Het is gezellig wonen in de Bothstraat 25 in Soerabaja.Het platje aan de voorzijde van het huis en de tuin zijn de ontmoetingsplekken voor familie en vrienden.De dienstauto van Pa staat meestal geparkeerd aan de zijkant van het huis.Toen wij er kwamen wonen kon men van het voorerf via de zijtuin zomaar naar de achtertuin lopen."Is het goed als ik in die zijtuin een afscheiding laat maken?", vraagt Pa aan Ma."Ja, dat is goed. We moeten nu wat voorzichtiger zijn met al die rampokkers in de buurt. Je weet maar nooit", antwoordt Ma."Ik zal een poort in de schutting laten maken, zodat de auto er achter gestald kan worden. Daar staat de wagen veilig"."Adoeh ja, laten we ook maar een hond aanschaffen", adviseert Ma. "Kan hij het achtererf bewaken."De Javaanse chauffeur brengt Pa iedere dag met de dienstjeep naar zijn werk bij de spoorwegen.Als Pa de door de extremisten beschadigde spoorbaan of bruggen moet repareren, krijgt hij een bewakingsescorte mee van mariniers of soldaten.Met de trein met materieel om de spoorweg te repareren gaat hij met een paar opzichters en koelies naar de vernielde spoorbaan.Soms wordt de trein door peloppers beschoten vanuit de omliggend gebied.De trein stopt en alle mensen springen uit de wagons om dekking te zoeken in de greppel naast de spoorbaan. De militairen zorgen dat het gebied weer gezuiverd wordt en de trein verder kan gaan.Tijdens zo’n sprong uit de trein komt Pa verkeerd terecht op de oneffen grond waardoor hij zijn knie blesseert.Bij onderzoek in het ziekenhuis in Soerabaja wordt geconstateerd dat er een stuk bot in zijn knie ernstig beschadigd is.De middelen in het ziekenhuis zijn niet aanwezig om de blessure te behandelen.
"Pa, kunt U wel goed lopen?" vraag ik belangstellend, als ik hem strompelend de twee treden van het platje zie oplopen.
"Neen", zegt hij kortaf.
"Ga maar gauw in bed liggen", is de goede raad van Ma.
"Ik heb zo’n pijn aan mijn been", kreunt Pa zachtjes.
"Dan zal ik de dokter waarschuwen. Ik hoop, dat hij kan komen. Anders moet je maar weer naar het ziekenhuis”, zegt de bezorgde Ma.
Pa krijgt van het ziekenhuis morfine mee naar huis.Het is een tijdelijk hulpmiddel.Het advies is daarom : "Ga naar Holland om je daar te laten behandelen!"Er wordt geboekt op de "Kota Gedeh", een vrachtboot met passagiersaccommodatie. Er zijn relatief weinig passagiers.Pa en Ma krijgen een hut en Bert en ik delen samen een andere hut met een stapelbed. Ik mag slapen in het onderste bed.Omdat de boot vracht vervoert ligt hij redelijk vast in het water.De reis over de Javazee gaat buitengewoon goed. Bij straat Soenda is het uitzicht op de kuststroken van Java en Sumatra bijzonder boeiend.Daar gaat de Indonesische kelner langs met zijn tingel-tangel om de passagiers te melden dat het etenstijd is.Wij lopen rustig naar de eetzaal en werpen een laatste blik op de kusten. Het schip vaart de Indische Oceaan op.In de eetzaal zitten we aan lange tafels gezellig naast elkaar.De maaltijden zijn voortreffelijk.In de eetzaal wordt lekkere soep geserveerd.Zo, het hele schip deint kalm van links naar rechts.De soep ruikt heerlijk en is op de juiste temperatuur.De eerste happen worden met smaak verorberd.Maar mijn maag doet zo raar. Een minuut later komt de soep uit mijn maag, via mijn mond op de broek van Bert die naast mij zit.
Niemand vindt dat prettig.
Ik ben snel naar mijn bed gegaan om tot rust te komen.
De volgende dag ben ik al gewend aan het geschommel en wij hebben verder genoten van de reis.
En weer is de tocht door het Suezkanaal een belevenis apart.
Dit keer zien we veel Engelse soldaten op de dijken van het kanaal lopen of rijden.In de Middellandse zee hoor ik een gesprek van een matroos met enkele passagiers.De matroos zegt: "In Italië gaan we een haven aandoen waar we enkele uren aangemeerd zullen blijven. U en de andere passagiers kunnen dan gerust van boord en Genua bezoeken." In die tijd kan men niet zomaar buitenlands geld kopen.Een van de medepassagiers oppert om eerst sigaretten te kopen. Aan boord van het schip kan dat zonder bon.In Genua kunnen de sigaretten op de zwarte markt weer verkocht worden om zo Lires in handen te krijgen voor verteer tijdens het passagieren."Zullen wij ook een paar pakjes sigaretten kopen?" vraagt pa aan Ma."Ja, dat is een goed idee", zegt Ma. "Dan kunnen wij aan de wal ook iets kopen. Maar laat de douane niet merken dat we veel sigaretten bij ons hebben als we van boord gaan. Geef Bert en mij ook maar een paar pakjes."Ongemerkt smokkelen we de sigaretten langs de douane.Eenmaal op de markt ruilt Pa de sigaretten tegen ik weet niet meer hoeveel kilo’s kersen.Voor het eerst van leven smul ik van dit voor mij nieuwe fruit. Heerlijk!Via de Straat van Gibraltar, de Golf van Biskaje en de Noordzee vervolgen we rustig onze vaart.
In Rotterdam worden we begroet door Nono en gaan we naar Den Haag.
Tijdens het ziekteverlof wordt Pa aan zijn knie behandeld en na een jaar gaan Pa, Ma en ik gezond en wel weer terug naar Soerabaja.