Elk cijfer telt. Elke klank toont iets.
Elke letter zegt wat.
Neem nou i-loos
Heb jij al een i-pod, -phone of -pad?
Gebruiksgemak, trendy,
flashy look and feel
en ongelofelijk betrouwbaar.
Jammer dat er mensen ver weg
en overzee krom voor moeten liggen.
Maar zonder zo’n hebbeding
mankeert er iets aan mijn i-mago.
Waar zit de i-factor van ons, ProRail?
Dagelijks trapt zich
een enorme stroom forenzen
naar onze fietsenstallingen.
Tussen obstakels en medereizigers door
benen ze zich een weg naar een op- of afgang.
Ze berollen onze trappen rechts,
gaan er links of regelen een lift.
Op de perrons blikken ze ongeduldig,
meestal in de richting waar ze niet heen willen,
uit over het spoor.
Stopt de trein, dan start de wedstrijd.
Uitstappen lijkt op American football.
Tas of koffer zijn het alternatief
voor helm en schouderbescherming.
Ondertussen levert instappen via de eerste,
de grootste kans op zitten in klas 2.
Na de dagdienst laten we de bakken legen,
wat lichten branden
en geven surveillerende camera’s
verlaten stations de uitnodigende aanblik
om rustig op de laatste trein te wachten.
Ons visitekaartje naar de buitenwereld
mist meer dan één punt op de ontbrekende i.
Veel vaker dan tijdens een verbouwing
zie je de naam ProRail niet op een station.
Wonderlijk dat zoveel anderen
hun bedrijf of belang wél vanaf een station
bij reizigers aanprijzen.
Maar LîS ik zo’n poster met
“ik ben inmiddels overleden” tegenkom,
vraag ik me, zeker op een perron
dat al akelig van zichzelf is, af
hoe deze past bij het beleid spoorsuïcide.
Met ProRail naam en ons punt maken
op een i-plus bord is een gepasseerd station.
Hoe kunnen we wel gastheer voor de reiziger zijn?
Beleving tonen en bieden
door te investeren in een zo kort mogelijk,
en als het niet anders kan
toch vooral prettig verblijf.
Durven we in ProRail lettertype en huisstijlkleuren
het een uithangbord Stati-Ons op te hangen?
Waar als een route is versperd
een router je werkdag niet vertraagt.
Of is dat niet onze business?
AU