Pharismanes

Pharismanes (i.e. Frieseman, Friso) zou afkomstig zijn uit de Perzische stad Aria. De geleerde Bernardus Furmerius, geschiedschrijver van Friesland, beweerde dat Friso een Pers was geweest uit de stam der Περμανοί (Permanoi). Hij zou de vader zijn van ene Chariomanes (i.e. Hereman, Manno), geboren in Carmania, die enige tijd later met hun voornaam en het patroniem, de volksnaam der Friezen én der Germanen, meebrachten naar de koude streken (vriezen, vrezen, vorst) van Europa. Pharismanes was aanvankelijk een Satraap uit de stad Aria, wat een 'zaadraper' was, oftewel een belastingontvanger, maar is overwegend als prins, vorst of gouverneur genoteerd. Tijdens de Perzische Oorlogen zou hij met de komst van Alexander de Grote, enige tijd diens gardeofficier geweest zijn, gedurende de veldtochten rondom de Perzische Golf en het Arabische schiereiland. De gevleugelde zegswijze van Alexander "nu maar de gordiaanse knoop doorhakken" zou hij van nabij meegemaakt hebben. Na de dood van Alexander de Grote, zou Pharismanes volgens de legende met zijn twee broers Sakso en Bruno gevlucht zijn, vanwege een klopjacht op de kopstukken van de Griekse onderdrukkers, om door de Perzen successievelijk te worden 'uitgeroeid'. Ook de volksnaam der Kaninefaten oogt uitheems.

Zie verder bij Chariomanes. Zie ook bij Koningen.


© 2022 F.N. Heinsius