Tips voor lange afstands zeilers in spe

Voor veel zeilers is verre reizen maken iets nieuws. Je wilt je zo goed mogelijk voorbereiden omdat je weet dat je in gebieden komt waar spullen veel moeilijker te krijgen zijn of te repareren. Ook denk je, ingefluisterd door verkopers, dat bepaalde zaken onmisbaar zijn als je buiten de moderne westerse wereld komt. Het gevolg is dat je veel te veel (te dure) spullen aanschaft, vaak niet van de goede kwaliteit, die soms veel minder nodig blijken dan je in Nederland absoluut dacht. Mieke heeft het plan opgevat om als 'bootheks' met een aantal vriendinnen de bootshows af te lopen en al die verkooppraatjes publiekelijk de kop in te drukken en zo de mannen op lange afstandsreizen weer wat meer tijd te geven voor hun eega's. Om te beginnen zouden ze alle claims van waterdichtheid, zeewater bestendigheid en geschikt voor gebruik op zee grondig uittesten met enkele emmers zout water. Die praktijk kan ik iedereen ook zelf aanbevelen, niet alleen voor apparaten die buiten komen maar ook binnen in een boot komt op een grote reis vroeg of laat overal zout water. Wat oudere apparaten zijn vaak wat vervormd en gaan alsnog lekken.

Dan de druk om alles in Nederland te kopen; niet aan toegeven! Alleen spullen die je op weg naar de Caraïben echt nodig hebt moet je al in Europa kopen. Veel spullen kun je beter en goedkoper in de Caraïben, met name Sint Maarten krijgen. Daar ben je vaak ook wat langer in de buurt en kun je de gekochte wondertjes grondig in de praktijk uittesten en een beroep op garantie doen als het wonder verzaakt. Een oude bijboot en buitenboordje doet het nog prima tot de Carieb. Een wat zwaardere kun je altijd in Sint Maarten nog aanschaffen. Hetzelfde geldt voor watermakers als je beslist denkt dat je niet kunt overleven zonder watermaker. De Atlantic crossing is normaal 17-25 dagen en daarvoor kun je altijd genoeg water in flessen meenemen om zonder die probleemmaker en stroomvreter uit de voeten te kunnen. Veel gidsen zijn feitelijk jaren geleden geschreven en ondanks dat er nieuwe drukken zijn verschenen lopen ze vaak behoorlijk achter bij de feiten. Als je leest dat in de Pacific veel eilanden slecht drinkwater hebben is dat niet juist. Dankzij uitgebreide EEG subsidies hebben veel eilanden prima waterpompen en zuiveringsinstallaties. Ook een waterzeiltje is snel gemaakt en met een goede tropische bui heb je in een dag weer je hele watertank vol. Welke watermaker kan daar tegenop!

In Nieuw Zeeland hebben we een watermaker-maker gevonden met in onze ogen het ei van Columbus (ook Sapristi had deze soort watermaker). De kern van het systeem is een industriële hogedrukpomp die met een drijfriem door de hoofdmotor wordt aangedreven. Geen ingewikkelde dingen met o-ringen, geen stroomverslindende pompen en de hoofdmotor wordt zonder te varen ook nog redelijk belast. De pomp vraagt namelijk 1 paardekracht van de motor, samen met een 90A dynamo heeft je motor dan wat meer te doen als je voor anker stroom draait en water maakt. Verder bestaat de watermaker in essentie alleen nog uit een naaldventiel waar je de hoge druk mee regelt en een osmosefilter. Die dingen kun je installeren waar het uitkomt, zijn veel kleiner dan de bulky gevallen die door zogenaamde 'professionals' worden verkocht en als klap op de vuurpijl zeer betrouwbaar, leveren meer productie en zijn de helft van de prijs!!! We moeten alleen nog laten kijken of er een extra drijfriem op onze motor past...

Voor alle spullen, met name watermakers, geldt dat ze stuk zullen gaan: hoe complexer hoe eerder. Uiteraard gaan ze stuk op een moment dat de eerste reparateur 1500 mijl ver weg is en elk onderdeel ingevlogen moet worden waar je dan weer maanden op zit te wachten want 24 uurs delivery worldwide is een reclameslogan die niet geldt voor 95% van de gebieden op een wereldreis. Zorg daarom, als je iets aanschaft, dat je weet hoe je het moet repareren en zorg dat je reserveonderdelen hebt van dingen die waarschijnlijk kapot gaan. Moderne watermakers zitten vol met O-ringen die vastlopen. Enkele reserve sets is handig plus dat speciale tandartshaakje waarmee je die o-ringen er ook uit kunt peuteren. Oefen thuis, dat is veel makkelijker dan dat je zoiets moet doen op een onbewoond atol in een mooie deining.

Kijk eens in de beschrijving van de elektrische apparatuur die je aan boord hebt. Wat is de aanbevolen werktemperatuur voor een omvormer/lader? 40-50 graden Celsius? Juist ja en dan naar de tropen... en laat de installateur in Nederland dat dure ding uitgerekend in het motorruim opgehangen hebben! Nog een wonder dat hij het pas na 1,5 jaar begaf, niet meer repareerbaar, weg 2000€!

Welke netspanning en hertz wil je laadapparaat hebben? Alleen 210-240 V en 50Hz? Veel Caraïben eilanden zitten op 120V en 60Hz. Er zijn lader omvormers die 110-250V aankunnen en 45-65 Hz èn ook nog een behoorlijke temperatuur verdragen. Kijk daar heb je nou wat aan als zeiler!

Ben je tevreden over je stuurautomaat? Wij hadden er een met plastic tandwieltjes. Werkte prima 16 jaar lang tot een grote golf bij Haïti korte metten met dat speelgoed maakte en alle tanden eraf sloeg. Tot je stomme verbazing merk je daarna dat de leverancier dat heeft voorzien en messing tandwielen levert voor 'heavy duty' omgevingen. Ik vindt dat bijna misdadig! Elke zeiler die groot water opgaat zou dat al moeten hebben.

Tot slot vibraties en dynamische belastingen: wonderbaarlijke smoezen van leveranciers als er iets breekt "Het onderdeel zat onvoldoende vast en heeft teveel getrild". Allemaal waar, maar je kunt ook zaken zo ontwerpen dat ze veel beter tegen vibraties kunnen of vibraties veel minder optreden. Toen het hulproer van onze Windpilot plus afbrak waren wij zeker niet de eerste waar dit bij gebeurde. Het breukvlak was inderdaad veroorzaakt door trillingen in het schroefwater van de boot, maar zat ook precies op een lasnaad in zeer hard roestvrijstaal! Dan weet je bijna dat je dat soort problemen krijgt. In plaats van hetzelfde roer nu in te laten vliegen uit Duitsland kiezen we nu maar om een betere, massieve constructie zonder lasnaden in Nieuw Zeeland te laten maken. We denken dat we dan ook nog goedkoper uit zijn.