Hludanasteen

In de bijzonder naïeve Friese volksgeschiedenis heeft men ook een belangrijke plaats ingeruimd voor de rol van Oude Wijven in de Friese Folklore, zoals de Godin Freya en Vrouw Holle. Daarbij kent men ook het verhaal van Hludana, de Godin voor Vissers, met een heilige altaarsteen, welke op een dag in de visnetten geraakte. Het grapje is gegrond op het gevonden woord Talud afgeleid van Terp. Hoe kwam dat zo ineens?  De Friezen verkochten op zekere dag hun terp bij Beetgum (1888). Bij die werkzaamheden zou uit de verdwenen grond de opgegraven votief of reliekengrafsteen ontdekt zijn. De heer Dr. H.J. Oldenhof promoveerde in 1967 op de Friese Kerkgeschiedenis en meende dat de geloofsteen, wel een hele oude Katholieke gedenksteen zou zijn, maar buiten Friesland vervaardigd is, mogelijk in Rijnland, en daarna overgebracht naar Friesland. Oldenhof begon aan zijn onderzoek in de Tweede Wereldoorlog toen hij was ondergedoken in Dronrijp.

Zie ook bij: Aehl ud Ana steen.

© 2017 Frederik N. Heinsius