We rouwen maar omdat we iets verliezen, we verliezen maar als we ons gehecht hebben. Rouwen hoort bij de schaduwkant van hechting, bij een geboorte, bij het begin van een relatie.
Hechting is zeer belangrijk voor de ontwikkeling van de persoonlijkheid en identiteit. Wie we zijn, hoe we denken, voelen en handelen wordt voor een groot stuk bepaald door onze relaties.
Dit is keerzijde van het welkom en het hechten. Eerst doen we dit in het klein: een knuffelbeer vergeten, afscheid aan de schoolpoort, een huisdier sterft ...
Op die momenten leren we omgaan met verlies. De manier hoe we omgaan met klein verlies zorgt voor ‘tools’ voor latere rouwprocessen.
Alle gevoelens, gedachten, gedrag, ervaringen die bij afscheid naar voren komen. Vaak is er een wisselwerking tussen verlangen om stil te staan (verliesoriëntatie) en verlangen om verder te gaan (hersteloriëntatie). Deze wisselwerking verloopt niet voorspelbaar en kan jaren duren. Ook als het verlies al lang een betekenis heeft gekregen (volgende fase in de rouwcirkel)
De reacties kunnen zeer verschillend zijn, maar toch zijn er gelijkenissen tussen mensen. We kunnen een onderscheid maken tussen emotionele, cognitieve (denken), fysieke, gedragsmatige en spirituele reacties
Emotionele reacties (soms moeilijk uit elkaar te houden)
schuld
woede
verdriet
angst
geen of vlakke gevoelens
leegte
heimwee naar wat niet meer mogelijk is
opluchting
Cognitieve reactie
verdringen (niet aan verlies willen denken)
concentratieproblemen
bezigheden van anderen heel banaal vinden
nachtmerries, angstig slapen
verwarring (door chaotische gevoelens)
daling van zelfvertrouwen (wordt veel lager in tweede jaar)
idee van uitzichtloosheid
idee van onvermogen
rol of identiteitsverwarring: Wat is mijn taak? Wie ben ik?
Fysieke reacties
vermoeidheid
schommelingen in eetlust
gewichtschommelingen
hoofdpijn, keelpijn, spierpijn
maag- en darmklachten
Gedragsreacties
(vervelend, storend, negatief) aandacht vragen
afhaken
isoleren
agressie
veel sporten
weglopen
rol- of identiteitsverwarring
Spirituele reacties
contact met overledene
zoeken, vragen naar God, Iets, leven na de dood
waarom – vraag, zoektocht naar zingeving
opzoeken van 'spirituele' ruimte (natuur, gebedsruimte, kerkhof, stille ruimte op school...)
Reacties die vaak op school worden gezien:
Concentratieproblemen
Prestaties verminderen
Prestaties verbeteren
Soms zoeken naar ‘verbinding’ op school
Je kan rouwen niet enkel bekijken vanuit de verschillende reacties, maar ook vanuit de idee van 'rouwtaken': als je dwaalt door het landschap van je rouw zijn er enkele taken die kan vervullen om doorheen het landschap verder te gaan. dwalen door het rouwlandschap
Wat betekent dit verlies voor mijn leven? Het verlies krijgt een plaats in het leven, waardoor men verder kan, opnieuw contact kan maken met anderen.
Dit sluit sterk aan bij de waarom – vraag: Wat is de zin van dit verlies?
- Welke betekenis heeft mijn verlies voor mij?
- Hoe heeft dit verlies mij en mijn wereld veranderd, positief en negatief?
- Is dit mijn leven? Wat is het doel? Wat is belangrijk? Wat is voor mij een zinvolle manier van bestaan?
Rouwen is oa leren omgaan met de vaststelling dat er op deze vragen misschien geen antwoord is dat volledig voldoening geeft.
Elke fase op de rouwcirkel kan verstoord zijn. Het is niet omdat de ene fase verstoord is, dat dat ook bij de andere fasen zo is.
Rouwende trekt zich terug, geen contact meer.
De persoon wil / kan zich minder of zelfs niet meer verbinden en hechten aan anderen. Dit kan van heel vroege ervaringen voortkomen, bv kind in couveuse bij geboorte. Soms is dit een strategie om afscheid te vermijden.
Dit kan gebeuren door een vriend(in) te claimen (gsm, internet, ... jaloezie als vrienden andere vrienden hebben)
Een traumatische ervaring maakt het kind machteloos en hulpeloos en overvragen het kind volledig. Deze ervaring is bij vol bewustzijn niet te dragen. (Prof. dr. Fr. Ruppert, Verwirrte Seele)
Je kan dit vergelijken met een houten kast vol schuifjes, verborgen luikjes en dubbele bodems. In de machteloosheid van dat moment weten we niet welke gedachte en welke emotie we waar moeten leggen en nadien vinden we de puzzelstukken niet meer terug om alles op een rijtje te kunnen zetten. We kunnen ook vergeten dat we nog ‘iets’ hebben weggelegd. Op termijn kan dit zorgen voor een geurtje of houtworm, en weten we niet waar de oorzaak van het probleem zit.
Soms is er sprake van uitgestelde rouw. Je kan dit vergelijken met een brandkast: daarin kan je je gevoelens wegstoppen, maar als je te lang wacht roest het slot en krijg je de brandkast niet meer open.
Soms is het niet tonen van gevoelens bewust: wel voelen maar niets laten merken. Je kan dit vergelijken met een masker. Er is een binnenkant waar jij alleen weet van hebt en er is een buitenkant die iedereen kan zien.
Blijven vechten tegen verlies. Als verlies geen plaats krijgt.
De reacties bij een gecompliceerd rouwproces kunnen dezelfde zijn als in een verstoord proces maar we moeten doorverwijzen als
Ze intenser zijn
Ze veel langer duren
Het gaat om een stapeling van verstoringen
Het gedrag schadelijk is voor zichzelf of anderen
De persoon niet meer kan functioneren in gezin, school, job, vriendenkring
Kernprocessen bij gecompliceerde rouw
Het verlies wordt een onderdeel van het eigen levensverhaal.
Negatieve opvattingen over de eigen persoon, het leven en de toekomst
Verkeerde interpretaties van de eigen rouwreacties
Angstig en depressief vermijdingsgedrag
Gezelschap van begripvolle vrienden
Dagelijkse routine in stand houden
Zorg voor jezelf: eten, slapen, lichaamsbeweging
Besef dat rouw = lijden = rauw
Wegduwen van rouw: idee van de brandkast
Open en duidelijke communicatie: Beter stuntelen dan doen alsof er niets aan de hand is of info achterhouden.
Regelmaat, regels, continuïteit
Goed functioneren van omgeving (zodat rouwende niet voor anderen moet zorgen)
Uiten van gevoelens aanmoedigen door ernaar te vragen (niet pushen + ieder op eigen manier)
Accepteer de gevoelens, niet altijd het gedrag.
Geef ruimte voor stilstaan en ruimte voor verder willen gaan.
Lotgenotencontact aanmoedigen
Je bent vriend(in), je kunt dingen die anderen niet kunnen.
Je bent geen psycholoog!