Knallen in de Queyras

Post date: Jul 11, 2010 5:00:54 PM

Wat een week! Bart heeft zijn eerste 7a on-sight binnen gehaald in Mont Dauphin -een spierballenpas door een dakje en dan oneindig veel verzurende passen- én we hebben samen onze eerste TD+ geklommen, 'S comme suave' een zogenaamde grande voie. Dat was op een imponerend steile wand hoog in de Queras -cadre bucolique- op de Beaudouis 'big-wall.'

Deze rots hebben we beklommen, rechtsonder zie je een klimmer ter indicatie van de grootte:

Onze TD+ was een mooie, hier en daar spannende uitdaging voor ons. Voor het eerst deden we een tour die we technisch niet makkelijk vonden. Het smaakt naar meer, op naar de ED (extrêmement difficile). Als Bart doorgaat met 7a's on-sighten moet dat prima te doen zijn :-)

Aan de voet van de te beklimmen TD+

Bart is bijna klaar met lengte 6, een 6c

Als je naar beneden de diepte inkeek, leken de wandelaars op mieren

Wat uitleg voor de niet klimmers:

de waardering TD+ wil zeggen 'très difficile +' (TD zonder plus is iets makkelijker) en de schaal loopt van F=facile tot ABO=abominable. Die waarderingschaal zegt iets over de moeilijkheid van lange routes ('grandes voies' in het Frans), ook wel touren genoemd. Die zijn altijd meerdere touwlengtes lang, onze had er 8. Je hebt touren van maar drie touwlengtes, die je in een uurtje kan klimmen, tot meerdaagse ondernemingen waarbij je in de wand moet overnachten.

Sportklimmen gaat om enkele touwlengtes (10 tot 40 meter lang) en heeft een andere schaal: van 3a t/m 9b, je hebt drie letters per cijfer. Zo is de moeilijkheid heel goed te preciseren. Bij sportklimmen gaat het alleen om de technische moeilijkheid, het wordt wel vertikaal ballet genoemd. Bij touren komt er meer avontuur kijken, zo moet je je weg vinden op een enorme rotswand, als dat niet lukt kom je zwaar in de problemen.

De opener van de route bepaalt in principe de moeilijkheidsgraad, maar soms wordt die nog aangepast nadat andere klimmers de route geklommen hebben. Waarderingen geschieden op basis van consensus en vergelijking met benchmark-routes.

Sportklimroutes zijn van veel zekerpunten voorzien, op zo een manier dat je overal veilig kan vallen. In principe, soms kun je ongelukkig landen vooral als je je niet goed afzet bij de val. Touren daarentegen hebben veel minder zekerpunten (soms improviseer je zelf wat) en je klimt regelmatig stukken waar je absoluut niet mag vallen. Anders ben je goed de Sjaak en kan je maatje de helicopter bellen. De tourklimmer kent dan ook 'de niet vallen stand' (een uitdrukking die ik van een Verdon tourenenthousiasteling heb).

Bart op de top

Maja op het pad over de puinhelling naar beneden

Het kamperen

We staan op 2000 meter hoogte met de truck, aan een prachtige bergrivier nabij het dorp Molines-de-Queyras. De rest van Frankrijk zucht onder een canicule (hittegolf), wij lekker niet! 's Avonds hebben we twee truien aan, terwijl het overdag heerlijk is in de zon, zelfs als je actief bent. Bovendien kun je na afloop in een van de kristalheldere meertjes afkoelen, soms is dat verboden maar net als de Fransen trekken we ons daar niets van aan, vive l'esprit de liberté!We zijn van plan nog een week of twee in de Franse Alpen te blijven, om daarna via Italië naar Oostenrijk te rijden, dat staat al heel lang op ons klimverlanglijstje. We hebben al op de kaart gezien dat het niet mee zal vallen met ons zware brik om er te komen. Je moet over verdraaid steile wegen.

Tien meter hiernaast staan we, je kunt ook prima grote vreugdevuren maken aan de oever, want de jongens van de houtkap (even verderop), laten het kleine grut liggen

De marmotten hoor je fluiten en soms zie je er een, helaas zijn ze cameraschuw. Marmotten zijn behoorlijk groot: bepaald geen caviaformaat, ze zijn eerder zo groot als een dik hondje. Ook hebben we steenbokken op de steile berghelling aan de overkant gezien, die elkaar in razende vaart achterna zaten.

Kunst & cultuur in Saint Véran

Niet te vergeten: ons toeristendagje in Saint Véran. Niet zomaar een dorp! Nee, het hoogste dorp van Europa op maar liefst 2040 meter (ik geloof dat de hoofdstad van Bolivia meer dan twee keer zo hoog ligt, maar toch...). Het oudste houten huis van Frankrijk staat in het centrum, daterend uit 1790 (net na de Franse Revolutie gebouwd dus) en het werd nog bewoond tot 1970. Nu is het een bescheiden museum. We waren overigens in Saint Véran om daar het shuttlebusje te nemen naar een klimgebied op meter 2500 hoogte (Nouroutchou), in de zomer mag je er niet rijden en lopen duurt wel erg lang, maar als echte Hollanders zijnde, weigerden we daar per persoon 9,50 voor te betalen. Wat een uitzuigerij!

Saint Véran zie je op de achtergrond, met dank aan een vriendelijke Franse dame die helemaal uit haar bol ging met ons fototoestel.