Vrij Onderwijs (Bijenkorf)


In het nieuwe België komen naast de gemeenteschool ook private scholen aan de bak. Zo opent in 1835 een ‘Vlaemsche School voor meisjes’ en korte tijd later een ‘bewaarschool’.

In 1837 richten de onderpastoors Franciscus De Clerck en Petrus Van Hecke een zondagsschool op voor jongens en meisjes. Al deze scholen worden opgericht in de lokalen van het Armenwerkhuis.

In 1841 wordt ook op weekdagen les gegeven en de school opent ook klassen voor betalende leerlingen, dus niet-behoeftigen. Ze krijgt al vlug de bijnaam ‘Fransche School’, omdat in die klassen les gegeven wordt in de Franse taal. Een jaar later start een school voor het aanleren van linnenweverij en spinnen.

De school in het Armenwerkhuis wordt in 1844 erkend. Deze school in het klooster staat onder het toezicht van de Commissie van Weldadigheid, maar wordt bestuurd door de Zusters Franciscanessen.De kinderen krijgen les in lezen, schrijven,rekenen en allerlei ‘nuttige handwerken’. (Zie hiervoor ook onder Welzijnszorg/Zuster Franciscanessen en OCMW)

Omdat het leerlingenaantal voortdurend toeneemt, wijkt men uit naar het Akkerken, want daar is een stuk grond geschonken door ene Geirnaert uit Evergem. In 1874 begint men te bouwen en na amper twee jaar, in 1876, wordt de nieuwe meisjesschool in neogotische stijl geopend.


Oudst bekende foto van de gebouwen in de Akkerkenstraat. (foto 0995 - Sleinse Filmklub)

En dan de fameuze schoolstrijd van 1878. ’s Lands eerste liberale regering bepaalt dat de gemeentes zelf een school moeten oprichten, en geen enkele andere school meer mogen subsidiëren. Godsdienst tijdens de lesuren wordt verboden. Als reactie verbieden de bisschoppen de onderwijzers les te geven, en de ouders hun kinderen naar deze 'goddeloze scholen' te sturen, op straffe van weigering van de sacramenten. Gevolg: een leegloop in de gemeenteschool. De familie Geirnaert doet terug afstand van een stuk grond voor bijbouw. Een jaar later opent men de nu verruimde school waar jongens en meisjes les krijgen. Nog vanaf 1878 wordt ook gezondheidsleer en huishoudkunde onderwezen. In 1882 heeft men in de bewaarschool 72, in het lager 636, en in de zondagsschool 650 leerlingen. In 1884 keren de jongens en hun onderwijzers terug naar de gemeenteschool, na het uitvaardigen van de nieuwe onderwijswet.

Deze wet geeft de gemeentebesturen de kans om zelf vrije scholen ‘aan te nemen’ (= erkennen), wat in Sleidinge ook onmiddellijk gebeurt (en om de tien jaar wordt hernieuwd).

In 1902 komt er een contract tussen schoolcomité en gemeentebestuur, dat voortaan de financies beheert. In dit ‘Schoolcomiteit der vrije meisjesschool’ zetelen pastoor Podevyn, onderpastoor Van De Weghe en de beschermbestuurders Emiel De Letter en Aimé De Paepe (beiden later Burgemeester).


Heilig Hart en grot. (foto 0996 - Sleinse Filmklub)

De oorlogssituatie in 1916 belet niet dat men sleutelt aan het lessenpakket. Er wordt voortaan alleen in het Vlaams onderwezen. ‘De vakken huishoudkunde en landbouw omvatten het aanleggen van den tuin en de verzorging van de huisdieren, het moeshof, de hoenderkweek.’

In 1921 verkopen de oorspronkelijke eigenaars de school aan de nieuw opgerichte vzw ‘Parochiale Werken Sint-Joris’. Twee jaar later zijn er drie zusters in de bewaarschool en negen zusters in de lagere school aan het werk. De lesgevende zusters kunnen nu ook verder studeren aan de normaalschool.


De derde kleuterklas in 1928 van zuster Odille. 5e op de 1e rij is Georges Steel, 5e op 3e rij is Martha Tack. (foto 2162 - Marthe Tack)

De eerste lekenleerkracht is Mevr. Adrienne Baudry. In 1926 wordt onder impuls van pastoor Van Lierde met een avondhuishoudschool begonnen in het schoolhuis, toegankelijk langs de aarden binnenweg die ook toegang geeft aan de achtergebouwen van de familie Laroy, daarom in de volksmond Lews stroatsen geheten. Op bepaalde avonden in de week kunnen de leerlingen van de vierde graad allerlei praktische huishoudtaken aanleren, en bij de zusters thuis, in het klooster dus, wordt er ook Franse les gegeven.

In 1938 stijgt het aantal klassen tot tien, wat de bouw van vier nieuwe klassen noodzakelijk maakt.

De 'bewaarklas' van Juf. Majella Poppe in 1940 (geboortejaar 1936). Links de jongens, rechts de meisjes (foto 0998 - Joris De Wildeman)

Op het einde van de tweede oorlog wordt de nabijgelegen textielfabriek Calcutta gebombardeerd. De klassen worden ijlings overgebracht en verspreid over het klooster, COO-gebouw en gemeenteschool. Die weken wordt er maar een halve dag les gegeven.

Klaslokaal op het einde van WOII. (foto 999 - Joris De Wildeman)

Ondertussen veranderen de straatnamen. De Akkerkenstraat wordt opgesplitst in Schoolstraat en Akkerken.

In de jaren vijftig start een grote bouwcampagne onder impuls van pastoor D'Haenens die om renteloze leningen vraagt bij de parochianen.


Een resultaat van de bouwcampagne. (foto 2000 - Sleinse Filmklub)

In 1959 vormt men de vierde graad om tot technisch onderwijs (beroepsschool, in de volksmond famieljalle). Als directrice van dit St. Godelieve-instituut stelt men zuster Josefa aan. In het startjaar kan ze al 52 leerlingen opleiden in een naailokaal en wasplaats.

Lerarenkorps 'familiale' o.l.v. zuster Josefa, 1960-61. (foto 2002 - Joris De Wildeman)

1963: strijkplaats in het Sint-Godelieve-instituut (foto 2003 - Joris De Wildeman)

In 1962 beginnen de gebroeders Hoste aan de bouw van een turnzaal met bovengelegen lokaal, dat al gauw aan de Chiromeisjes geleend wordt. Een jaar later wordt de hangar van de grote speelplaats verlengd tot boven de grote ingangspoort.

Halfweg de jaren ‘60 open men ook een internaat. Een twintigtal meisjes verblijven in een grote zaal met chambretten in het Ave Mariaklooster. Diezelfde periode maakt de geboorte mee van een andere nieuwigheid: de jaarlijkse ‘defilé’, waarbij de leerlingen hun zelf gemaakte kleren showen op het schoolfeest.


Defilé van de 'familiale', 1965. (foto 2004 - Joris De Wildeman)

De speelplaats in gebruik, jaren 1960. Rechtsachter het Heilig Hart en schoolhuis. (foto 2005 - Sleinse Filmklub)

Men gebruikt de zomervakanties van 1966 en 1967 om alweer de aannemers en vaklui te laten aantreden: het St.-Godelieve Instituut en de speelplaats van de bewaarschool worden gemoderniseerd.

Op l september 1975 gaat Zr. Directrice Ancilla na 36 jaar op pensioen (rechts naast haar voorgangster Zuster Josefa). (foto 2006 - Joris De Wildeman)

Hervormingen dienen zich aan begin de jaren ‘80. De beroepsschool fuseert begin schooljaar 81-82’ met de middelbare school Sint-Franciscus in Evergem en Sint-Lutgardis in Doornzele. In 1987 houdt de ‘familiale’ op te bestaan. De gebouwen komen ter beschikking van de basisschool. Na enige strikt noodzakelijke aanpassingswerken neemt de kleuterafdeling haar intrek in de ruime lokalen. Maar snel wordt duidelijk dat ingrijpende verbouwingen en moderniseringen zich opdringen.

Pastoor Peereboom neemt een voorbeeld aan zijn voorganger D'Haenens en gaat opnieuw op zoek naar renteloze leningen. Er volgt een jaar van overleg met allerlei instanties.

Vrije Meisjesschool schoolfeest :

Op l augustus 1991 kunnen de zogenaamde ‘werken van 50 miljoen’ van start gaan. Een jaar later neemt men de naam ‘Bijenkorf ‘ aan.

Onderwijs > Vrij Onderwijs (Bijenkorf) > Andere

Onderwijs > Vrij Onderwijs (Bijenkorf) > Klasfoto's

Onderwijs > Vrij Onderwijs (Bijenkorf) > Zusters en juffen