Kennismaking

Wie is het? 

• Ontdek hoe goed je je klasgenoten kent.

• Beantwoord op een kladblad de vier vragen die je leerkracht stelt en geef het af. 

• Uit de kladbladen wordt telkens 1 blad genomen. Kan de klas raden van wie deze antwoorden komen? 

  • Wat is de eigenschap die jouw (toekomstige) partner zeker niet mag hebben? 

  • Wat is het leukste dat je in de loop van vorig schooljaar hebt gedaan? 

  • Wat is jouw favoriete milieu-maatregel? 

  • Hoe kom je naar school?  

Lijk jij op mij? 

•Zoek in wisselende duo’s telkens drie eigenschappen die jullie gemeenschappelijk hebben, zoek minstens 1 eigenschap die je nog niet gemeenschappelijk hebt met iemand van de vorige duo's. 

•De groep vormt twee even talrijke concentrische cirkels. De binnenste cirkel is naar buiten gekeerd, de buitenste naar binnen zodat er telkens twee personen tegenover elkaar staan.

•Korte gesprekken over bv. favoriete maaltijd, aantal broers en zussen, lievelingskleur, … of iets originelers, bv. trekken jullie allebei eerst je linkerschoen aan en dan pas je rechter; lopen jullie enkel op de witte strepen van het zebrapad?

Over de streep

•Ontdek dat we meer met elkaar verbonden zijn dan we denken.

•De hele groep staat aan één kant van een streep.

•De begeleider zegt telkens dezelfde zin met een andere eigenschap: “Al wie …, gaat nu over de streep.” 

Wie zich in die eigenschap herkent, gaat aan de andere kant van de streep staan.

•Na enkele seconden keert iedereen terug naar de startpositie en zegt de begeleider de volgende zin.

Zinnen: Al wie …, gaat nu over de streep.