De Hellebaardier

De betrekking van hellebaardier is in de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden een bijzonder eervol beroep. Men rekruteert hiervoor voornamelijk uit de eigen hofkringen, want bij dit ambt, hoort men alles. Zo iemand is mijn voorvader Johannes du Bois, waar het volgende over te melden is. Hij bereikte bij overlijden op 28 maart 1753 de imposant hoge leeftijd van maar liefst 92 jaar. Dubois kwam op 30 september 1691 naar Leeuwarden met een attestatie van Den Haag. Stadhouder Hendrik Casimir II begunstigde hem in 1690 met de hellebaardiersplaats. Du Bois huwde met Anna van Beveren en liet enkele kinderen dopen met de niet geringe namen: Johan Wilhelm, Leopoldus, Hendrick Casimier, Marius, Karel Amelia en Maria Louisa. Zijne Doorluchtige Hoogheid Hendrik Casimir II, graaf van Nassau-Dietz, overleefde Du Bois gedurende de betrekking, als eerste, welke sneuvelde in 1697 bij afloop van de Negenjarige oorlog. Diens zoon Johan Willem Friso, prins van Oranje, overleefde Dubois eveneens, in het jaar 1711, welke bij een reis op weg naar Den Haag, voor de erfopvolging van de kinderloze stadhouder-koning Willem III, verdronk in het Hollands Diep bij Moerdijk. Ook diens postuum geboren zoon Willem Karel Hendrik Friso, prins van Oranje, graaf van Nassau, met het regentschap van zijn moeder Maria Louisa van Hessen-Kassel tot 1731, het jaar waarin hij benoemd is tot erfstadhouder van alle gewesten en opperbevelhebber van leger en vloot, heeft Johannes du Bois overleefd, toen deze als Willem IV in 1751 kwam te overlijden. Gemalin Anna van Hannover, kroonprinses van Groot-Brittannië, prinses van Oranje en Nassau, etc. etc. etc., volgde haar man op. Haar heeft Du Bois net niet meer overleefd, zij stierf zes jaar later in 1759. Het is haast onwaarschijnlijk, zo’n hoge leeftijd, bij overlijden, in die, tijd. Ook Geert van Beveren, de vader van voornoemde Anna van Beveren, was een hellebaardier voor Zijne Hoogheid.

© 2019 Frederik N. Heinsius