deel 2

Overgangsbeweging Wissel de handen, stip bij:

Gewicht blijft in rechts. Draai het lichaam iets naar links. Rechterhand cirkelt omlaag, linkerhand cirkelt omhoog. Handen cirkelen door naar rechts, lichaam draait mee en stip met links bij. Kijk naar rechter handpalm.

1. Stap links uit op de hiel, naar de hoek, leeg. De linkerhand voor de rechterheup alsof op een tafeltje.

2. Verplaats gewicht naar voren en draai lichaam recht. Linkerhand draait mee met het lichaam naar de linkerknie. Rechter handpalm duwt recht naar voren op borsthoogte. Eindstand Boogstand links.

3. Zink terug naar achterste been en draai lichaam naar links. Linker voet draait op hiel mee naar buiten. Pak bal met rechts boven.

4. Verplaats gewicht weer naar voren naar linkerhoek, stip bij met rechtervoet.

Doe deze beweging 3x: links, rechts en links.

1. Halve stap bij; verplaats gewicht naar voren, achterste voet komt mee, een half stapje naar voren. De rechter handpalm draait omlaag.

2. Zink naar achteren en draai lichaam naar rechts in de rechtervoet. De linkerarm cirkelt omhoog, handpalm omlaag. Rechterarm buigt naar de borst.

3. Draai weer terug naar voren, zet de lege linkervoet met de hiel op de grond, de handpalmen draaien naar elkaar toe, de rechterhand ter hoogte van de linker elleboog. Moet je niezen, nies dan nu in je elleboog.

Eindstand; lege stand met voorste voet op de hiel.