De tweede wereldoorlog met alle ellende en de gevolgen daarna markeert een periode van moeilijke tijden. Ook voor de mensen, die niet in een jappenkamp of andere interneringskampen zaten. Buiten de kampen, in bezet gebied, was men vogelvrij.
In 1951 in Nederland opnieuw beginnen.
Na wat verhuizingen eindelijk een flatje in de Denekampstraat in den Haag.
En even later een kennismaking met een heel aardig meisje. Een studente aan de meisjeskweekschool in de Oude Mol in den Haag.
De kennismaking met Ma en Pa verloopt prima. Ma en Pa zijn blij met hun toekomstige schoondochter. Ook Ma Verberckmoes is blij voor haar dochter en Opa Niessen, de vader van Ma Verberckmoes, is wat afstandelijker. Hij vindt dat Ria om elf uur in de avond thuis moet zijn. En eerst een diploma halen en dan werken voor de kost. In de weekenden, zaterdagmiddag en de zondag, mogen de twee jongelui elkaar zien. En alleen als er een verjaardag van een familielid te vieren is, mogen we met elkaar naar het feest. Na een tijdje mogen we zondag thuis samen lunchen en dineren. Om de week, eerst in de Denekampstraat en de week daarna in de Dedemsvaartweg.
"Zal ik eens een rijsttafel maken?" vraagt Ma Verberckmoes aan Ria.
"Oh, dat zal Fred heel leuk vinden", antwoordt Ria.
"Ik zal mijn best doen", zegt Ma Verberckmoes.
"Fred", zegt Ria tegen mij, "Zondag eten wij rijst bij ons thuis".
"Lekker, hoor. Ben benieuwd hoe je Ma dat maakt", is mijn antwoord.
Ja hoor, die zondag komt een grote pan op tafel. Heerlijk die rijstgeur! Maar, het is maar één pan.
Het is rijst met krenten! Een soort rijstebrij gekookt in melk en suiker of zoiets. Even proeven! Toch wel lekker en te eten.
"Eet smakelijk allemaal!"
Mijn eerste kennismaking met de Hollandse Rijst. De rijsttafel die Ma kookt is wel anders. Vindt Ria ook. En ze vraagt aan Ma wat er allemaal voor nodig is. Zal later misschien goed van pas komen! Pa heeft een vraag aan Ria maar durft het nog niet goed te zeggen. Volgens mij heeft Ma aangedrongen om het toch maar te vragen.
Pa trekt zijn stoutste schoenen aan en zegt aarzelend:
"Zeg Ria, ik heb veel gehoord over je Opa en Moeder, maarre… je vader. Hoe zit dat met je vader?"
"Ja," geeft Ria als antwoord, "die is helaas al overleden, na een ernstige ziekte. Ik was toen vijftien jaar”.
"Ach, dat wist ik niet", mompelde Pa verlegen. "Zal ik dan je Pa mogen zijn?"
"Dat zal ik heel fijn vinden", antwoord Ria zachtjes.
Zo is Ria voorgoed opgenomen in de Familie Lapré.
Al zijn niet alle schoonzussen even enthousiast. Ria is een rasechte Hollandse Hagenaar, zonder één druppel Indisch bloed vinden ze. Alleen Marietje, de vrouw van Guus, vindt alles prima. Samen vechten we tegen de vooroordelen, in samenwerking met mijn broers en ouders. Langzaam maar zeker verandert de houding van de schoonzussen. Hedwig is de eerste die Ria volledig accepteert.
Ja, Ria heeft een toch wel moeilijke aanpassingperiode gehad in de Indische gemeenschap. Na enkele jaren is dat gelukkig anders geworden. Sommige neven en nichten vinden Ria zelfs al Indisch. En je moet ze duidelijk vertellen dat ze toch een echte Haagse meid is. Fijn zo’n periode om samen te genieten van het leven. Het leven is echt zinvol. We hebben heel diepzinnig over verschillende onderwerpen kunnen praten tijdens onze wandelingen in het Zuiderpark in den Haag of op strand en in de duinen. Het leven is de moeite waard om te leven. Samen vechten, overwinnen en genieten.
In die tijd moet je om in aanmerking te komen om in Den Haag een huis te huren wel gehuwd zijn.
Wij besluiten om op 27 december 1956 te trouwen. En een bekend liedje schiet mij te binnen.
Met enige aanpassingen zing ik :
Ik heb je voor het eerst ontmoet,
Daar bij de meisjesschool,
Daar in de Oude Mol,
Daar bij de meisjesschool.
Ik vroeg of jij mij kussen wou,
Daar bij de Oude Mol,
Maar na verloop van nog geen jaar stonden wij samen op de stoep van het stadhuis. Ruud is mijn huwelijksgetuige. Oom Piet die van Ria. Ruud gaat foto’s maken in het stadhuis aan de Burg. De Monchyplein in den Haag. Om allen goed op de foto te krijgen stap hij langzaam achteruit. Met een gilletje waarschuwt Ria hem dat achter hem de pasternosterlift is, een open lift die automatisch omhoog gaat.Gered door Ria's waarschuwingskreet staat Ruud verbouwereerd stil en maakt de foto alsnog.Wij zijn wel een echtpaar, maar volgens de waarden en normen van Opa Niessen zijn wij nog niet echt getrouwd, maar wel echt verloofd! Ria slaapt nog in de Dedemsvaartweg en ik in de Denekampstraat.