De doktoren die Pa behandelen aan zijn knie zijn tevreden over het resultaat.
"Mijnheer Lapré, U bent weer 100% fit", zegt de behandelend geneesheer.
"U kunt weer volop aan het werk in Indië", beaamt zijn collega.
Breed lachend komt Pa de huiskamer in de Delistraat in Den Haag binnen:
"Wij gaan weer terug naar Indië", jubelt hij. "Ik ben helemaal gezond!"
"Gelukkig", zucht Ma. "Eerst moet nog het één en ander geregeld worden".
Pa moet eerst alleen terug om voor huisvesting in Soerabaja te zorgen. Een dienstwoning zit er nu niet meer in. Maar we kunnen wel terecht in de Bothstraat 25 waar Ruud en Guus met zijn gezin zijn blijven wonen. In Soerabaja moet Pa zich eerst inschrijven als bewoner van het pand, dan pas mogen Ma en ik ook komen.
Bert studeert aan de M.T.S. in de Sneeuwbalstraat en blijft in Nederland om zijn zijn studie af te maken en gaat bij Nono en Dina wonen.
Pa vertrekt met de boot naar Soerabaja. Het is februari 1948. Ma en ik blijven achter in Den Haag. Na een paar maanden krijgen we van het Departement van Koloniën het bericht dat Ma en ik geboekt zijn op het ms. Johan van Oldenbarnevelt. We nemen afscheid van Nono, Dina en Bert. Wij zijn blij om weer naar Indië terug te gaan, maar verdrietig om ze alle drie achter te laten. Het schip verlaat de haven van Amsterdam en vaart rustig het Noordzee-kanaal in. Het is koud en guur buiten."Laten we maar naar binnen gaan. Daar is het warmer!", oppert Ma. Gelaten gaan we een ruime salon in. Eigenlijk vind ik er niets aan om zo alleen met je moeder te reizen. Geen vader en geen broers om gezamenlijk iets te beleven. Omdat Pa een hoge functie heeft bij de spoorwegen, wordt zijn gezin (Ma en ik, dus) ingedeeld bij de eettafel met de officieren van het schip. In ons geval zitten we met nog een paar deftige dames aan tafel bij de scheepsarts! Een paar van die dames zijn zogenaamde "handschoentjes".Helaas zitten er geen leeftijdsgenoten van mij aan onze tafel. Dat deftige gepraat en gedoe vind ik maar niks. Vervelen doe je je nooit op zo’n boot.
Sporten op het sportdek, een rondleiding op de brug of in de kombuis waar de maaltijden worden klaargemaakt zorgen voor afleiding van het gemis van Pa en broers. Een kijkje nemen in de ruimte waar de telegraaftoestellen staan is ook interessant.
De havens Port Saïd en Suez blijven het bekijken waard en het Suez-Kanaal blijft ook indrukwekkend.
Via de Rode zee en de Indische Oceaan varen we door de Straat van Malakka. Dan stomen we de Javazee op en daar zijn de kusten van Java en Madoera. Langzaam meert de boot aan aan de haven van Soerabaja.
Wij zijn weer thuis.
Wij gaan naar de Bothstraat 25.