Hamsa

hamsa. Zwaan. Hamsa. Hoogste Geest getypeerd door de zuiver witte kleur van de zwaan; hemelse zwaan. Hanuman. Zoon van de windgod en een grote ‘toegewijde dienaar’ van Rama. Hij was deels mens, deels aap. Hara. God; naam voor Shiva. Hari. God; vernietiger van zonden; naam voor Vishnu. Hasthinapura. Hoofdstad van de Pandava's (en eerder van de Kaurava's). Hayagriva. Een incarnatie van Vishnu, die de vorm had van een paard boven de nek. Haya-griva betekent ‘paardenhoofd’. Hindoe. Persoon die het hindoeïsme aanhangt — de religie gebaseerd op de Veda's. Naam die oorspronkelijk door buitenlandse indringers werd toegepast op inwoners van de Indus (Sindhu) riviervallei. Hiranyagarbha. Kosmische goddelijke geest; kosmische baarmoeder; gouden ei, voor het eerst gecreëerd door Brahman, waaruit de hele schepping voortkwam. Hiranyakasipu. Een demonisch persoon die het noemen van de naam van Vishnu verbood, de slechte vader van Prahlada, die een groot toegewijde van de Heer was; gedood door de man-leeuw Narahimha, een avatar van Vishnu. Hiranyaksha. Slechte broer van Hiranyakasipu; gedood door het wilde zwijn Avatar van Vishnu.