Onderwijs


In de periode voor de Franse Revolutie is het onderwijs een privaat gebeuren. Er zijn geen wettelijke vereisten qua opleiding of huisvesting om onderwijs te geven. Napoleon beschouwt het onderwijs als zeer geschikt om het republikeins gedachtegoed te verspreiden en begint de privéscholen wetten op te leggen en uitgebreid te controleren. In 1798 worden alle privéscholen verboden en men stelt een officiële onderwijzer aan, betaald door de Republiek: Francies-Jan Baptist Van Hoorde huurt een woning, waarin hij ook les geeft. Ook de clerus is het ten strengste verboden onderwijs te geven. In Sleidinge zijn de privéscholen nochtans zeer populair, en ze blijven – tegen de wet in – voortbestaan. Ook onder het Hollands bewind krijgt het onderwijs veel aandacht, en stilletjesaan verdwijnt het particulier onderwijs toch. In 1823 koopt het Gemeentebestuur een huis aan op de hoek van de Weststraat en het kerkplein (huidig Weststraat 2).

Rechts het eerste schoolgebouw, hoek Weststraat en kerkplein. (foto 2103 - Sleinse Filmklub)

Joannes Bernard Stoens wordt er de eerste inwonende onderwijzer. Op Daasdonk komt er een hulponderwijzer (Pieter Joannes Beelaert). Na de stichting van België in 1830 is er terug vrijheid van onderwijs. In Sleidinge kunnen de Zusters Franciscanessen zich ontfermen over de meisjes (zie vrij onderwijs/Bijenkorf), en het Gemeentebestuur over de jongens (zie Gemeenteschool). De verzuiling van het onderwijs zal er voor zorgen dat er in Sleidinge op een bepaald moment drie scholen zijn: bovenstaande èn de Rijksschool in de Polenstraat.


Onderwijs > Gemeentelijk

Onderwijs > Vrij Onderwijs (Bijenkorf)