Thailand

Dinsdag, 27 Maart, 2012, terug in Pangkor, Maleisië.

Een reis door Thailand, Laos en Vietnam.

We hebben enorm veel gezien, gehoord, gereisd met bussen, auto, en trein. De afstanden zijn groot dus je zit nogal eens in de bus om ergens te komen. Het klimaat was over het algemeen minder warm dan hier aan de kust van Maleisië, dus wel prima om dingen te ondernemen.

Halverwege Vietnam, in Hue, zaten we s'avonds ergens te eten en hadden dezelfde gedachte: dit wordt te veel, te veel indrukken om te verwerken om na Vietnam nog van Cambodja en Angkor Wat te kunnen genieten. We besloten toen om onze reis in Hoi An, iets ten Zuiden van Hue, te onderbreken, terug naar de boot te vliegen vanuit Danang en Cambodja voor later te bewaren.

De route.

Thailand

Vanuit Kuala Lumpur vliegen we naar Bangkok.

Van Bangkok met de bus naar Phrae, helemaal in het Noorden.

Van Phrae met de bus naar Chiang Rai, nog meer naar het Noorden.

Van Chiang Rai met auto naar Mae Salong, iets naar het Westen.

Mae Salong -Mae Sai aan de grens met Birma.

Mae Sai – Chiang Mai, naar het Zuidwesten.

Chiang Mai – Ayuttaya, weer Zuidwaarts.

Ayuttaya – Khao Yai, een natuurreservaat.

Loei. Weer naar het Noorden.

Udon Thani waar we de auto inleveren.

Nong Khai waar we de grens naar Vientiane in Laos overgaan met de bus.

Laos.

Vientiane – Luang Prabang, met de bus.

Luang Prabang – Hanoi met het vliegtuig.

Vietnam.

Hanoi – Hue met de nachttrein.

Hue – Hoi An met de bus.

Belevenissen.

Bangkok is een drukke, lawaaierige maar levende stad waar we veel gebruik maakten van de “tuktuks”, een gemotoriseerde driewieler. Ons hotel ligt midden in de straat waar volgens mij alle backpackers bivakkeren. Bij het ontbijt zagen we toeristen die, beneveld, net uit de bar of disco kwamen en op straat werd om 6.00 in de ochtend nog volop bier gedronken. Na de moslimcultuur in Indonesië en Maleisië worden we overdonderd door boeddhistische tempels waarin de kleuren goud, rood, oranje en blauw overheersen. Hier Wat, daar Wat, overal Wat Wat (= tempel), in alle tinten oranje geklede monniken tussen in westerse zomerse kleding mensen. We eten Padthai, gebakken noodles met groenten en wat kip of varkensvlees. Het verkeer is chaotisch, sommige grote wegen zijn onmogelijk als voetganger over te steken, met smog als gevolg wat de zon een grote nevelsluier geeft. Dit probleem doet zich voor in alle grotere steden, ook in Vietnam, Laos uitgezonderd.

In het Koninklijk Paleis weten we niet waar we moeten kijken door een overdaad aan kleuren, versierselen en details.

Een verkoopster van offerandes voor in de tempel.

Weer een Wat...

Een gracht achter de Wat.

Boven op een heuvel, een Wat, met een omgang omhoog.

Een uitzicht op het paleis in Bangkok vanaf de rivier.

Een boottocht. georganiseerd door een tuk-tuk rijder. Heel handig voor hem, voor ons te duur.

Het koninklijk paleis in Bangkok...

We gaan naar Phrae omdat we daar zeilvrienden willen opzoeken. Alan en zijn Thai vrouw Noi hebben daar een ecofarm. We slapen in een leuke tentbungalow en leren hoe je bananenbomen moet verzorgen. Een rustoord. Alan en Noi nemen ons mee naar een wedstrijd Thai-boxen waar we vooral geboeid kijken naar de omstanders die volkomen opgaan in de verschillende wedstrijden. Bij Alan en Noi horen we ook het nieuws dat Josefien haar derde spruit verwacht en zij in de vreugde kunnen delen. Het had door het tijdsverschil met Nederland nogal wat voeten in de aarde voordat we Josefien aan de telefoon konden krijgen. Uiteindelijk kregen we haar om 6.00 op haar vrije Zaterdag te pakken, Oeps, foutje!

Wachten op de bus van Bangkok naar Phrae, waar vrienden Alan en Noi wonen.

Onze villa bij Alan en Noi.

En het boerenbedrijf: bananen onderhouden.

Een Wat bij Phrae.

Thai boxen bij Phrae, de familie is veel feller dan de boxers.

In Chiang Rai huren we voor een week onze tank op wielen, iets kleiners hebben ze niet in voorraad en achteraf zijn we er blij mee omdat in de loop van de tijd iemand met veel vaart achter op ons inrijdt. Gelukkig geen lichamelijk letsel maar beide auto's zijn wel total loss. (wordt vervolgt).

Met de auto kom je toch op plaatsen waar je met openbaar vervoer niet gauw zou kunnen komen.

Mae Salong ligt mooi en de bergen, veel theeplantages die er aaibaar uitzien. Dat vind ik ook van de rijstvelden die meteen herkenbaar zijn met hun opvallend groene kleur. We zitten dan midden in de Gouden Driehoek, te merken aan vele controleposten die ook te maken hebben met de nabijheid van Birma.

Mae Sang aan de Birmeese grens is onze eerste kennismaking met de Mekong die voor ons een magische klank heeft. Hij is daar maar een smal stroompje en de grensbrug erover heen is misschien 20 meter. Toeristen kunnen na betaling van $30 naar de overkant en terug, zonder visum, dat doen we maar niet.

In de gouden driehoek....

Mieke onderhandelt met een Kara vrouw. Het was een langdurig proces dat met veel flair gevoerd moet worden.

En het Kara dorp waar ze woonde,

De theeplantages hebben de opium vervangen.

In Chiang Mai maken we echt kennis met de olifanten, die hier, in tegenstelling tot Afrika, al eeuwen gedomesticeerd zijn en als werkpaard worden gebruikt. Elke olifant heeft zijn eigen

vaste verzorger die hem alles leert. Zonder hoogtevrees klim ik op zo'n beest, je moet alleen geen last van zeeziekte hebben. De show op het eind is een beetje toeristisch, je kunt door olifanten geschilderde schilderijen kopen, ze laten zien hoe de olifanten in de houtkap worden gebruikt, ze maken muziek op een mondharmonica en doen een voetbalspelletje. Toch wel erg leuk, vooral het baddergebeuren. Dat ik ooit nog op een foto zou staan met twee olifantenslurfen om mijn nek had ik niet voor mogelijk gehouden.

Nog meer tempels en monniken.

Ayuttaya moeten we zien voor de vele tempelruines uit de veertiende eeuw.

In Khao Yai zouden we tijgers moeten kunnen zien. Pech, wel veel herten en buffels en regen.

Op weg naar de grens naar Laos bij Vientiane rijdt er dus iemand achter op ons in. Gedoe, de aanrijding gebeurt omstreeks 14.00 uur, na veel wachten,(op de verzekeringsman van Budget rent a car), politie die even komt kijken, iets invult, weer vertrekt, veel telefoontjes door ons, de tegenpartij, die op zijn beurt weer telefoontjes krijgt die voor ons zijn, niemand die Engels spreekt, aan de kant van de weg in de regen en modder, is om 19.30 uur eindelijk alles geregeld en worden we met een politie auto naar een hotel in Loei gebracht, verder komen we die dag niet meer zonder auto. Maar nog diezelfde avond krijgen we een andere auto bezorgd. Toch wel goede service.

Tenslotte leveren we de tank de volgende dag bij de grens met Laos in en pakken de bus naar Vientiane.

Langs de Mekong

Aanbeden stenen...

Innovatiesuggestie: vuilnisbakken uit oude autobanden?

De Mekong was bij de gouden driehoek niet meer dan een bergstroompje. Hier bij Vientiane is hij al respectabel in het droge seizoen. Voor het natte seizoen is de stad, ruim 10m hoger, beschermd met een stevige betonnen muur.

Mijn 1e knipbeurt in x jaren. Het baardtrimmen, werd compleet wegscheren; communicatie is niet altijd makkelijk.