Noordwaarts

Langkawi, Maandag, 19 November, 2012

Maleisië is zelfs aantrekkelijk geworden nu we bijna in Thailand zijn. Heuvels, baaitjes, geen palmoliebomen en hier en daar wat luxe.

In Penang lagen we in een superschone marina, omgeven door leuke terrasjes en restaurantjes en een luxe shoppingmall met te dure spullen maar geen super, daarvoor lopen we twee kilometer of nemen we de bus. Het was er al helemaal in kerstsfeer, dat doen ze dan ook wel weer in dit absoluut niet christelijke land. Het complex is nog geen twee jaar oud en ziet er mooi onderhouden uit, met appartementen op de verdiepingen. Toch zien we vanaf de steiger dat de betonnen fundamenten alweer aan het afbrokkelen zijn, scheuren en gaten, maar onze tijd duurt het wel. Met de bus naar Georgetown was gemakkelijk, hij deed er soms wel een uurtje over door het onmogelijke verkeer op het eiland. Gelukkig was er airco want het kon nogal een druk zijn. Rob was helemaal gelukkig dat hij een goede Chinese winkel vond waar we spullen op gebied van elektrische draadjes, soldeersel enzo meer konden kopen. Voor mij was het ook wel leuk om me te verbazen over alle verschillende artikelen, plastic toetertjes en bellen.

Mooie Chinese kongsi, dat waren ommuurde woongemeenschappen voor Chinezen in den vreemde .Mooi gerestaureerde pandjes wisselden met krotten en rommelige buurtjes.We weten waar de uitdrukking “een kongsi vormen” vandaan komt. De “cold storage” is een supermarkt naar westers maatstaven. Ik sla maar in want je weet niet wanneer je weer old amsterdammer kaas, parmaham, gerookte zalm, roggebrood of echte harde Italiaanse worst kunt proeven. Met de verpakte ham en worst kwamen we bij de kassa waar het meisje plastic handschoenen aantrok om die te kunnen afrekenen. Eigenlijk hadden we vanuit Pangkor moeten weten dat we voor Non halal food naar een aparte kassa moesten.

We proberen iets van het Hindufeest “Deepavali” mee te krijgen, het feest van het licht, maar dat speelt zich toch meer in de familiekring af en niet op straat.

Een pittige wandeling van een uur of drie door tropisch regenwoud zorgt voor de nodige beweging, als we die al niet hebben. Ja, Georgetown had sfeer.

Langkawi valt ook niet tegen, hier in de marina is het goed toeven. De fietsjes weer bruikbaar en vanochtend hebben we groots belastingvrij wijn en sigaretten ingeslagen. De wijn in Maleisië is normaal minimaal 10 euro per fles en we weten niet hoe dat in Thailand zal zijn. De supermarkt is wat we in Pangkor gewend waren, De Billion, waar Rob de eitjes niet vertrouwt, de paprika onder de vliegen zit en we al niet eens naar de vis en kip kijken. Ik zeur teveel over de mogelijkheden om goede boodschappen te krijgen, het is niet echt belangrijk want we eten eigenlijk best goed. In Penang ontdekten we een chinees winkeltje die frozen aussie beef verkocht. We kopen dan meteen een hele ossenhaas, snijden de eerste dag als die nog bevroren is carpaccio (hij is echt goed mals) en doen nog een aantal dagen met de rest. Als die Chinese winkeltjes hier niet zouden zijn, weet ik niet of er uberhaupt iets te regelen was.

Over twee dagen moeten we hier uit de marina omdat er een rally aankomt en in Phuket reserveren is ook nog niet gelukt. We zien wel, op een gegeven moment is er wel ergens een plekje en aan het anker in een baai is ook lekker.

Sinterklaas is in Nederland aangekomen, Isabella kwam bijna niet uit haar woorden toen ze via skype over de stoomboot vertelde, “en, en en en”. We konden niet alles verstaan doordat de verbinding niet super was. Hommeles in de Gaza strook, Rutte II op de rit na veel gedoe over het zorgstelsel. Ik spel de NRC nog steeds tot en met de komma's.

De kwallenbeet die Rob opdeed bij controle van de schroef is gaan ontsteken ondanks veel spoelen met azijn en antiseptische zalf. Nu van de dokter antibiotica waar hij vannacht ziek van was. Het gaat weer beter en we hebben een soort dun duikpak gekocht voor wanneer hij weer te water moet.

Rob en Marjo zijn thuis, we wensen hen veel sterkte en plezier in een nieuw leven, hopelijk al gauw in een bootje op de Franse kanalen in een zachte winter. Hier komt het regenwater overvloedig naar beneden, lekker koel onder ons afdakje.

Vrijdag, 7 december, 2012, Royal Phuket Marina.

Een walhalla voor ons, Rob haalt zijn hart op aan alle winkels die bootspullen verkopen, ik aan supermarkten met alle dingen die je bij de Albert Heyn kunt krijgen. Pas achteraf merk ik aan de opluchting dat we hier goede etensspullen kunnen kopen hoe lastig dat in Maleisië was.

De meeste bekenden liggen in de marina hiernaast maar die hadden geen plaats meer voor ons. Met de fietsjes zijn we daar in een goede vijf minuten. Hemelsbreed is de afstand nog geen 50 meter maar door onze oprijlaan van een paar kilometer is het niet te lopen, hoewel, we hebben een gat ontdekt in de heg dat de afstand aanzienlijk bekort. Jammer dat ik geen was aan dek mag ophangen, nu zijn de drogende lakens en handdoeken in naam schaduwdoeken en de kleinere was leg ik op de bijboot. Samen met vrienden delen we deze maand een gehuurde auto, we hebben ons laten martelen bij een uitstekende tandarts en als de auto bezet is staan de fietsjes stand by. Van het massatoerisme merken we alleen de volgeladen speedboten die in de ochtend rond 9.00 uur vertrekken naar alle stranden in de buurt en s'avonds om een uur of vijf weer uitgeladen worden. Dan staat de hoofdsteiger hier vol met rijen mensen in stranduitrusting. De baaien in de buurt hebben we nog niet verkend, sommigen schijnen overvol te zijn maar ook blijven er nog juweeltjes over. De tochtjes bewaren we om die samen met Francisca te doen, zij komt zondagochtend hier aan. We huren een opslagbox zodat er op de boot wat ruimte is geschapen.

De tocht vanuit Penang tot Phuket.

Het noordelijke deel van de kust van Maleisië wordt leuk. Over Penang en Georgetown waren we al enthousiast, Langkawi heeft mooie baaien en ankerplaatsen waar we weer kunnen snorkelen in helder water. Het koraal is niet spectaculair, misschien is er veel kapot gegaan door de tsunami van kerst 2004, maar het is heerlijk na een warme dag in helder water te kunnen zwemmen en vissen te zien. Er waren ook geen kwallen te bespeuren. Misschien val ik in herhaling maar Rob is tijdens de inspectie van de propeller flink te pakken genomen door zo'n ding en moest daarvoor wel antibiotica slikken omdat het behoorlijk begon te ontsteken. In Rebak marina hebben we drie dagen vakantie, socializing met veel bekenden aan het zwembad, niet koken, een goede keuken, een uitstekend ontbijtbuffet met voor je neus geperst fruitsap naar keuze, vers fruit, croissants, goede koffie, omelet met zalm en wat je verder nog op kan. Drie dagen alles inbegrepen, zelfs de handdoeken die ze je bij het zwembad komen brengen, voor 100 euro. We maken voor het eerst mee hoe de Amerikanen Thanksgiving vieren, gevulde kalkoen, aardappelpuree en jus, plus wat traantjes omdat men op deze dag de familie mist. In de Royal Langkawi marina doen we flink belastingvrij inkopen die keurig aan boord worden geleverd.

Na 6 maanden puzzelen heeft Rob ook het probleem van het stopzetten van de motor verholpen.

We liggen in baaitjes tussen de hoge groene kliffen met veel zeearenden die ons over boord gegooide uienschillen komen inspecteren, een felgekleurde kingfisher rust even uit op de zalingen en in het oerwoud horen we de makaakapen brullen. Dit is weer varen zoals het bedoeld is.

In Telaga op Langkawi klaren we uit voor Thailand, de eilandbenaming verandert van Pulau in Koh, de vissersboten met hun propeller aan een lange stang zijn vrolijk versierd en beschilderd. In Telaga zien we Taremaro van Rob en Marjo liggen, nu in het bezit van een chinees gezin met twee kinderen. We zien ze vrolijk kletsend in hun dinghy van een naar land gaan dus met de Taremaro zit het wel goed. Dat Thailand op toerisme drijft merken we in een van de baaien waar we denken samen met Sabbatical III rustig te kunnen overnachten maar de disco op het strand tot 6 uur s'ochtends doorgaat. We lopen over het eiland naar het dorp om een Thaise simkaart en eitjes te kopen en kunnen ons voorstellen hoe verwoestend een tsunami kan zijn. Het toerisme bloeit weer en de barretjes, winkeltjes zijn schilderachtig maar hebben niet veel nodig om in elkaar te zakken. De evacuatieroute voor het geval dat......is goed aangegeven.

Zo van baai naar baai hoppend komen we aan in Phuket en maken Stamper vast aan een boei in A Chalong bay. Het ligt er vol met cruisers, wel honderd of meer boten maar niet zoveel bekenden. Inklaren gaat soepel, de instanties zitten allemaal in hetzelfde gebouw, alleen begrijpt de immigratieambtenaar ons visum voor een jaar (in Antwerpen geregeld) niet, zet een stempel en zegt dat het visum maar voor drie maanden geldig is. Ook goed. Dan op jacht naar waar is wat, een dongel voor internet, de markt, de supermarkt, een scooter huren voor 24 uur (5 euro), internetten in een cafe. Josefien mailt dat de moeder van Ddungu is overleden, verdrietig maar dankbaar voor een vol en lang leven. Voor het eerst kopen we een Wagiu biefstuk, van een koe die honderd dagen met organisch graan is gevoed. Net zo duur als een haasbiefstuk in Nederland, erg lekker van smaak maar niet botermals. Hier bieden de mensen spontaan hulp aan als ze je de kaart zien lezen. Ook bij de tandarts in een luxe praktijk was de service bijzonder vriendelijk, de behandeling, alleen nog maar schoonmaken van het gebit, zeer correct en efficiënt. Wat heb ik als minpuntje te melden? Het leiding water is niet drinkbaar dus staat het dek nu vol met 20 flessen van 5 galon die de watertank moeten vullen. Gelukkig worden die aan boord geleverd en we moeten toch iets te doen hebben. Gisteren at ik voor 2 euro een erg lekkere rijst met groenten, kip en cashewnoten schotel. Voor die prijs kun je nauwelijks zelf koken en het is gezellig omdat veel cruisers daar in de middag lunchen. Vanavond hebben we een gezamenlijke bbq. Het lijkt echt vakantie en het brengt ons aan het twijfelen of we al komend seizoen naar Afrika zullen oversteken. Het is hier goedkoop op allerlei gebied, eten, reizen, service en nu de droge noord oost monsoon definitief is doorgebroken is het klimaat ook dragelijker. Goede vrienden blijven nog, anderen gaan door. Toch denk ik wel dat we doorzetten, de duizenden mijlen tocht moeten we toch maken en willen niet van van uitstel naar afstel te komen. We hebben nu al dagen geen regen meer gehad zodat we nu alleen onder de zomertent bivakkeren. Als er geen windje staat, zetten we een ventilator aan die verkoeling geeft. Op de kant douchen in een soort heuse badkamer, super schoon en goede straal.is ook eenvoudig. We liggen vlak bij die faciliteit en zo sparen we het drinkwater uit de tank. De was doe ik met het water uit de steigerkraan.

Anita en Dick van Kind of Blue staan bij de buren op de kant en laten hun hele schip opknappen: schilderen, binnen lakken, onderwaterschip helemaal kaal schuren en lagen antifouling en nog meer. Dan is er niet te leven aan boord dus wonen zij voor twee maanden in een appartement aan de haven. Bij eerste inspectie daarvan barstte ik in lachen uit: de badkuip en douche waren bezet met stootwillen. Hun schip ziet er nu wat onttakeld uit, kaal gestript van alles waar je als wereldzeiler je dek mee volstouwt, canvas gedoe, windgenerator, radar op de paal, roestvrij stalen beugels, zwemtrap, bbq, zonnepanelen en nog wat klein grut. Daar staat hun terras en appartement nu mee vol. Schilderen van je boot is de helft goedkoper dan in Nieuw Zeeland en de mensen leveren vakwerk. Stamper is nog niet echt aan een schilderbeurt toe, maar de rubbers van het teakdek moeten eigenlijk wel worden vervangen, het teak zelf is nog dik genoeg. We zullen zien.