het ging ook nog regenen, nou zeg maar rustig hozen! Met bakken kwam het water naar beneden. ‘s Morgens stroomde het water over de straten en helaas ook door onze bus! Het bovenluik was open geblazen, waardoor alles op de tafel (snif snif boeken), de stoelen en de grond drijfnat waren. Maar tel je zegeningen: de computers waren in de kast, zo ook de luidspreker en de telefoons lagen hoger aan de opladers. Kortom, de schade viel reuze mee! 

We gingen met de stadsbus naar het centrum. In dit oude deel van Jerez snoven we al snel de “warme” sfeer van deze plaats op. Super! Al wandelend kwamen we de Slogan van Jerez de la Frontera te weten: “save water, drink sherry”. Toen we in de zon op Plaza Plateros koffie bestelden, was er helaas alleen maar alcohol. Gelukkig konden we bij La Gabriela wel koffie bestellen. Jerez is een gezellige stad: veel terrasjes, veel bezienswaardigheden, veel fonteinen, veel beelden, leuke drukte. Ondanks harde wind zijn toch veel terrasjes bezet. We kwamen langs Bodega Tio Pepe, die helaas maandag gesloten is. We liepen langs de Kathedraal en zagen van daaruit meerdere oude kerken. We wandelden langs de burcht. Het is in deze oude stad heel fijn ronddwalen. 

Om twee uur zou een flamencoshow beginnen in Tabanco El Pasaje. We waren er best vroeg en reserveerden twee plaatsen inclusief lunch. Natuurlijk namen we al een voorproefje van de Sherry. Voor John de Manzanilla en de Oloroso, voor mij de Fino. Hoe leuk: de tapas werden op een soort vetvrije papiertje geserveerd. De bestelling werd voor je neus met krijt op de bar geschreven. Iets voor twee uur gingen we aan ons tafeltje zitten. Op het kleine podium stonden 3 stoelen: voor de gitarist, de zanger en de flamenco danseres. Tegen onze verwachting in kregen we een geweldige show te zien vol van emotie, volledige inleving in een gepassioneerde wereld! Zo fraai! Het knippen van de vingers deden nauwelijks onder voor castagnetten. Het voetenwerk ging naadloos over in handgeklap. Prachtig was het! En de lunch smaakte ook bijzonder goed. Na deze middag show liepen we naar lijnbus 16. Tinus was blij ons weer te zien. John aan de wandel en voor mij een late siësta. ‘s Avonds gewerkt voor Stayci. John heeft bestudeerd wat we de komende dagen kunnen gaan doen. We zijn heel even klaar met oude kastelen, burchten, kathedralen e.d. 

Dinsdag 27 februari

We reden naar Sanlúcar, een stadje aan de monding van de rivier Guadalquivir. Hier verblijven de schoonouders van mijn collega en Sanlúcar staat goed aangeschreven met beste restaurants + - na Jerez - de meeste sherry bodegas. We reden onze Clever op een parkeerplaats voor toeristen met de neus naar de boulevard en de rivier/oceaan. We zijn direct het plaatsje ingelopen. Leuk, schoon, veel terrasjes, etc. Wel stond er deze dag een harde koude wind, maar……. vol in de zon met een strakblauwe lucht. Als eerste koffie en daarna een verkenningsrondje + boodschappen. Morgen is het feest van “El dia de Andalucía” en zijn veel winkels gesloten. Nadat we geluncht hadden, zijn we over het strand gewandeld naar een ander deel van deze plaats. Van daaruit gaat een veerboot naar het Parque Nacional de Doñana. 

Weer terug bij onze Clever gingen we wat lezen. Even later kwamen de schoonouders van Jan Kees: Rolf en Marie Louise von der Assen. We spraken af om 18.00 uur in hun appartement  direct naast “onze” parkeerplaats. 4,5 uur later met voor John aardig wat Manzanilla en voor mij iets minder witte wijn + allerlei lekkere snacks wandelden we terug. Reuze grappig was dat Rolf voorspelde, dat we tenminste 5 gezamenlijke bekenden hadden in Den Haag. Dat werden er heel wat meer! Het was een super gezellige kennismaking en vraagt om een vervolg. 

Woensdag 28 februari

Vandaag ook weer strak blauw en gelukkig veel minder wind. Ik moest eerst wat werken (had ik Jan Kees beloofd) en vervolgens wilden we gaan lunchen op het 1e of 2e plein. Maar een feestdag wil zeggen dat alle terrasjes vol zitten. Hele gezinnen zijn op pad. En overal zijn kinderspeelplaatsen, tijdelijk of blijvend. 

Wij lopen in t shirt, de Spanjaarden nog steeds in winterkleding. Wel zien zowel de mannen als de vrouwen er keurig gekleed/verzorgd uit. Niet alleen op de feestdagen, maar altijd. Je ziet het ook aan de etalages. Dit is ons ook in de andere steden steeds opgevallen. We vonden uiteindelijk een tafel in de zon en hebben “duur” maar lekker gegeten. 

Daarna liepen we naar de barrio Alto. Ook hier ligt de burcht op het hoogste punt. We liepen langs een Bodega waar een festiviteit gaande was. Natuurlijk even binnen gewipt. Zo gezellig. We wandelden door de oudere woonwijken terug richting onze Clever. Op het terras van “La Sirena” zijn we nog een Manzanilla / Cerveza gaan drinken. Daarna gingen John en Tinus het strand op en ik ging schrijven.

Donderdag 29 februari

We liepen naar de Bodega La Gitana. Om 11.00 uur zou een Engels gesproken rondleiding beginnen. We waren met een klein groepje van 6 personen en hebben weer heel wat geleerd. Er staan hier ongeveer 4000 vaten. De grootsten liggen onderop, de volgende rij, dakpansgewijs, iets kleiner, de 3e rij weer iets kleiner en tenslotte de laatste rij het kleinst. De vaten zijn gemaakt van Amerikaans eiken en gaan ongeveer 100 jaar mee. Deze Bodega bestaat sinds eind 18e eeuw en is nog steeds van dezelfde familie Hidalgo (8e generatie). Van de Sherry kan niet gezegd worden hoe oud ‘ie is. Na 5 jaar gaat er gemengd worden met het daar onderliggende vat en die op zijn beurt met het daaronder liggende vat, etc. uit het onderste vat worden jugs getapt welke worden gebotteld. Deze onderste vaten gaan nooit leeg! In een glaasje kan dus een super oude slok zijn en een jongere. Maar gemiddeld genomen behoudt de Manzanilla zo een vaste, vertrouwde smaak. 

Ook de druiven komen uit de omgeving. Deze worden na de pluk 3 x geperst. De 3e pers wordt gebruikt voor het fermenteren (alcohol) en wordt na het fermentatie proces gemengd met de vaten van de 1e en 2e pers. Wouw! Een intensief karweitje! De opslagruimtes (in deze rondleiding 2) van alle Bodegas staan met een korte zijde naar de zee/rivier toe en heeft aan deze zijde grotere ramen. Aan de andere kant zijn de ramen kleiner, waardoor de wind van het nationale park en van de zee tussen de vaten door circuleert en daar een zilte, frisse smaak achterlaat. De vloer is van een soort cementachtig zand. Tijdens de warme zomers worden deze nat gespoten, nemen het water op en dat verdampt natuurlijk ook weer. Heel belangrijk voor de vaten. Ook kregen we het kantoor van de directeur te zien met super oude kasboeken. Met de hand geschreven. Prachtig! 

Tijdens de rondleiding kregen we 4 proefglaasjes: Witte wijn, die als sherry Fino smaakt, Manzanilla, Oloroso en tot slot de Crème. John mocht op speciaal verzoek ook de Amontillado (17%!) even proeven.

We hebben enorm genoten van deze rondleiding die ongeveer een uur duurde. Nog even op het terras met het glaasje Crème na gebabbeld en toen terug naar de Clever voor Tinus. De wind is te koud om op het strand te gaan zitten, maar in de luwte van onze bus was het heerlijk. Wat gewerkt en wat gelezen. John heeft zijn overheerlijke pastasaus gemaakt. Daarna nog een flinke wandeling over het strand.